Gasunie wil in het Duitse deel van de Noordzee een waterstofnetwerk aanleggen. Dat moet voor Duitsland grootschalige import uit Noorwegen en aanvoer van windparken op zee van groene waterstof mogelijk maken.
Het is de bedoeling dat het netwerk op termijn wordt verbonden met het offshore netwerk dat het gastransportbedrijf gaat aanleggen in het Nederlandse deel van de Noordzee. Daarmee krijgt ons land niet alleen dezelfde import- en aanvoer importmogelijkheden als Duitsland, maar kan het de infrastructuur op termijn ook gebruiken voor de export van waterstof naar Duitsland.
In 2030 in gebruik
Minister Rob Jetten (Energie en Klimaat) liet in december vorig jaar weten dat hij Gasunie wil vragen een waterstofnetwerk in het Nederlandse deel van de Noordzee te ontwikkelen.
Verloopt alles volgens plan, dan kan het Duitse netwerk in 2030 in gebruik worden genomen. In de jaren daarna volgt de verbinding naar het Nederlandse netwerk. Duitsland heeft net als Nederland grote ambities met groene waterstof om de samenleving te verduurzamen.
Gasunie heeft de Europese Commissie gevraagd het Duitse netwerk een plek te geven in de categorie projecten waarvan de uitvoering topprioriteit heeft. Het is onderdeel van een groter plan om in Noordwest-Europa een complete keten van productie, transport (offshore en onshore), opslag en gebruik van groene waterstof te realiseren. Bedrijven uit Duitsland, België, Frankrijk en Noorwegen, (waaronder nog vijf gastransportbedrijven) hebben voor hun aandeel in het project ook de PCI-status hebben aangevraagd.
‘Groene energiecentrale’
Nederland, Denemarken, Duitsland en België ondertekenden vorig jaar de zogeheten de Esbjerg-verklaring. Daarin spraken zij af de Noordzee als ‘groene energiecentrale’ te ontwikkelen. De bedoeling is dat bij de windparken op zee met een deel van de daar geproduceerde elektriciteit direct waterstof wordt gemaakt. Die productie zal naar verwachting vanaf 2030, net als de import van waterstof uit buurlanden, snel zal toenemen.