Zeewier is, als we het op een slimme manier telen, misschien wel hét voedsel van de toekomst. Duurzaam, voedzaam en gezond: wat wil je nog meer? Maar de zeewiersector staat nog in de kinderschoenen, ook hier in het Noorden.
Kaasmaker Nils Koster staat tot aan de knieën van zijn kaplaarzen in de zee, aan de kust van Vlieland. In zijn linkerhand een emmer, de rechter gebruikt hij om mee te zoeken en te plukken: hij verzamelt zeewier. Het is stralend voorjaarsweer op het Waddeneiland, de meeuwen vliegen over en het uitzicht is uitgestrekt. Als zijn emmer vol zit met zeewier, keert hij terug naar de kust. Maar hier is iets geks aan de hand, want wat doet een kaasmaker in de zee? En waar is dat zeewier dan voor?
Prima vleesvervanger
De één zal meteen verlekkerd denken aan een portie sushi. De ander zal het associëren met die lange groene slierten in de zee die vooral het zwemplezier in de zomer verpesten. Zeewier: de groene algen die meer in hun mars hebben dan je denkt. Zeewier is rijk aan eiwitten en mineralen en kan daardoor als vleesvervanger dienen, en een aanvulling zijn in het groenteschap. Niet onbelangrijk, aangezien veeteelt en landbouw één van de grootste uitstoters van CO2 in de wereld zijn en het deels vervangen van vlees en groente een hoop CO2 kan schelen. En bijkomend voordeel: het groeit in de zee, waardoor je geen uitgestrekte landbouwgronden nodig hebt om het te verbouwen.
Maar ontwikkelingen rondom zeewier staan nog in de kinderschoenen. Eén van de pioniers is Nils Koster, inwoner van Vlieland en eigenaar van de Vlielander kaasbunker. De kaasmaker maakt sinds 2016 kaas met zeewier erin. ,,Het is als hobby begonnen en een beetje uit de hand gelopen”, vertelt Koster. ,,Kaas maken wilde ik graag proberen en zo ben ik ooit begonnen met een paar pakken melk uit de supermarkt. En toen dacht ik: zou het niet grappig zijn als ik er iets van het eiland in verwerk zodat het een echt eilandproduct wordt. Dat werd de zeewierkaas.”
Het proces is eigenlijk simpel: Koster spoelt het zeewier om het zand te verwijderen, droogt het en hakt het fijn. Daarna gaat het mee naar zijn kaasmakerij in Veenhuizen. Daar kookt hij het weer, waarna het lijkt op boerenkool. Vervolgens vermengt hij het zeewier met de kaas in een enorme bak. Zeewierkaas. Koster: ,,Eigenlijk zoals gewoon kaas maken, maar dan met zeewier erdoor.”
Kaasmaker Nils Koster maakt kaas met zeewier erin. Foto: Mariska de Groot
North Sea Farmers
Koster is niet de enige in Nederland die zich bezighoudt met zeewier. Hij is aangesloten bij North Sea Farmers, een organisatie die ondernemers, bedrijven en kennisinstellingen in Nederland met elkaar verbindt. Vanuit het Noorden zijn bijvoorbeeld de Gasunie en Noordoogst Aquaponics aangesloten, en vanuit de rest van Nederland zijn bijvoorbeeld Wageningen Universiteit en Unilever van de partij. Alles wat iets met zeewier te maken heeft, gaat meestal via North Sea Farmers.
Een belangrijk doel van North Sea Farmers is het bij elkaar brengen van kennis. ,,Er zijn veel initiatieven gaande rondom zeewier”, vertelt Femke Prins van North Sea Farmers. ,,Als er iets belangrijk is in een nieuwe sector dan is het, naast het aanjagen van initiatieven, het verbinden van initiatieven. Zodat die kennis wordt uitgewisseld en we niet drie keer hetzelfde wiel aan het uitvinden zijn. Elkaar op de hoogte houden van ontwikkelingen is heel belangrijk voor zo’n pionierende sector.”
