Er is een tekort aan kleinschalige opvang voor minderjarige statushouders, zoals hier in Lieving. Foto: archief/Marcel Jurian de Jong
De onrust in de wijk Tuindorp in Coevorden doet denken aan de situatie in Lieving in 2022. Ook daar was protest tegen de komst van minderjarige statushouders. Hoe gaat het nu in de buurtschap aan de rand van Beilen?
‘Hier geen probleemjongeren’ stond in augustus 2022 te lezen op één van de spandoeken in Lieving. Buurbewoners hadden ze geplaatst voor de villa die in beeld was om zes minderjarige statushouders op te vangen. Ze vreesden overlast, nadat de gemeente per brief had laten weten de villa een woonvoorziening van jeugdzorgorganisatie Elker werd.
Drie jaar later is van protest allang niks meer te merken, zegt voorzitter Aad Stikkelorum van buurtvereniging Holthe-Lieving-Makkum. „De onrust kwam voort uit angst, angst voor het onbekende. Meestal is het onwetendheid die mensen triggert.”
„De manier van communiceren van de gemeente hielp niet mee”, voegt hij eraan toe. „De buurt kreeg een brief in de vakantietijd en Midden-Drenthe was op dat moment niet bereikbaar voor vragen.”
Kat van de buren
Dat het protest tegen de opvangplannen Coevorden verder gaat dan destijds in Lieving, behoeft geen nadere uitleg. In Beilen is niks in brand gestoken. Na een bijeenkomst die de gemeente samen met Elker organiseerde voor de buurt, bedaarden de gemoederen. Al bleef een enkeling argwanend. Vanaf dat de tieners er wonen, sinds februari 2023, is alles rustig gebleven.
„Er is een open dag geweest voor de buurt. Daar zijn redelijk wat buurtbewoners geweest en ook telefoonnummers uitgewisseld. Medewerkers van Elker zeiden dat we ze altijd konden bellen als er iets was. Liever tien keer te veel dan één keer te weinig”, vertelt Stikkelorum. De afgelopen tweeënhalf jaar is er één keer gebeld door een omwonende. Dat was omdat zijn kat de opvanglocatie was binnen gelopen. Er is echt nul komma nul overlast.”
Sylvia Makken, die twee huizen verderop woont en destijds betrokken was bij het plaatsen van de spandoeken, bevestigt Stikkelorums verhaal. „We merken er niks van.”
‘Leven en laten leven’
Het gaat goed met de zes jongens die er wonen, vertelt Bregje Kneepkens van Elker. „Ze gaan naar school, hebben bijbaantjes in de horeca of het distributiecentrum van Jumbo in Beilen. Sommigen zijn lid van de voetbalclub. Het is wel eens voorgekomen dat er ‘s avonds om half negen wat jongens enthousiast buiten aan het voetballen waren en dat een buurtbewoner vroeg of het wat zachter kon vanwege een kind dat in bed lag. Dat gebeurde dan ook.”
Veel contact tussen de jongens en de buurt is er verder niet, vertelt Stikkelorum. „We zien ze wel naar het station lopen als ze naar school of het werk gaan, maar dat is het ook. Verder is het leven en laten leven.”
Kneepkens: „In het begin hebben we wel eens signalen uit de buurt gekregen dat sommige jongens zomaar de weg voor de woonvoorziening overstaken, zonder uit te kijken. Daar maakten mensen zich zorgen over. Dat zijn dan dingen die onze woonbegeleiders met de jongens bespreken, net als in normale opvoedsituaties.”