Jannes, Jan Klasens en Bouke. De geliefde paradijsvogel Jan Klasens woonde een periode in Emmermeer, de zangers Jannes en Bouke wonen er momenteel. Collage: DVHN
De allereerste flats en rijtjeswoningen in Emmen. Ze verrezen niet in het centrum, maar in Emmermeer. Dit jaar bestaat de oudste wijk van Emmen 75 jaar. Een kijk in de wijk waar de zangers Jannes en Bouke opgroeiden en met plezier wonen.
Voor Gerrit Griemink (71) is er geen mooiere wijk dan Emmermeer. En dat heeft, zo zegt hij, niet alleen te maken met het feit dat hij er zelf al zeventig jaar woont. ,,De ligging is prachtig. Vlak bij het centrum én dicht bij het bos. En moet je met de auto richting Groningen, Friesland of Zwolle, dan zit je ook zo op de snelweg.’’
Een echte volkswijk, zo staat Emmermeer te boek. Terecht, aldus Griemink. ,,Het heeft het gemoedelijke van een volkswijk, nog steeds. Al is het wel anders dan toen ik jong was. Nee, dat heeft niets te maken met de komst van dure huizen aan de bosrand, nu zo’n twintig jaar geleden. Mensen zijn meer op zichzelf, iets wat je overal eigenlijk ziet. Vroeger liep iedereen bij elkaar via de achterdeur naar binnen. Die tijd is geweest. Maar is er hier een feestje, dan gaat nog altijd bij veel mensen de Nederlandstalige muziek aan. En vaak ook best hard en tot na middernacht. Het hoort erbij, niemand die dan de politie belt.’’
Op paard door de wijk. Op achtergrond Aireydorp-woningen. Foto: Collectie Roelof Boelens
Er stonden in 1829 al huizen in het gebied
Zo’n zesduizend inwoners telt Emmermeer momenteel. De wijk is genoemd naar een veertig hectare groot en ondiep meer. Vanaf 1857 liep het meer leeg. Het water belandde in het pas gegraven Oranjekanaal, dat een stuk lager lag. Wat overbleef was een moerassig terrein, dat werd ingericht als landbouwgrond. In een in 2011 uitgegeven boek van Griemink over Emmermeer valt te lezen dat er in ieder geval in 1829 al huizen stonden in het gebied.
In 1894 kwamen de eerste woonwagens op de plek van het huidige woonwagenkamp en in de jaren twintig van de vorige eeuw werden er aan de Warmeerweg, Valtherzandweg en de Nijkampenweg goedkope huurhuizen neergezet, zogeheten gemeentewoningen.
De bouw van woonwijk Emmermeer begon in de tweede helft van de jaren veertig. Foto: Wouter van Heusden
Van de bouw van een wijk was toen nog geen sprake, die begon in 1948. De industrialisatie van Emmen kreeg vorm en er moesten snel meer woningen komen. De eerste huizen waren traditioneel van vormgeving en hadden een stuk grond voor het houden van dieren en het verbouwen van groente. Maar al snel werd gekozen voor rijtjeswoningen en weer iets later verrezen ook de eerste flats. De opzet was ruim, met veel verschillende soorten woningen.
Een bijzonder deel van de wijk werd het gedeelte tussen de Weerdingerstraat en de Warmeerweg. Daar verrezen witte huizen die gebouwd werden volgens het bouwsysteem Airey: stalen frames waaraan grote blokken beton werden bevestigd. De betonblokken werden niet verder afgewerkt, waardoor de huizen een volstrekt ander uiterlijk hadden dan andere woningen in de wijk. Aireydorp werd het buurtje genoemd. Of Jeruzalem, vanwege de kleur van de woningen.
De woningen in Aireydorp, ook wel Jeruzalem genoemd. De huizen zijn gebouwd volgens het bouwsysteem Airey: stalen frames waaraan grote blokkenbeton werden bevestigd. Foto: Collectie Roelof Boelens
Een keer per week naar het badhuis van Bendien
Lang niet alle wijkbewoners hadden de beschikking over een douche. Zij konden op vrijdagavond en zaterdag tegen een kleine vergoeding terecht in het badhuis van confectiebedrijf Bendien, dat in 1938 was neergestreken op een perceel vlak bij de latere wijk en tot 1979 zou blijven bestaan. Aan de rand van Emmermeer, aan de Weerdingerstraat, stond tussen 1948 en 1974 nog een andere fabriek: de OBI. Griemink: ,,Daar werd bloed uit slachterijen verwerkt tot bloedmeel. Omdat het bedrijf een enorme stank verspreidde, werd de fabriek de stinkfabriek genoemd.’’