Dat de Rijksoverheid en de bedrijven wel brood zien in zeewier is geen toeval. Behalve een potentiële vleesvervanger kan het een zoutvervanger zijn, en dan met minder natrium dan regulier tafelzout. Daarnaast zijn er nog vele andere toepassingen mogelijk voor zeewier, buiten de voedselindustrie (zie kader). Prins: ,,Een wondermiddel zou ik het niet noemen maar met behulp van duurzame teelt en slimme toepassingen kan het leiden tot grote voordelen voor het klimaat.”
Smullen maar
Dus, waar wachten we nog op? Sleep al dat zeewier uit de zee en smullen maar. Nee dus, zo simpel is het niet. Want waar Nils Koster eerst ook het zeewier voor zijn kaas gewoon uit de zee wilde vissen, bleek dat toch niet zo’n goed idee. Hij kreeg de tip van RUG-hoogleraar Mariene Plantaardige Biomassa Klaas Timmermans om het zeewier zelf te telen. Dat heeft een aantal voordelen, zoals dat je meer controle hebt over de waterkwaliteit en dat je weet hoe vers het wier is.
Zeewier telen doe je door touwen te spannen in de zee. Aan die touwen lijm je met een speciale lijm de zaadjes van de zeewieralg. Die groeien vervolgens uit tot volwaardige zeewierslierten die geoogst kunnen worden. ,,En het voordeel is dat je meerdere keren per jaar kunt oogsten”, aldus Koster. ,,Je kunt vanaf het begin van de zomer tot eind september oogsten. En steeds weer opnieuw want als je er tweederde deel vanaf knipt, blijft het overige deel gewoon doorgroeien.”
Hoewel de zee de handigste plek is, kun je ook in je eigen achtertuin zeewier verbouwen. Dat deed ondernemer Erik Moesker van Noordoogst Aquaponics in Groningen. ,,Zeewier is een erg interessant product, bijvoorbeeld om iets aan eiwittekorten in de toekomst te doen”, legt Moesker uit. ,,Het was moeilijk te verbouwen. Als je het in bakken kweekt, moet je zorgen dat het water steeds in beweging is zodat het zeewier de voedingsstoffen goed opneemt. En ik heb er speciaal een tankwagen zeewater voor laten aanrukken omdat dat bepaalde voedingsstoffen bevat die zeewier nodig heeft.”
Zeewierbier
Maar het lukte: hij had zeewier gemaakt. En wat doe je dan? Kijken of je er bier van kunt maken, natuurlijk. In samenwerking met een Groningse bierbrouwer maakte hij een biertje met zeewier erin verwerkt. En het was nog lekker ook. ,,Het werd een donker biertje, amberkleurig, met een zoutig tintje en een beetje een umamismaak”, vertelt Moesker. ,,Dat viel me niet tegen. Het is nu op, maar als het nu weer in de winkels zou liggen, zou ik het kopen.”
Als we zeewier zelf moeten gaan kweken, is er wel een probleem: de productie kost ruimte. Maar de hele Noordzee volhangen met touwen om zeewier aan te hangen, is niet handig. Dus sturen Nederland en de EU aan op het plaatsen van de zeewierboederijen in windmolenparken op zee. Femke Prins: ,,In de ruimte tussen die windturbines kun je in theorie weinig. Je mag er bijvoorbeeld niet met vissersboten tussen varen.”
Daarom is het de uitgelezen plek voor zeewierboerderijen, omdat je er geen last hebt van vissersboten. Voor een zeewierboerderij in het Noorden, bijvoorbeeld in het geplande windpark ten noorden van Groningen, zijn echter nog geen plannen. Dat komt omdat het 80km van de kust ligt, waardoor parken in het Westen van het land, die dichter bij de kust liggen, eerder aan de beurt zijn.
Nils Koster vermaakt zich ondertussen wel met het maken van zeewierkaas en gaat er voorlopig nog lang niet mee stoppen, hoewel het wel hard werken is. ,,Het is leuk werk’’, aldus Koster. ,,Maar het is niet dat je er slapend rijk van wordt want je komt genoeg problemen tegen. Maar ik doe ook rondleidingen in de kaasbunker, ontvang veel mensen en leidt een leuk leven. En zolang ik het leuk blijf vinden, blijf ik het doen.”