Hoe Nomde (54) vanuit de autobranche in de verlichting belandt: ‘Absoluut niet saai’

Hoeveel lampen er eigenlijk in zijn winkel hangen? Nomde Meijer (54) begint te lachen en kijkt even vlug rond in de zaak met drie verdiepingen. Er is een muur met tientallen buitenlampjes, er hangen chique kroonluchters van kristal en ook de nieuwste trend ontbreekt niet: lampenkappen uit een 3D-printer. Na wat bedenktijd moet hij het exacte aantal schuldig blijven. „Ik durf het niet te zeggen, maar ik denk dat het er wel 1500 zijn.”

Het is een druilerige vrijdagochtend als Meijer plaatsneemt aan de ontvangsttafel in zijn winkel. Zo’n beetje elke tien minuten klinkt de deurbel als er weer een klant binnen komt lopen. Medewerkers Nicole en Rolien helpen vandaag met bestellingen of als er iemand advies nodig heeft. „Dit is nog een rustige ochtend hoor”, benadrukt Meijer. „In het winterseizoen is het hartstikke druk. We hebben dan veel aanloop in onze winkel.”

Want verlichting is tegenwoordig veel meer dan alleen een lampje dat moet branden. Meijer merkt de laatste jaren dat verlichting een steeds belangrijker onderdeel wordt van het interieur. Woontijdschriften zorgen voor trends die razendsnel komen en ook weer gaan. „Grote voorraden zijn niet meer nodig. Wat vorige maand in VT Wonen stond, hoef je nu niet meer te hebben. Zo snel kan het gaan. Verlichting is echt mode geworden.”

Dat is heel anders dan toen Meijer begin jaren 90 begon in de verlichting. Toen werden heel veel huizen volgestouwd met Tl-buizen en schroefbollen. Simpel, makkelijk en niet al te duur was in die tijd het credo. „Ik weet nog goed dat een schuifdimmer in het snoer toen het summum van luxe was. Dan kon je helemaal zelf de lichtkleur wat warmer maken. Nou, dat vonden de mensen echt prachtig natuurlijk”, zegt Meijer lachend.

Al die ontwikkelingen zorgen ervoor dat zijn vak absoluut niet saai is, terwijl sommige mensen nog altijd dat vooroordeel hebben. „Die denken: wat moet je nou toch met die lampen? Laat ze licht geven en dat is het, alweer klaar... Maar er komt echt zoveel meer bij kijken. Zeker omdat het mijn eigen winkel is, ik zelf de inkoop van verlichting doe en ook personeel moet aansturen. Dat maakt het afwisselend, uitdagend en spannend.”

Ondanks zijn enorme enthousiasme over alles wat met verlichting te maken heeft, dacht Meijer eerst eigenlijk aan een heel andere carrière: hij werd in Driebergen klaargestoomd om autoverkoper te worden. „Ik zou het gaan maken in de autobranche. Dat was toen nog mijn idee, maar de haantjescultuur sprak mij niet aan. Ik voelde mij er niet in thuis. Toen kwam er een vacature bij Ger de Boer in Sneek en daar heb ik op gesolliciteerd.”

Maar de eigenaar van De Boer Licht vond Meijer ‘een pakkenmeneer’ en ‘te glad’ als verkoper. Een tweede poging via het arbeidsbureau lukte wel: Meijer werd aangenomen en kon aan de slag in de winkel aan de Oosterdijk. „Ik heb hier van 1994 tot 1999 met veel plezier gewerkt. Maar ik was jong en ben de wijde wereld ingetrokken. Ik heb nog een tijdje gesnuffeld aan de autobranche, maar nee: het was nog steeds niks voor mij.”

In plaats daarvan opende hij een winkel met verlichting in het duurdere segment in Leeuwarden. Maar dat viel tegen en toen de economische crisis uitbrak, besloot Meijer zijn zaak te sluiten. „Ik had toen al het aanbod gekregen om deze winkel in Sneek over te nemen. Ger de Boer wilde stoppen en zocht een opvolger. Op 12-12-2012 heb ik het overnamecontract getekend. Op deze plek ligt nu ook voor mij al heel wat geschiedenis.”