Emmermeer ontwikkelde zich in de jaren vijftig en zestig flink. Veel gezinnen vestigden zich in de wijk en ook het aantal voorzieningen steeg. In de jaren zeventig veranderde dat. Veel huizen voldeden niet meer aan de eisen van die tijd en nogal wat mensen die het zich konden veroorloven, verkasten naar de nieuwere woonwijken van Emmen.
De flats en en woningen nabij het grote wijkpark. Deze gebouwen staan momenteel in de hekken en worden binnen afzienbare tijd gesloopt. Foto: Wouter van Heusden
In de jaren tachtig werd begonnen met het op grote schaal opknappen van huurwoningen in Emmermeer en vanaf de jaren negentig werd fors ingezet op het slopen van verouderde bouw en het neerzetten van nieuwe, moderne woningen. Mede om de samenstelling van de bevolking gevarieerder te maken, werd rond de eeuwwisseling aan de rand van het bos een buurtje gebouwd met relatief dure koopwoningen.
Slopen of opknappen?
Wie nu door de wijk rijdt, ziet dat het proces van slopen en nieuwbouw nog altijd in volle gang is. Op de voormalige plek van drie zwaar verouderde flats aan de Meerstraat staat sinds kort een hofje met 23 koopwoningen. Even verderop staan twee oude flats in de hekken te wachten op een sloopbedrijf. Karakteristieke flats, die volgens kenners op het gebied van architectuur niet gesloopt, maar opgeknapt zouden moeten worden.
Griemink: ,,Ik heb begrip voor beide partijen. Die flats hebben iets bijzonders, ook in combinatie met de omgeving. Maar met nieuwbouw krijg je iets dat meteen past bij de eisen van deze tijd en waarmee je weer jaren vooruit kan. Elders in de wijk staan nog drie van dit soort flats. Misschien is het een idee om eentje of twee te laten staan en die op te knappen en te moderniseren.’’
Griemink aast zelf niet op een appartement. Hij heeft zijn arbeiderswoninkje kunnen kopen en die verbouwd. ,,Nu met slaap- en badkamer op de begane grond. Mijn vrouw en ik hopen hier tot het eind toe te kunnen wonen. Ja, we zijn best honkvast. Maar waarom zou je weg willen als je op een prima plek in de mooiste wijk van Emmen woont?’’
In de jaren tachtig en negentig de bekendste inwoner van Emmen. Een paradijsvogel die je overal tegenkwam en die iedereen vol enthousiasme begroette met kreten als ’Moie’ of ’Hallo Katrientje’.
Jan Klasens werd in 1923 geboren in het centrum van Emmen en ging al op jonge leeftijd aan het werk als boerenknecht. Na de Tweede Wereldoorlog emigreerde hij naar Australië, waar hij zo’n 27 jaar de kost verdiende in de bouw. In 1974 keerde hij terug naar Emmen. Dat bleef niet lang onopgemerkt. De vrijgezel Klasens was ogenschijnlijk altijd op pad en had voor iedereen een vriendelijk woord. Ook stond hij ‘s weekends met veel lawaai bij amateurclubs langs de lijn.
In 1987 baarde hij opzien door een plan te presenteren voor de bouw van een 150 meter hoge toren op de Markt. Tot groot verdriet van zijn familie lukte het hem niet om goed voor zichzelf te zorgen. Omdat er gevaarlijke situaties dreigden te ontstaan en hij geen hulp accepteerde, werd hij uit zijn flatwoning in Emmermeer gezet.
Via daklozenhuis De Breehof in Nieuw-Amsterdam belandde Klasens in een gesloten inrichting in Assen, waar hij in 2003 op 80-jarige leeftijd overleed.
Jan Klasens Foto: Foto Jong Emmen
Jannes Wolters (1973)
Succesvol vertolker van het Nederlandstalige levenslied. Kreeg het voor elkaar om zowel Ahoy in Rotterdam als Gelredome in Arnhem vol te krijgen. Wolters is geboren en getogen op het woonwagenkamp in Emmen, dat onderdeel is van de wijk Emmermeer. Op de LTS aan de Stationsstraat haalde hij zijn timmerdiploma. Eenmaal aan het werk vond hij het vak van timmerman toch niet zo goed bij hem passen.
Na een half jaar stopte hij ermee en ging hij zijn vader helpen, die in Klazienaveen een cd-winkel had. In 1999 begon zijn eigen loopbaan in de muziek. Op een feestje vroegen vrienden en familieleden of Jannes misschien iets wilde zingen. Dat deed hij en hij ontroerde de zaal. Zijn vader Joop zorgde ervoor dat hij een maxi-single kon maken.
