De jonge generatie die in de jaren 70 dacht dat de wereld vrijer, mooier, idyllischer zou worden. Make love, not war in Assen | Kunst kijken met Eric Bos
‘Zomer’ uit ‘De vier jaargetijden’ (1976) van Matthijs Röling, olieverf op doek 87 bij 77 centimeter, is een van de vier seizoenskastjes op ‘Gen F’ in het Drents Museum. Foto: Eric Bos
De tentoonstelling Gen F in het Drents Museum gaat haar laatste maand in. Daar is te zien hoe sterk de Noordelijke Figuratie vorm kreeg vanuit het paradijselijk gevoel van de jaren 70.
Toen ik op een zomernamiddag eind jaren 70 voor het eerst bij de dichter Rutger Kopland op bezoek kwam, hing daar een schilderij van Matthijs Röling dat wonderwel paste in het verbouwde interieur van de boerderij waar een schilderachtige sfeer hing.
Het toonde een bedrieglijk echt geschilderd houten kastje, maar verre van fotografisch. Het leek eerder naar een onbepaald verleden te verwijzen. Naar bloemen en fruit, naar muziek; het leek of je naar de kunstgeschiedenis tot aan het jaar 1925 stond te kijken, toen Mondriaan zijn eerste abstracte schilderij maakte. Vanaf dat jaar hield de kunstgeschiedenis op, vond de schilder.
Een schaaltje met kersen
Dat geschilderde rode houten kastje bevat attributen als een zomerboeket van klaprozen en margrieten, een schaaltje met kersen, antieke poppen, een vrolijk gestreepte halsdoek. Aan spijkertjes hangen enkele dodecaëders en op de plank rechtsboven staan achterin twee kleurenkaarten die Matthijs Röling gebruikte bij het schilderonderwijs dat hij gaf op de Academie Minerva in Groningen.
Naast het bloemenvaasje staat een viool. Links ervan ligt een kleine wereldbol en tegen het beschot onderin het kastje is een vel bladmuziek bevestigd. Dat bevat muziek uit de renaissance; een andante voor strijkers. En daarop geprikt een in sepia nagetekend schilderij van Titiaan, Le concert de Champêtre uit 1509, met een naakte fluitspeelster en een geklede luitspeler. Een paradijselijk tafereel.
Vier kastjes
Matthijs Röling schilderde vier kastjes die elk één van de seizoenen uitbeelden. Dit kastje heet bijvoorbeeld Zomer. Ze doen denken aan schilderijen van Hans Holbein de Jonge, ook met papiertjes, hangende voorwerpen en vaasjes met bloemen.
Op het kastje Lente bevinden zich twee voorwerpen die lange tijd kenmerkend zouden zijn voor de stillevens van de Noordelijke Figuratieven: een blauwgeruite keukendoek en eieren. Overal kwam je ze tegen, die geruite doek en de eieren het liefst in een wit kommetje.
In poëtische gedaante
De jaren 70 waren de geboortejaren van de zogenoemde Noordelijke Figuratieven, een jonge generatie die dacht dat de wereld zou veranderen, vrijer, mooier, idyllischer zou worden. Make love, not war.
Dat idyllische, toen de betovering nog aanwezig was in de ateliers van de kunstenaars, bepaalde in hoge mate de aard en het aanzien van de Noordelijke Figuratie. Met Matthijs Röling als boegbeeld. Klassieke genres, interieur, naakt, stilleven, portret, landschap en tuinen, maar in een volkomen nieuwe, poëtische gedaante.
Gen F, 75 jaar figuratieve kunst, Drents Museum, Assen. Open: di t/m zo 10-17 uur. T/m 17 augustus.