Daar kijkt Meijer vooral heel positief op terug, maar dit jaar was voor hem niet makkelijk: hij was ernstig ziek en moest tijdens zijn herstel de winkel aan zijn drie ‘dames’ overlaten. Inmiddels gaat het gelukkig weer wat beter met hem, maar hij is Rolien, Silvia en Nicole enorm dankbaar voor hun inzet. Dat is zelfs zichtbaar in de winkel: want Sinterklaas heeft op deze dag cadeautjes achtergelaten met daarop de namen van het drietal.

Waar hij vroeger alle montageklussen zelf deed, moet Meijer dat nu overlaten aan iemand anders. Maar als klanten advies nodig hebben over verlichting, stapt hij wel zelf in de auto. Meijer krijgt het op dat vlak steeds drukker. „We krijgen steeds vaker aanvragen om een lichtplan voor een complete woning te maken: van boven tot onder. Mensen komen er dan zelf niet uit en willen graag ontzorgd worden. Wij doen dan alles.”

Toch is er volgens Meijer nog altijd een grote groep mensen die de aanschaf van verlichting als ‘een sluitpost in het budget’ ziet. „Een keuken mag gerust 30.000 euro kosten en een wc-pot van een paar duizend euro vinden mensen tegenwoordig ook geen probleem. Maar als ze dan een lamp moeten hebben, gaan ze naar de bouwmarkt en nemen daar snel iets mee van een tientje. Daar breek je toch je hele inrichting mee af?”

Volgens Meijer is juist een bijzondere lamp van toegevoegde waarde voor het interieur. „Over een tegeltje of een gouden wc-pot hebben mensen het niet zo snel. Die zit achter een deur en op het toilet zit je elke dag een paar minuten. Maar als je een prachtige lamp boven de eettafel hebt hangen, dan is dat een enorme blikvanger voor mensen die binnenkomen. Dan kun je mooi zeggen: ‘Oh, die heb ik bij De Boer Licht gekocht’.”

Verlichting is erg belangrijk voor de sfeer in een huis, wil Meijer maar benadrukken. „Je kunt nog zo’n mooi interieur hebben, je kunt nog zo’n goede styliste in huis hebben gehad, maar als het lichtplan niet klopt, dan komt je interieur niet goed uit de verf. Dat is gewoon zo. Kijk maar eens naar een keuken: je wilt daar goed licht hebben. Als de verlichting verkeerd is geplaatst, sta je ineens in de schaduw uien te snijden.”

Meerdere keren per jaar rijden Meijer en zijn medewerkers naar grote beurzen voor inspiratie. Alle lampen die in de winkel hangen zijn door henzelf uitgezocht. Meijer wil alleen kwaliteit verkopen en verlichting die eenvoudig te repareren valt. „Ik denk dat 85 procent van de onderdelen nu te vervangen valt. Als er iets kapot is, bestellen we dat bij de leverancier en hoeft de lamp niet naar het vuilnis. Er wordt nu al zoveel verspild...”

Hergebruik van materialen levert regelmatig ook leuke uitdagingen op, want soms komen er klanten binnen met bijzondere wensen. Zo kreeg Meijer al eens het verzoek om van een trompet en oude melkzeef lampen te maken. „Dat hebben we ook al eens gedaan met oude drinkbakken uit een koeienstal. Die kregen een nieuw leven als wandlamp. Dat zijn wel de krenten in de pap hoor. Daar halen we echt veel plezier uit.”

De winkel van Meijer bestaat al sinds 1967 en is in die decennia uitgegroeid tot een begrip in Sneek. Al merkt hij wel dat veel mensen eigenlijk geen idee hebben wat de naam is van de zaak. „Nee, de Snekers zeggen altijd de ‘lampenzaak op de hoek’. Dat heb ik ook gebruikt voor onze radioreclame. Die wordt afgesloten met ‘u weet wel, die lampenzaak daar op de hoek’. Dan valt bij de meeste mensen het kwartje wel.”

Inmiddels is Meijer zo’n 30 jaar actief in de verlichting en heeft hij duizenden lampen verkocht. Maar het enthousiasme voor zijn vak is nog altijd groot. „Het is elke dag een uitdaging om onze klanten met een goed gevoel de deur uit te laten gaan. Natuurlijk is het mooi als iemand hier voor duizenden euro’s aan verlichting koopt. Maar als een klant weggaat met een leuke lamp voor op het nachtkastje zijn wij ook helemaal blij.”