Zonnepanelen op woningen in de wijk Vrijburgh in Drachten. Foto: Jilmer Postma
Energie-experts, installateurs, netbeheerders: allemaal gaan ze ervan uit dat de salderingsregeling voor zonnepanelen gaat verdwijnen. Maar wanneer? Dinsdag velt de Eerste Kamer een oordeel.
,,Voor mij persoonlijk schaffen ze hem nooit af’’, zegt Joep Poot, coördinator energietransitie bij de gemeente Leeuwarden, over de salderingsregeling. ,,Maar als ik er professioneel naar kijk, dan zal het toch echt wel moeten.’’
De mentale spagaat van Poot is tekenend voor het debat over de salderingsregeling. Die regeling gaat over het recht van huishoudens en kleine bedrijven om de zonnestroom die zij zelf opwekken af te strepen tegen de stroom die ze afnemen van het net. Een woning is daardoor energieneutraal of zelfs energiepositief, je wekt meer op dan je gebruikt.
Disbalans tussen vraag en aanbod
Het probleem is echter dat dit vooral een papieren werkelijkheid is, schetst Jorrit Jouwsma van duurzaamheidsplatform De Duurzame Oplossing. ,,Hooguit een derde van je opgewekte stroom gebruik je direct. De rest pomp je het net op.’’ Dat komt doordat er een disbalans is tussen de vraag naar elektriciteit en het aanbod van zonnestroom. Er is heel veel van midden in de zomer en heel weinig in de winter, terwijl in december en januari de warmtepomp het hardst staat te draaien en de lampen het meeste branden.
Lange tijd was dat geen probleem. De salderingsregeling werd in 2004 ingesteld om huishoudens te stimuleren om hun eigen energie op te gaan wekken. Toentertijd was dat nog een hele investering en hadden panelen nog niet zo’n heel hoog rendement. Slechts een enkeling waagde de stap. Nu, twintig jaar later, is dat anders. De prijs is gedaald, de panelen zijn veel beter geworden en veel meer mensen hebben ze. Drenthe is zelfs koploper in Nederland, met 3,2 panelen per persoon, en ook in Groningen liggen de daken vol.
Lusten voor bezitter, lasten voor de rest
Door de snelle toename zorgt het verschil tussen vraag en aanbod inmiddels wel voor problemen. Niet voor de paneleneigenaar maar wel voor talloze anderen. Ten eerste zijn er de energieleveranciers. Door de regeling kopen zij in de zomer van hun klanten met panelen het overschot aan stroom op tegen een veel te hoge prijs en in de winter moeten ze diezelfde stroom juist weer voor een veel te lage prijs aan hen leveren. Wat ze erbij inschieten, compenseren ze door de elektriciteitsprijs te verhogen.
,,Ze hebben eigenlijk dubbele lasten’’, zegt Poot. ,,Het is niet heel gek dat ze het doorberekenen. Maar het is wel krom. Wie geen panelen heeft, betaalt eigenlijk mee aan die van wie ze wel heeft.’’ Reden voor energieleveranciers Vandebron en Budget Energie om teruglevertarieven in te stellen voor hun panelenklanten. En de kans is groot dat anderen dat voorbeeld binnenkort volgen.
De regeling zorgt ook voor problemen bij de netbeheerders. Die zien op piekmomenten zoveel aanbod aan zonnestroom dat het net het niet aankan. Met netcongestie en instabiliteit tot gevolg. Komende jaren moeten zij dus flink investeren in het verbeteren van het stroomnet. Maar ook daar is er een negatieve rol voor de salderingsregeling want over de gesaldeerde stroom hoeft geen belasting en btw te worden betaald. Het scheelt de schatkist honderden miljoenen.
Genoeg redenen dus om de regeling tegen het licht te houden. Die plannen zijn er al jaren maar het einde van het salderen werd telkens vooruitgeschoven. Vorig jaar nam de Tweede Kamer uiteindelijk toch een wet aan om de regeling af te bouwen. Vanaf 2025 mogen panelenbezitters tot 2031 elk jaar een steeds kleiner percentage salderen. Voor de rest van de stroom krijgen ze tot 2027 80 procent van de kale stroomprijs die ze met hun leverancier hebben afgesproken. In de jaren daarna stelt de overheid elke twee jaar dat percentage opnieuw vast.
