Directeur Andreas Blühm in een van de zalen van de tentoonstelling 'Behind the scenes' waarmee het Groninger Museum het 150-jarig bestaan viert. Foto: Jaspar Moulijn
Het Groninger Museum bestaat 150 jaar en viert dat met twee tentoonstellingen. De eerste, ‘Behind the Scenes’, opent deze week. Een tentoonstelling rond Vincent van Gogh volgt later dit jaar. Andreas Blühm, kunsthistoricus en directeur, kijkt achterom en vooruit.
Eerst was er in Groningen een oudheidskamer waar archeologische schatten, meubelen en keramiek werden bewaard. Later, in 1894, kwam er een volwaardig gebouw aan de statige Praediniussingel met de ambitie de lokale geschiedenis te presenteren. Een eeuw daarna opende een architectonisch icoon op een eigen eiland in het Verbindingskanaal tegenover het Hoofdstation.
Ter gelegenheid van de 150ste verjaardag van het Groninger Museum zoekt directeur Andreas Blühm in zijn computer naar woorden die vertellen over het is begonnen. Als hij ze heeft gevonden horen we rijksarchivaris Johan Adriaan Feith, zoon van grondlegger Hendrikus Octavius Feith, over het belang van een museum in Stad.
‘Het geeft den bezoeker uitspanning en daarmede niet alleen genot maar ook een bron van nieuwe levensmoed, het kweekt nationaliteitsgevoel, liefde voor den geboortegrond en lokale kennis, het veredelt den kunstzin en geeft gelegenheid schone vormen te bestuderen en toe te passen op hedendaagse voorwerpen.’
Over het eerste publiek weten we niet veel, vertelt Blühm. Wat we wel weten is dat zes studenten in 1896 het initiatief namen tot acht tentoonstellingen in het toen net geopende gebouw. ,,Hun Van Gogh-tentoonstelling duurde zes dagen en trok 1600 bezoekers. Dat lijkt weinig, maar het museum trok over het hele jaar slechts 2500 bezoekers.”
Vorig jaar kwamen meer dan 240.000 bezoekers.
,,Dit museum houdt, misschien meer dan andere musea, rekening met de vraag of het ook interessant is voor het brede publiek. Dan doen we bewust. Waarbij wat je laat zien niet zo gek veel uitmaakt. Door de manier waarop je iets toont, hoe je het onderbouwt en begeleidt, kan alles interessant zijn. Waar we op letten, is dat het niet alleen design is, niet alleen avant-garde. Het beste is: populair naast onbekend. Waardoor mensen denken: ik kwam hiervoor, maar dat andere is ook de moeite waard.”
Volgens critici laat het museum te veel ingekochte blockbusters zien en te weinig tentoonstellingen met autonome kunst.
,,Blockbusters trekken veel aandacht in de media. Wat vaak niet wordt gezien, is dat we ook andere dingen doen. Voor de een zijn we het museum van De Ploeg, voor anderen het museum van de blockbusters, voor weer anderen een museum van historische verhalen. De blockbusters hebben een functie. Los van dat het mooie tentoonstellingen zijn: ze halen mensen van buiten Groningen naar hier.”
Bezwaar is dat de Rolling Stones niets te maken hebben met Groningen en de collectie van het Groninger Museum.
,,Wat hebben de schilderijen van Ilja Repin met Groningen te maken? De poptraditie is inderdaad iets uit de hand gelopen. Idee was aanvankelijk iets te maken rond Eurosonic. Toen kwamen Bowie en de Stones. En het albumdesign van Hipgnosis. We hebben plannen voor nog een grote muziekgerelateerde tentoonstelling. Het is te vroeg om te vertellen wat dat wordt. Weest gerust: we worden geen rock-’n-roll hall of fame.”
Het museum kent de laatste tijd een groot verloop van conservatoren. Hoe komt dat?
