Er is iets vreemds aan de hand in Nederland. De laatste twee kwartalen daalt ons binnenlands product, maar het aantal werkenden stijgt. Nog nooit zijn zoveel mensen aan het werk geweest. En het zouden er nog meer kunnen zijn, want er zijn ook nog een paar honderdduizend openstaande vacatures.
Politici en werkgevers belichten vooral dat laatste. We komen handen tekort, en als die er wel waren konden we meer produceren en zaten we niet in een recessie. Vanuit die analyse kom je dan al snel tot aanbevelingen als meer arbeidsmigranten, een hogere AOW-leeftijd en het ontmoedigen van deeltijdwerk.
Maar lees nu nog eens de eerste alinea. We zijn met meer werkenden minder gaan produceren. Zou het dan helpen om nog meer mensen aan het werk te zetten? Niet per se, lijkt me. Het probleem is niet te weinig werkenden, het probleem is dat we per werkende minder produceren. Ondanks alle digitalisering daalt onze productiviteit - gemiddeld gesproken dan.
Meer ondersteuners dan docenten
Ik kan me niet aan de indruk onttrekken dat dit samenhangt met een ander fenomeen van de laatste jaren, namelijk de groei van het wantrouwen in de samenleving. We zijn steeds drukker met verantwoording en controle. Bij de grote banken werkt inmiddels 30 tot 40 procent van de medewerkers aan ‘compliance’, dat wil zeggen zorgen dat de bank zich aan alle regels houdt. Huisartsen zijn twee dagen per week kwijt aan administratie, wijkverpleegkundigen zelfs nog een halve dag meer.
Blijf op de hoogte
Blijf op de hoogte en schrijf je hier in voor de nieuwsbrief die de economieredactie van Dagblad van het Noorden elke dinsdag verstuurt. Alles over geld, werk en relevante ontwikkelingen in Drenthe en Groningen.
De hogeschool waarvoor ik werkte had nog niet zo lang geleden een vacaturestop voor ‘ondersteunend’ personeel, omdat er inmiddels meer ondersteuners dan docenten waren. Een flink deel van die ondersteuners houdt zich bezig met administratie en verantwoording, iets waar de docenten zelf overigens ook al gauw een uur per dag aan kwijt zijn.
Meer vertrouwen zou de economie goed doen. Maar ja, vertrouwen komt te voet, en dat gaat veel te langzaam. Daarom verwacht ik dat de controlelast op een andere manier bestreden zal worden: met automatisering. Daarbij ontstaat de grootste winst als controle achteraf vervangen wordt door controle vooraf - ongewenst gedrag wordt dan bij voorbaat onmogelijk gemaakt. Kunstmatige intelligentie zal hierin een belangrijke rol spelen.
Snelheidsbegrenzer-met-GPS
Een voorbeeld. Je kunt snelheidscontroles houden, maar dat is arbeidsintensief en duur. Je zou ook elke auto verplicht met een snelheidsbegrenzer-met-GPS kunnen uitrusten, zodat nergens harder gereden kan worden dan de toegestane maximumsnelheid. De technologie hiervoor is al jaren beschikbaar.
Maar, zult u zeggen, ook al is het verboden, soms is het toch te rechtvaardigen om te hard te rijden. Bij het inhalen op een tweebaansweg, bijvoorbeeld. Of op weg naar de eerste hulp. En dat is waar de kunstmatige intelligentie in beeld komt. Die zorgt ervoor dat allerlei factoren meegewogen kunnen worden, zodat het systeem genuanceerde beslissingen kan nemen.
Of we dat moeten willen, onszelf laten controleren en normeren door algoritmes? Ik denk het niet, maar ik denk ook dat de verleiding groot zal zijn. Maar lees vooral het laatste boek van Maxim Februari, Doe zelf normaal, vorm uw eigen mening en trek uw eigen plan. Nu het nog kan.