Jante Wortel: ,,Mijn stoornis ging niet om het eten, maar om het hebben van controle." Foto Willemieke Kars
Jante Wortel schreef een boek over ‘de verstikkende dynamiek van een gezin en de vraag hoe je iemand kunt helpen die zichzelf dwangmatig kapot maakt’. Weerlicht heet haar debuutroman.
De naam van Jante Wortel (Assen, 1996) kunnen we kennen omdat ze in 2015 met een kortverhaal de finale van Kunstbende won. Een jaar later, in 2016, haalde ze twee keer de krant. Eerst als winnaar van de Groningse voorronde van Write Now, daarna als winnaar van de Drentse Talentprijs Cultuur. In 2017 werd aangekondigd dat haar debuutroman bij uitgeverij Das Mag zou verschijnen.
We zijn nu vijf jaar verder en Weerlicht ligt sinds deze maand in de winkel. In de boekhandel in Arnhem waar Wortel zelf werkt, hebben haar collega’s er een toren van gebouwd. Af en toe pakt iemand een exemplaar om bij Wortel aan de kassa af te rekenen. ,,Zeg je dan: ‘Dat is mijn boek?’ Ik vind het leuk te laten weten dat ík het heb geschreven. Maar het is ook ongemakkelijk.”
Weerlicht is een indringende roman over de 15-jarige Lea, die met haar ouders, haar broer en een caravan op vakantie naar Noorwegen gaan. Lea kampt met een eetstoornis. Het gezin heeft ervoor gekozen de hulpverlening los te laten, voor even. Daarna ontvouwt zich een beklemmend familieportret. De vader probeert alles onder controle te houden, de moeder zeult een zuurstoffles mee, de broer staat op springen.
Als ik wil weten waar de stoornis van Lea vandaan komt, wordt duidelijk dat haar debuut op eigen ervaringen is geïnspireerd. Wortel vertelt over haar middelbareschooltijd. ,,Voor mij was het belangrijk hoe ik gezien werd, of ik in de hokjes paste. Ik was onzeker over mijn lichaam, er werden vleeskeuringen gehouden. En ik zat in een driehoeksverhouding met vriendinnen – je kunt in de klas maar met zijn tweeën naast elkaar zitten.”
Toen die vriendschap brak, zocht Wortel een project waarbij alleen zij bepaalde of iets goed ging. Dat project werd eten. ,,Achteraf denk ik dat het altijd al in mij heeft gezeten; ik ben nog steeds een kieskeurige eter”, vertelt ze. ,,Wat ook meespeelde, is dat mijn moeder altijd ziek was. Mijn broer en ik namen extra verantwoordelijkheden op ons. Voor mij was dat koken. Daar had ik controle over. Mijn stoornis ging niet om het eten, maar om het hebben van controle.”
Permanent bang de grip kwijt te raken
In Weerlicht is Lea permanent bang de grip kwijt te raken. Hoewel haar vader er alles aan doet om de reis zo gepland mogelijk te laten verlopen, worstelt de dochter met de gedachte dat haar eetpatroon in de war raakt en ze haar zelfopgelegde bewegingen niet kan doen. Halverwege de roman breekt paniek uit als het gezin op een smalle weg de caravan moet keren voor een tegenligger, een tankwagen.
Jante Wortel: ,,Soms het goed is om af te wijken van het ingeslagen pad." Foto: Mediahuis Noord
Is het belangrijk om te weten of de gebeurtenissen in Weerlicht echt zijn gebeurd? Wie de roman leest, weet meer dan genoeg. ,,Wat gebeurd is, is door mij vervormd om er een roman van te maken,” vertelt Wortel. ,,Er zit veel van mezelf in dit boek. En als je mijn ouders kent, zul je misschien ook hen herkennen. Dat vormde een drempel om iets naar buiten te brengen, maar maakt het ook interessant. Ik vind het spannend om gezien te worden.”
Ze herinnert zich de blijdschap toen ze de Kunstbende en Write Now Groningen won en vervolgens werd bekroond met Drentse Talentprijs Cultuur. ,,Die prijzen vormden een bevestiging dat wat ik deed als talentvol werd gezien. Ik zou het lastiger vinden als ik middelmatig ben. Een zesje is net niks. Als ik iets doe, wil ik het goed doen. Daar werk ik mezelf wel eens mee in het nauw.”
Angst voor een stigma
Er is angst voor een stigma: de schrijver van die eetstoornisroman. ,, Ik heb getwijfeld of ik dit moest vertellen”, zegt ze. ,,Het meeste wat ik over dit onderwerp heb gelezen, zijn non-fictieboeken met bevestigingen van het beeld dat ik niet wilde scheppen. Mijn boek moest over een gezinsdynamiek gaan, omdat ik familie heel belangrijk vind. Toen ik dat besluit had genomen, voelde ik de drive: nu ga ik er ook écht iets over vertellen.”
Dat leidt tot de vraag die op de achterflap wordt gesteld: of je iemand kunt helpen die zichzelf dwangmatig kapot maakt. ,,Niet altijd”, denkt Wortel. ,,Ik heb mij bij mijn behandeling vaak niet gehoord gevoeld. Vaak werd er niet ingegrepen, terwijl dat wel beter was geweest. Of je van stoornissen af kunt komen, verschilt per persoon. Ik weet wel dat het soms het goed is om af te wijken van het ingeslagen pad.”
Weerlicht (2022), Jante Wortel.
Wat haar zelf uiteindelijk heeft geholpen is – onder meer – een verhuizing naar Arnhem, waar ze aan kunstacademie ArtEZ de opleiding creative writing volgde. ,,Daardoor kon ik opnieuw beginnen. Wat ook helpt, is dat ik nu teveel dingen heb die ik niet voor de controle wil inruilen. Zoals mijn vriend. En mijn werk. Spontaan iets doen blijft lastig. Ik doe wat ik kan, probeer voorzichtig te zijn en waardeer wat ik heb.”