Dientje Siepel (92), Riekie Kuik (79) en Harmtje Wolrich (89) herinneren zich de tijd waarin de vaart nog open was. Foto: Harry Tielman
Ooit huisvestte Gasselternijveen een van de grootste havens van Nederland en was er een vaart tot aan Stadskanaal. Nu staan er auto’s geparkeerd op de gedempte havenkade. De dorpscoöperatie wil de vaart heropenen, maar wat vindt de rest van het dorp?
„Nummer 58!”, roept Piet Wolters door de huiskamer van multifunctioneel centrum De Spil in Gasselternijveen. Op een elektrisch bingo-apparaat drukt hij één voor één de knoppen in, waarna er nummers verschijnen die hij met luide stem voorleest. De aanwezigen houden hun bingokaartjes nauwlettend in de gaten. Totdat een vrouw „bingo!” roept en er met de winst – en wat lekkers als beloning – vandoor gaat.
Wanneer de prijzen verdeeld zijn, stappen drie grijze dames de buurtbus in. Bingo-organisator en voorzitter van de dorpscoöperatie Piet Wolters kruipt achter het stuur en rijdt het gezelschap naar de Vaart, een straat in het centrum van Gasselternijveen.
Rijke scheepvaarthistorie
Waar nu stenen liggen, lag ooit een lange waterweg tot aan Stadskanaal. In 1913 huisvestte Gasselternijveen zelfs een van de grootste havens van Nederland. Her en der herinneren plekken in het dorp nog aan de rijke scheepvaarthistorie. Niet alleen de Vaart, maar ook andere straatnamen als de Havenkade, de Scheepvaartlaan en de Schuttevaerstraat doen denken aan die geschiedenis.
De voormalige burgemeesterswoning Villa Adams, gelegen in het centrum van het dorp, was vanaf eind jaren ‘70 tot 2006 in gebruik als scheepvaartmuseum. En midden in de dorpsstraat staat een met onkruid begroeid schuitje, dat het lokale verleden symboliseert.
Toen de Vaart nog een vaart was
Bij dat bootje stappen de drie dames uit de buurtbus. Harmtje Wollerich (89), Riekie Kuik (79) en Dientje Siepel (92) wonen sinds jaar en dag – alle drie meer dan zestig jaar - in het dorp. Ze weten nog veel over de tijd waarin de Vaart nog een vaart was.
Kuik herinnert zich vooral de winters, toen er fanatiek geschaatst werd op het kanaal. „Ik weet nog goed dat er een keer een jongen achter mij aan schaatste. Hij zei: ‘hé zus, jij een stuiver, ik een kus’”, lacht ze. „Maar ik schaatste gauw weg.”
Oude rommel in het water
Ook de troep die destijds in het water werd gegooid, kunnen de Gasselternijveners nog goed voor de geest halen. „Er werd van alles in gedumpt. Allemaal oude rommel, zoals een oude fiets of een verbrande koekenpan”, vertelt Siepel. „Afval werd toen nog niet opgehaald, dus alles wat je overhield, gooide je zo het water in.” Kuik vult aan: „Enorm vervuilend was dat”.
Vanwege de slechte conditie van de vaart, werd het kanaal gedempt in de jaren ‘70 van de vorige eeuw. Het water maakte plaats voor stenen. „Mijn man was daar niet blij mee. Hij mocht er graag vissen”, blikt Siepel terug. „En we hadden een kano waarmee we vaak tochten maakten, helemaal tot aan Stadskanaal.”
Een foto van de vaart in Gasselternijveen, ergens tussen 1930-1934. Met helemaal rechts Hotel Boerma en daarnaast het voormalige gemeentehuis van Gasselte. Op de achtergrond is de toren van de Nederlands hervormde kerk te zien. Foto: Drents archief / Drents museum
Ook de opkomst van vervoer via wegen speelde mee in de keuze om de straat droog te leggen. „Dat is natuurlijk sneller en efficiënter dan over water. Maar ook gevaarlijker. Er gebeuren regelmatig ongelukken”, vertelt Wollerich over de zigzaggende weg. „Tja, als je de straat goed kent, ga je er met een gang van 50 kilometer per uur zo overheen”, bekent Siepel, die op 92-jarige leeftijd nog steeds door het dorp crost in haar auto. „Ik tenminste wel”, lacht ze.
