Bomen die beschadigd raken. Struiken die tegen alle afspraken in zijn geklepeld. Maaisel dat blijft liggen en daarmee de grond verstikt. Boeren die illegaal maaien. Er is forse kritiek op het bermbeheer in de gemeente Coevorden.
„Rond Benneveld maar ook elders in de gemeente zien we dat er vrijwel nergens gefaseerd is gemaaid”, spiegelde Gijsbert Six dinsdagavond de politieke partijen in Coevorden voor. „Het door de gemeente uitgevoerde bermbeheer voldoet niet aan de ecologische standaarden. De instructies zijn ontoereikend. Men doet maar wat.”
Zo zou het moeten. Foto: Werkgroep Bloeiend Benneveld
Benneveld was jarenlang hét voorbeeld van hoe ecologisch bermbeheer uitgevoerd zou moeten worden. De werkgroep Bloeiend Benneveld, met daarin ook Six, was daarvoor verantwoordelijk. In 2023 nam Coevorden die taak weer over, omdat de gemeente inmiddels zelf ook de benodigde werktuigen had aangeschaft.
Frustrerend voor vrijwilligers
Sindsdien gaat er volgens Six van alles mis. De werkgroep heeft inmiddels drie rapportages opgesteld. „Op papier is het beleidsdoel goed, maar de implementatie in de praktijk schiet schromelijk tekort. En wordt zelfs ondermijnd. Wij zien met lede ogen aan wat er nu gebeurt. Het is uiterst frustrerend voor de vele vrijwilligers die zich voor de goede zaak hebben ingezet. Vandaar deze noodkreet.”
Een weggemaaide singel. Foto: Werkgroep Bloeiend Benneveld
Wethouder Jeroen Huizing (CDA) erkende dat er fouten zijn gemaakt. „Bij onze mensen sprongen ook bijna de tranen in de ogen toen ze zagen hoe het bermbeheer was uitgevoerd.”
Beschadigde bomen door foutief maaibeleid. Foto: Werkgroep Bloeiend Benneveld
Volgens Six wordt er ook op grote schaal illegaal gemaaid. „Dat gebeurt door derden, bijvoorbeeld grondeigenaren van aanliggende percelen. De gemeente moet dat zien te voorkomen. Je blijft met je handen van de berm af, moet de boodschap zijn. Want die is van iedereen.” Onder meer het PAC drong aan op handhaving als mensen zo maar zelf gaan maaien.
Een rand vol kruiden langs deze akker is verdwenen. Foto: Werkgroep Bloeiend Benneveld
Wethouder Huizing haalde aan dat de gemeente nog steeds groot voorstander is van bloeiende bermen. „Maar zorg er wel voor dat er draagvlak is. We weten dat er onder agrariërs weerstand is tegen alles wat er maar bloeit in de berm, want zij willen dat niet op hun land hebben. Er lopen hierover op dit moment gesprekken met de boermarke en andere vertegenwoordigers van de agrarische sector.”
Gebrek aan draagvlak?
Eddy Heeling (CDA) vroeg zich af of het illegaal maaien duidt op een gebrek aan draagvlak voor het ecologische maaibeleid. „Vinden zij de begroeiing te veel, te divers, te weelderig?” Volgens Six is het gissen naar de reden. „Gebrek aan kennis, destructief gedrag, zeg het maar.” Heeling, boer van beroep, zei dat er ook heel veel goed gaat.
Zo moet het niet. Foto: Werkgroep Bloeiend Benneveld
Gilbert Mulder (PvdA) was benieuwd naar de reactie van de gemeente toen de werkgroep de problematiek aankaartte. Six: „Dat antwoord baarde me pas echt zorgen, want volgens de gemeente was het maaien volgens de instructies gebeurd. Je kunt een keer een fout maken, maar als het maaien volgens de regels heeft plaatsgevonden is er pas echt wat aan de hand. Dan komt het niet zo maar goed.”
Insecten
Essentieel voor ecologisch bermbeheer is volgens Six gefaseerd maaien. „Je maait niet alles tegelijk, maar laat 15 tot 30 procent staan. Dat is vooral ook van groot belang voor insecten. In het gras zitten allemaal eitjes. Die vernietig je tijdens het maaien. Eigenlijk is het daarvoor nooit een goed moment. Maar door een deel een jaar te laten staan, hebben insecten wel de kans hun volledige levenscyclus te doorlopen. Vanuit de niet gemaaide stukken kunnen ze later weer de gemaaide stukken koloniseren.”
Kleine vuurvlinder
Rupsen van de kleine vuurvlinder zijn volgens Six het afgelopen jaar massaal ‘in de stofzuiger’ verdwenen. Dat komt door het op grote schaal inzetten van een zogenoemde maai-zuigcombinatie. „Ook wethouder Jeroen Huizing zou zich als ambassadeur van de kleine vuurvlinder zorgen moeten maken.”