Feest op De Oude Meerdijk na een zeldzame overwinning dit jaar, thuis tegen PSV. Foto: Cor Lasker
Het voetbalminnende Noorden siddert bij de dreigende degradatie van Cambuur Leeuwarden, FC Emmen en FC Groningen. Collega-supporters die ooit in hetzelfde schuitje zaten, weten raad. Tips om het hoofd koel en het voetbalhart vurig te houden.
In Emmen zijn de bilspieren de afgelopen jaren al flink getraind, maar 60 kilometer noordelijker is het billenknijpen ongebruikelijker. Zowel op De Oude Meerdijk in Drenthe als in de Euroborg in Groningen zweven duizenden voetbalsupporters tussen hoop en vrees.
Het is een herkenbaar gevoel voor fans elders. Daarom een rondje langs de velden van clubs die over of langs de randen van de afgrond gingen. Van Kerkrade tot Veendam. Aan supporters daar de vraag wat wel en wat vooral niet te doen bij degradatiestress.
Clubliefde kent geen divisie
Het laatste wat fans nu willen horen, is dat voetbal maar een spelletje is. Voor velen is het veel meer dan dat. De resultaten op het veld bepalen het humeur erbuiten. Bij een club in nood zijn echte supporters in rouw. Dat is geen aanstellerij. Op die donkerste dagen is ware clubliefde dieper gevoeld en noodzakelijker dan ooit.
Teleurstelling bij spelers en supporters in Groningen na weer een nederlaag, thuis tegen Cambuur. Foto: Dijks Media/Henk Jan Dijks
Jesse Hoven weet er alles van. In 2010 was zijn FC Twente landskampioen en speelde de clubin de Champions League tegen de grootste clubs van Europa. Acht jaar later verloor de club de strijd om degradatie. Hovens vader is geboren in Vries en zijn moeder komt uit hartje Groningen. Vorig jaar stond hij een nier af aan een grote Groningen-fan: zijn broer. Zelf is de inwoner van Texel in 2000 besmet met het Twente-virus bij een benefietwedstrijd na de vuurwerkramp. Maar het moge duidelijk zijn, Hoven voelt mee met de pijn in het Noorden.
Zijn advies: ,,Blijf juist nu je club trouw. Echte fans staan paraat als het niet goed gaat. Successupporters zijn er in Rotterdam en Amsterdam al genoeg. Mocht het toch misgaan, verleng dan direct je seizoenkaart voor volgend jaar. Blijf komen en neem je partner, vrienden en kinderen mee. Laat zien wat clubliefde is en dat die geen divisie kent.’’
Jesse Hoven na de operatie voor zijn broer, uiteraard in Twente-shirt. Foto: Jesse Hoven
Dat is ook wat Ron Meyer, supporter van de gevallen topclub Roda JC, adviseert. ,,Blijf samen juichen, samen sjoebe (mopperen, red.) en samen zingen voor je club. Juist met je voetbalmakkers die er altijd zullen zijn en blijven. Als jullie dat niet doen,doet niemand het. Ik heb mijn handen wel vol aan Roda.’’
Onvoorwaardelijke clubliefde betekent overigens niet dat je de club met je moet laten sollen. Spelers die de kantjes er vanaf lopen of bestuurders die er een janboel van maken, verdienen tegengas door georganiseerde en strijdbare supporters. Juist bij nood liggen er altijd aasgieren op de loer. Rijkaards die voor een habbekrats de club willen kopen en die vaak verder de verdoemenis in helpen, zo merkten ze in Zuid-Limburg.
Jullie zijn de FC
Op Netflix staat een documentaire over de teloorgang van de volksclub Sunderland. Clubeigenaren stortten de Engelse club in de financiële en sportieve afgrond. Tot groot verdriet van de supporters, die al hun zweet, tranen en centen in de club staken.
,,Sunderland, eat your heart out’’, zegt Roda-man Meyer vanuit Heerlen. ,,Dat is echt kinderspel in vergelijking met wat er bij Roda gebeurde. Bij onze club leek het de afgelopen jaren pas echt op een slechte soap met wekelijkse cliffhangers.’’
Die chaos volgde op het onvoorstelbare: Roda degradeerde in zowel 2015 als 2017 naar de eerste divisie. ,,Wij konden helemaal niet degraderen. Roda hoorde net als Feyenoord, Ajax en PSV op het hoogste niveau. Dat was voor ons een natuurwet. En toch gebeurde het: met een selectie van niks, wanbestuur en een berg schulden zakten we af. Niet langer naar de Kuip op zondag, maar naar Oss op vrijdagavond.’’
Als je wat daarna gebeurde als script bij Netflix had aangeboden, zouden ze daar aan de geloofwaardigheid twijfelen. Dieptepunt: een Mexicaanse charlatan kreeg voor 1 euro de club in handen. De man bleek al snel platzak en liep met het clubkostuum van de trainer door het stadion. Totdat de supporters er genoeg van hadden en hem met ferme hand in de rust van een wedstrijd het stadion uitgooiden.
,,Dat hoeven ze in Groningen niet meteen op deze manier te doen, hoor. En Ronald Lubbers lijkt me wel veilig in Emmen’’, haast Meyer zich bij die vergelijking te melden. ,,Mijn advies is eigenlijk: eis je club op. Jullie zijn de FC.’’
De gangmakers van Roda 1962 met Ron Meyer (rechts) en voormalig topscoorder Maurice Graef (rechtsvoor gehurkt). Foto: Roda 1962
Bij Roda richtte een groep jongens van de tribune tijdens de zwaarste storm in de clubgeschiedenis het ledencollectief Roda 1962 op. Geen reguliere supportersvereniging, maar een ‘waakhond van erfgoed, clubcultuur en het voortbestaan van de club’. Die formele inspraak krijgen ze bij duizend leden. Dat aantal gaat binnenkort gehaald worden. ,,Wij bemoeien ons niet met de opstelling van de trainer en eisen niet het ontslag van een directeur. We willen wel inspraak in de club. Over het logo, de clubkleuren, de speelstad en de jeugdopleiding. Ons doel is dat onze kleinkinderen in 2062 nog steeds naar ons geliefde Roda kunnen.’’