Oude historie hersteld
Als het aan dorpscoöperatie de Brug ligt, wordt de oude scheepshistorie van het dorp weer hersteld. Al lange tijd onderneemt de vereniging actie om de vaart te heropenen. In 2006 werd een dorpsvisie opgesteld, waarin het plan werd genoemd. Van die visie werden zo’n beetje alle wensen vervuld. Behalve één: de terugkeer van het water in het centrum.
In 2018 werd opnieuw een dorpsinitiatief ingediend bij de gemeente Aa en Hunze, waarbij het heropenen van de vaart onderdeel was van een groter plan voor reconstructie van het dorpscentrum. Ook het verbeteren van straten en fietspaden en de herinrichting van parkeerplaatsen maken deel uit van dat initiatief. De gemeente Aa en Hunze besloot een paar weken geleden om de haalbaarheid van die plannen te gaan onderzoeken en reserveert daarvoor 100.000 euro.
Duurzaam en verfraaiing
Volgens Jan Willem Koops van de dorpscoöperatie heeft heropenen vele voordelen. Met stipt op nummer één: duurzaamheid. „Het kan bijdragen aan het beter regelen van de waterafvoer en -berging in het dorp. Daar moet echt iets aan gedaan worden”, vindt hij. „In sommige wijken kan het water niet goed wegstromen, waardoor er bij zware regenval water in kruipruimten blijft staan. Bovendien is er een waterbuffer nodig voor de droge zomers.”
Ook moet er volgens hem een gescheiden riolering in het dorp komen. „Dat is er nu nog niet, maar kan met dit plan direct worden geregeld.”
Voor medebestuurslid Piet Wolters is verfraaiing van het dorpscentrum een ander pluspunt. „Hiermee kunnen we iets van de geweldige geschiedenis herstellen. Het zal er prachtig uitzien, vooral met aangelegen monumentale gebouwen als de kerk en het oude gemeentehuis”, denkt hij. „Dat maakt het aantrekkelijk om hier te komen, wat een impuls geeft aan toerisme en lokale ondernemers.”
Een foto (gemaakt ergens in 1962-1965) van de vaart voor het gemeentehuis van Gasselte aan de Vaart 11 te Gasselternijveen. Foto: Drents Archief / Drents Museum
Hoe de nieuwe Vaart er precies uit moet komen te zien en wat voor prijskaartje daaraan hangt, moet blijken uit het onderzoek. Volgens de dorpscoöperatie hoeft het kanaal niet weer in zijn geheel geopend te worden. „Maar het moet ook geen sloot van drie meter worden”, lacht Wolters.
„Daarbij is het vooral belangrijk dat de wensen van inwoners worden opgehaald. Het is hun woongebied”, benadrukt Koops. „Een grote meerderheid zal het vast prima vinden”, denkt Wolters.
‘Van mij hoeft het niet’
„Van mij hoeft het niet”, zegt Riekie Kuik gedecideerd. „Wat kost dat wel niet? Volgens mij kunnen ze dat geld beter aan wat anders besteden, bijvoorbeeld aan de voedselbank.”
„Het kost vast kapitalen”, denkt Dientje Siepel. „Het maakt mij niets uit: open of dicht.”
Dientje Siepel (92), Riekie Kuik (79) en Harmtje Wolrich (89) wonen al meer dan zestig jaar in Gasselternijveen. Foto: Harry Tielman
‘Koek en zopie’
Toch keuren ze het plan niet helemaal af. „Als we weer strenge winters krijgen, dan zou ik zeggen: ‘ja, doe de Vaart maar weer open’. Want dan kunnen kinderen er weer op schaatsen”, dagdroomt Siepel hardop. Kuik sluit zich daarbij aan. „En dan doen wij weer de koek en zopie!”, lacht ze.