De plannen moeten het eigen gebruik van zonnestroom stimuleren en wellicht ook de snelle groei van het aantal panelen een beetje dempen. ,,Als je het niet afschaft, heb je uiteindelijk steeds meer netcongestie’’, zegt Poot. ,,En de verdeling wordt nog oneerlijker.’’ Jouwsma: ,,Ik vind het fair dat ze het doen. Je zet het huidige businessmodel van de panelen onder druk maar er staat een goed verhaal tegenover met ruimte voor andere manieren.’’
Al heeft Jouwsma ook wel wat kanttekeningen. ,,Die gaan vooral over de 80 procent. Energieleveranciers moeten nog steeds best een flink bedrag aan je betalen. Het lost niet zoveel voor ze op, denk ik. De afbouw is ook bedoeld om het eerlijker te maken maar dat verandert hier slechts beperkt.’’
Lot in Eerste Kamer onzeker
De wet kwam er begin vorig jaar door dankzij de partijen van het kabinet-Rutte IV met steun van enkele kleine fracties. Of hij ook door de Eerste Kamer komt? Dat wordt bijzonder spannend. Ook omdat eerst een andere wet aangenomen moet worden die panelenbezitters verplicht om een meter te hebben die de saldering registreert. Jouwsma: ,,Ik denk dat het daar al op blijft haken vanwege de uitvoerbaarheid’’.
Maar mocht dat niet zo zijn, dan is het lot van de wet voor afbouw van de regeling nog steeds onzeker. De voorstemmers uit de Tweede Kamer hebben er met 31 zetels geen meerderheid, daarvoor is eigenlijk of de BBB (16 zetels) of PvdA/GroenLinks (14 zetels) nodig.
Die twee vinden dat er eerst nog meer mensen gebruik van de regeling moeten kunnen maken en vrezen dat zonder salderen het leggen van panelen vooral voor lagere inkomens niet meer uit kan. Aedes (de koepel van de woningbouwcorporaties), de Consumentenbond, Vereniging Eigen Huis en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten vinden ze daarbij aan hun zijde.
Zoeken naar slimmere manieren
Poot en Jouwsma hebben hun twijfels bij die bezwaren. ,,Je kan altijd wel door blijven gaan omdat er achterblijvers zijn die nog niets hebben’’, zegt Poot. ,,Maar dat lost het niet op.’’ Zo ziet Jouwsma het ook. ,,Mensen met een laag inkomen zijn het meeste geld kwijt aan gas om hun woning te verwarmen. Dat probleem kan je beter oplossen door te isoleren. Netto levert dat zelfs meer op.’’
Beide pleiten ook voor slimmere manieren om met de opgewekte energie om te gaan. ,,Je moet veel meer kijken naar bijvoorbeeld warmtebuffers’’, zegt Jouwsma. Iets wat in bijvoorbeeld Leeuwarden ook al gebeurt volgens Poot. ,,Bij corporatiewoningen kijken we nu al naar hoe we die energie slimmer kunnen opslaan. Bijvoorbeeld door het om te zetten in warmte die je in de winter kan gebruiken. Dat is veel effectiever dan wat we lang hebben gedaan met voor iedereen individueel een warmtepomp.’’
Kunnen panelen nog uit?
En dan is er nog de vraag aller vragen: kunnen zonnepanelen uit zonder salderen? Jouwsma is daar heel stellig in. ,,Zodra ze op je dak liggen, heb je ze eigenlijk al terugverdiend doordat de waarde van je huis omhoog gaat door onder meer een beter energielabel. Bovendien moet je je niet blindstaren op de terugverdientijd want de verdientijd is nog veel langer. Als je panelen hebt van goede kwaliteit, kunnen die wel veertig jaar op je dak liggen. Nog jaren nadat je ze afbetaald hebt, leveren ze geld op.’’
De Eerste Kamer buigt zich deze week over het einde van de salderingsregeling.
Waar zijn we?
Op het dak en in Den Haag.
Waarom moet ik dit weten?
Over het einde van de regeling wordt al jaren gesproken maar een besluit bleef altijd uit met onzekerheid tot gevolg voor bezitters en leggers van zonnepanelen.
Waar speelt dit nog meer?
Nergens. In andere landen in Europa die soortgelijke regelingen hadden, zijn deze inmiddels al verdwenen.