De machteloosheid inruilen voor meer supportersmacht binnen de club. Als het ergens kan is het in Emmen en Groningen.
Samen lachen, samen rouwen
Want als de fanatieke aanhang hier ergens om bekendstaat is het de noordelijke humor, strijdlust en zelfspot. De sfeeracties en spandoeken zijn al jaren van een grootse schoonheid en in tegenstelling tot het voetbal behorend tot de top van de eredivisie. Bij winst en verlies. Binnen en buiten het veld.
Toen recent de dochter van een van de leden van de harde kern van Emmen overleed, bleek wat de supporterscultuur in Nederland kan zijn. Fanatieke leden van veel clubs kwamen naar Emmen om samen te zingen en te rouwen. De knuffelgooi-actie vanuit het uitvak met Cambuur Leeuwarden-supporters maakte diepe indruk in het hele land.
Jeroen Huizingis vaste bezoeker van zowel uit- als thuiswedstrijden van Emmen. Daarnaast is hij wethouder namens het CDA in Coevorden. Een ervaringsdeskundige dus wat betreft clubs in zwaar weer. ,,Trouw blijven aan je idealen en aan je club betekent samen door diepe dalen gaan, maar ook samen mooie dingen beleven. Soms krijgt negativisme de overhand, maar niemand gaat beter presteren van gemopper en gefluit. Mijn tip: wanhoop niet, samen gaan we het gewoon redden.’’
Regionale rivaliteit in crisistijd
Van dat laatste is ook Martin Siepel uit Veendam overtuigd. ,,Geen stress, Dick Lukkien houdt de jongens van FC Emmen wel bij de les”, spreekthij zijn voormalige rivalen in Drenthe wat moed in.
Siepel was aanhanger van de betaaldvoetbalclub in Veendam die in 2013 ter ziele ging. Nog voor die genadeklap maakte hij als tiener twee degradaties mee. ,,Ik was 10 en 14 toen SC Veendam degradeerde van de ere- naar de eerste divisie. Ik heb mij toen dagen opgesloten op mijn kamertje, terwijl ik uit het dakraam staarde naar stadion De Langeleegte verderop. Ik ken dus het gevoel wel.’’
Zijn advies aan beide supportersgroepen is verschillend. In Emmen mogen ze blind vertrouwen op de kroonprins van het trainersgilde, en niet geheel toevallig Veendammer, Dick Lukkien. Geen paniekvoetbal in Drenthe dus.
Voor Groningers heeft hij ook een troostende boodschap. ,,Ook een stapje achteruit kan een stap voorwaarts betekenen. Een club als Groningen zal nooit lang in de eerste divisie bivakkeren. Dus als het misgaat, heb je snel weer een promotiefeestje op de Grote Markt.’’
Volgens Siepel is het van belang dat juist in Groningen de band tussen club en achterban weer steviger wordt. ,,Neem afscheid van buitenstaanders en zet echte Groningers als Arjen Robben, Dick Lukkien en Joop Gall aan het roer. En draag die aardbevings-armband niet eenmalig, maar permanent.’’
Martin Siepel met zijn zoontje Ruben op bezoek bij SV Meppen. Eigen foto
Siepel zelf heeft overigens geen geluk met zijn clubkeuze na het faillissement van Veendam. Hij is nu groot liefhebber van het in degradatienood verkerende SV Meppen, vlak over de Duitse grens. Het verdriet is minder dan toen. ,,Veendam zit in mijn hart, Meppen draag ik een warm hart toe.’’
Emmen tegen Veendam komt niet terug. Dat was dé derby van Drenthe en Groningen. De door deze krant in het leven geroepen Hondsrugderby tussen beide FC’s heeft die status bij supporters zeker niet. Voor Groningen zit de rivaliteit met Twente of Heerenveen veel dieper en de enige echte rivaal van Emmen blijft altijd Veendam.
Toch staat op 18 februari Groningen tegen Emmen op het programma. Een degradatiekraker van jewelste. Laat het de hoogmis worden van het noordelijke profvoetbal. Met een tjokvol rood-wit uitvak en een groen-witte zee in de rest van de Euroborg. Toon aan elkaar, burgemeesters, politie en de samenleving wat voor voetbalfeest dat kan zijn. Laat daarbij, voor- en achteraf, de onderlinge pesterijtjes op de vele Gronings-Drentse werkvloeren vooral niet achterwege.
En dan volgend jaar deze voetbalpot gewoon nog minimaal twee keer beleven. Natuurlijk in de eredivisie.
De lotgenoten zijn het eens: supporters bepalen de identiteit van de club. Spelers en clubbestuurders zijn slechts passanten. Of ze nu gehate directeuren zijn of geliefde suikerooms. Wie al zijn hoop vestigt op een nieuwe messias in de spits of een wonderboy in de bestuurskamer, zal vroeg of laat bedrogen worden.
Vraag het Robert Nesbitt uit Newcastle die in 1995 een grote tattoo van zijn favoriete speler van de plaatselijke United op zijn dij liet graveren. Vijf uur lang onder de pijnlijke naald. De inkt was nog niet droog of de speler vertrok naar Manchester United.
Zo pijnlijk zal de overstap van Mike te Wierik deze week niet uitpakken, maar het zal toch even steken in Groningen dat hun boegbeeld vanaf deze week in Drents dienstverband speelt.