,,Iedereen heeft zijn of haar reden om te vertrekken. Nadia Abdelkaui is naar het Stedelijk Museum in Amsterdam gegaan – Anneke de Vries gaat nu De Ploeg doen. Lieuwe Jongsma, de opvolger van Egge Knol, kon een leidinggevende baan krijgen bij de Groninger Archieven. Heel jammer voor ons. We gaan met het Museum aan de A in overleg over hoe we die vacature moeten invullen. Dat is van belang omdat wat zij als museum van de Groninger geschiedenis gaan doen medebepalend is voor wat wij met onze historische collectie doen. In de tussentijd werken we met een junior-conservator, Edgar Pelupessy.”
,,Bij hedendaagse kunst is het ingewikkelder. Jonge mensen zijn minder honkvast, dat zie je in hele maatschappij. De vraag is steeds: wil je jong talent of een ervaren conservator? Die laatste krijg je niet makkelijk naar Groningen.”
Toen u in 2012 naar Groningen kwam had het museum nauwelijks tot geen reserve. Vorig jaar klopte u bij de gemeente Groningen aan met een tekort van bijna 6 ton.
,,De reserve die we met de David Bowie-tentoonsteling hadden opgebouwd, zijn we door de Rolling Stones kwijtgeraakt. Het drama was in eerste instantie de coronapandemie. Gelukkig hebben de overheden ons geholpen. Door de Stones te laten terugkomen en de Gianni Versace-tentoonstelling hoopten we weer geld te verdienen. Dat is gebeurd, maar door de oorlog in Oekraïne, de energiecrisis en de prijsstijgingen is het onvoldoende geweest om een nieuwe reserve op te bouwen. We zijn 2023 niet met een dikke plus uitgekomen.”
Wat is de consequentie?
,,Door de opgelopen kosten is het lastig geworden een blockbuster te financieren. Heb je die niet, kom je bezoekers tekort en mis je inkomsten. Waardoor het resultaat naar beneden gaat. De gevolgen zijn nog niet goed te overzien. De ticketprijzen kun je niet eindeloos verhogen. Het gevaar bestaat dat je de vaste lasten niet structureel kunt dekken.”
Het museum krijgt toch geld van de loterijen, en van het rijk als onderdeel van de Basisinfrastructuur (BIS)?
,,We krijgen zelfs structureel meer geld van de loterijen. Dat helpt, toch blijven de zorgen. Het rijk verwacht in ruil voor het BIS-geld extra inspanningen. Met die steun hebben we de eerste Kinderbiënnale, de online ontsluiting van de collectie, een shuttlebus voor eenzame mensen en de komende Van Gogh-tentoonstelling gefinancierd.”
Hoe staat gebouw ervoor? Dit is gebouwd op 150.000 bezoekers, maar er komen structureel 50.000 bezoekers meer, waardoor slijtage sneller gaat.
,,Het valt mee. Afgezien van onderhoud aan het Starckpaviljoen hoeven geen grote ingrepen te gebeuren. Als al aan iets groots wordt gedacht, dan is het aan een publiek toegankelijk depot op het Niemeyer-terrein. Het zou fantastisch zijn als dat lukt. Het zou Groningen helpen een sprong te maken. Er is veel enthousiasme. Nu zijn anderen aan zet.”
Wat is volgens u de grote verandering die het Groninger Museum in 150 jaar heeft doorgemaakt? Zit dat in de collectie, zit dat in het publiek, in de functie van het museum?
,,Het verschil tussen de oudheidskamer van toen en het gebouw van nu is enorm. Dit museum heeft een karakter dat nadrukkelijk wordt bepaald door het gebouw en de geest van Frans Haks, Alessandro Mendini en Ypke Gietema die tot dit gebouw heeft geleid. Dat moet gekoesterd worden. Maar het achterliggende idee is hetzelfde gebleven: je verzamelt iets en je toont het aan zoveel mogelijk geïnteresseerde mensen.”
Twee tentoonstellingen
De tentoonstelling Groninger Museum 150 Jaar – Behind The Scenes is tot en met 1 juni te zien. De tweede jubileumtentoonstelling, Hoe Van Gogh naar Groningen kwam, opent 30 november.