De doorbraak kwam in 2002 met zijn tweede album, het door Martin Sterken geproduceerde Jannes woonde destijds in Noordscheschut, het dorp waar zijn vrouw Truitje vandaan komt. Enkele jaren geleden verhuisde het stel naar weer naar Emmen, naar een gloednieuwe woning in Emmermeer.
Jannes Wolters
Willem Kremer (1918 - 1997)
Communistisch politicus, zat acht jaar in de Tweede Kamer, zes jaar in de senaat en maakte 37 jaar deel uit van de Emmer gemeenteraad en Provinciale Staten.
Zoon van een veenarbeider in Erfscheidenveen. Op 14-jarige leeftijd werd Willem, die onderwijzer of arts wilde worden, van school gehaald. Hij moest aan het werk om het gezinsinkomen op te krikken. Werd al op jonge leeftijd actief bij de Communistische Partij Nederland (CPN).
Dogmatisch was hij niet, hij trad naar buiten toe veel gematigder op dan veel van zijn partijgenoten. Kremer kende zijn dossiers, speelde altijd de bal en had oog voor mensen in nood. Toen in 1956 de Russen Hongarije binnenvielen, keurde Kremer dit af. Omdat de Emmenaar CPN’er was, kwamen hij en zijn gezin desondanks onder vuur te liggen. Bij hem thuis werden ruiten ingegooid en een week verbleef het gezin noodgedwongen elders.
Dochter Hannie, genoemd naar de verzetsstrijdster Hannie Schaft, werd een periode onder politiebegeleiding naar school gebracht. In 1997 overleed Kremer, die vanaf 1951 in Emmermeer woonde. Van links tot rechts werd hij met mooie woorden herdacht.
Willem Kremer Foto: Archief DvhN
Jan van Beveren (1948- 2011)
Voormalig keeper van het Nederlands elftal, die 32 interlands speelde en met PSV drie keer landskampioen werd en de UEFA-cup won. Volgens velen de beste keeper van Nederland ooit, in ieder geval de meest stijlvolle.
De in Amsterdam geboren Jan van Beveren woonde van zijn tiende tot zijn achttiende in Emmen, in de wijk Emmermeer. Hij belandde in Zuidoost-Drenthe omdat zijn vader Wil in 1958 chef-sport werd bij de Emmer Courant.
Wil was vroeger een grootheid in de atletiek. Als sprinter was hij drie keer Nederlands kampioen geweest en in 1936 deed hij mee aan de Olympische Spelen in Berlijn. In de Emmer volkswijk Emmermeer betrok het gezin Van Beveren een woning aan de Nijkampenweg 212. Een krappe tussenwoning voor een gezin met vijf leden: vader Wil, moeder Geert en hun drie zoons Wil, Jan en Jaap.
De twee oudste jongens werden profvoetballer. Via Emmen, toen nog een amateurclub, gingen ze allebei naar Sparta. Daarna belandde Wil bij SVV en Heerenveen en Jan bij PSV en de Amerikaanse clubs Fort Lauderdale Strikers en Dallas Sidekicks. In 2011 overleed de voormalig doelman in zijn woning in Beaumont (Texas) aan een hartstilstand.
Jan van Beveren, voormalig topkeeper in 1978. Hij speelde toen bij PSV. Foto: ANP
Bouke Scholten (1981)
Zanger, vooral bekend vanwege zijn vertolkingen van nummers van Elvis Presley. Woont zijn hele leven in Emmermeer, eerst op het woonwagenkamp, daarna in een ‘gewoon’ huis in de wijk. Voordat hij zanger werd, was hij onder meer schilder, vakkenvuller in de supermarkt en autopoetser. Was al op jonge leeftijd met muziek bezig.
Zijn eerste optreden was als 4-jarig jochie op het jaarlijkse kampfeest. Bouke playbackte Jackie Wilson met het nummer Reet petite. In de edities daarna was Bouke ook present. Op 17-jarige leeftijd zong Bouke live het nummer Sex bomb van Tom Jones op een feest van voetbalclub WKE.
Na afloop kreeg hij te horen dat zijn stem op die van Elvis Presley leek. In de jaren daarna deed Bouke mee aan talentenjachten op televisie: Waar is Elvis?, The winner takes it all en All together now. Hij won ze allemaal. De grote doorbraak kwam dit jaar door zijn deelname en winst in het tv-programma The Tribute – Battle of the bands.
Met de Elvis Matters Band was Bouke daarna drie keer de hoofdact van een grote show in de Ziggo Dome. Op en 18 en 19 april 2024 staat Bouke opnieuw in de Ziggo Dome, maar dan met een exclusieve show.