Componist Chris Fictoor schreef cantate over de wonderverhalen van monnik Caesarius die 800 jaar geleden Groningen bezocht. 'Ik hoop dat deze verhalen aanzetten tot reflecteren. Elkaar bevragen op je levensverhaal'
In het jaar 1220 bezocht de cisterciënzer monnik Caesarius Groningen. Hij schreef er twee verhalen over in zijn leerboek Dialogus miraculorum. Componist Chris Fictoor uit Groningen maakte er muziek van nu van.
,,Caesarius verzamelde verhalen uit heel Europa”, vertelt Fictoor. ,,Die gebruikte hij om novicen warm te maken voor het kloosterleven.” De monnik bracht zijn mysterieverhalen in dialoogvorm onder in de Dialogus miraculorum.,,Er staan twee verhalen over Groningen in: een over een Madonnabeeld in het klooster Yesse en een ander over de arm van Johannes de Doper, waarvan een reliek zich destijds in de Martinikerk bevond.”
In Fictoors tweedelige Caesarium Cantate, die zaterdagmiddag 30 april zijn première beleeft in de Martinikerk in Groningen, komen beide verhalen terug. De uitvoering is onderdeel van een meerdaags evenement waarbij uitgebreid wordt stilgestaan bij het bezoek van de monnik en zijn abt, Henricus van Heisterbach, nu 802 jaar geleden. Fictoor: ,,Het zou in 2020 al plaatsvinden, maar toen kwam corona.”
Processie van klooster Yesse naar Martinikerk
In de Martinikerk opent vrijdag 29 april een expositie met archeologische vondsten van het verdwenen vrouwenklooster Yesse, dat in de middeleeuwen op de plek stond waar zich nu het buurtschap Essen bevindt. Die dag houdt Bart Flikkema, auteur van het boek De arm van Johannes de Doper, in de kerk een lezing over de geschiedenis van het reliek, dat tijdens de Reductie van Groningen (in 1594) spoorloos verdween.
,,Zaterdag is er een processie van het klooster Yesse naar de Martinikerk”, vertelt Fictoor. ,,Dat wordt een pelgrimage in kleine groepjes. Tijdens de pelgrimstocht zingen koorleden, die ook bij de uitvoering van de cantate betrokken zijn, een Caesarius-canon. De melodie daarvan is overigens al vaak op het carillon van de Martinikerk te horen geweest.”
De pelgrims sluiten na aankomst aan bij het publiek in de Martinikerk voor een middag met lezingen over het klooster en het bezoek van de monnik en zijn abt. ,,De twee delen van mijn cantate zullen rond die lezingen worden uitgevoerd”, vertelt Fictoor. ,,Ik heb de klassieke cantatevorm als uitgangspunt genomen. Caesarius gaat in dialoog met het koor dat zijn teksten bevestigt, bevraagt of becommentarieert.”
‘Hij was een leraar, net als ik’
Fictoor kende het werk van Caesarius nog niet toen hij gevraagd werd om de cantate te schrijven. ,,Ik heb me in hem verdiept en voel me verwant aan hem”, vertelt de componist die lange tijd dean was van het Prins Claus Conservatorium. ,,Hij was een leraar, net als ik. Ik ben zelf geestelijk begeleider bij de kloosterorde van de karmelieten.”
De mysterieverhalen die Caesarius verzamelde om zijn leerlingen te onderwijzen, sluiten nauw aan bij Fictoors interesse in mystiek. In het eerste deel van zijn cantate verwerkte Fictoor het verhaal over wonderen die plaatsvonden bij het Madonnabeeld in Yesse: een kaars die steeds opnieuw ontbrandde en het kindje Jezus dat de kroon van zijn moeder Maria afneemt en zelf opzet. In het tweede deel gaat het over de wonderbaarlijke krachten van de arm van Johannes de Doper.
In de teksten van de cantate, die Fictoor zelf schreef, worden de wonderverhalen geduid op een spirituele manier. Fictoor: ,,Wat hebben die verhalen ons vandaag de dag nog te zeggen? Het gaat om geleefde spiritualiteit. Je kunt wel allemaal mooie verhalen vertellen, maar wat is de betekenis ervan voor je eigen leven? En waar blijkt dat uit? Ik hoop dat deze verhalen aanzetten tot reflecteren. Elkaar bevragen op je levensverhaal.”
Vragen zonder antwoord
Daarin ligt voor Fictoor ook de waarde van mystiek en wonderverhalen. ,,Het is net als met de dood of met liefde. We kennen het, maar wat is het? Wat betekent het? Vragen waarop je nooit een antwoord krijgt, maar je blijft erover praten. Ik hoop dat de cantate een aanleiding is om wat meer over deze zaken na te denken.”
Of, zoals het koor zingt in het eerste deel van zijn cantate: ‘Wie het kaarslicht nooit meer dooft, wonderen bewaart, gelooft, brengt zijn zinnen tot bedaring. Wie het ongehoorde hoort, voert niet meer het laatste woord, opent ogen, openbaring.’ Fictoor: ,,Het kan natuurlijk ook zijn dat die wonderverhalen je helemaal niks zeggen. Gelukkig zijn het ook gewoon mooie verhalen!”
#
Het programma in de Martinikerk begint beide dagen om 14.00 uur. Fictoors Caesarius Cantate wordt zaterdagmiddag gezongen, waarbij Caesarius wordt vertolkt door bariton Roele Kok. Jochem Schuurman bespeelt het orgel en het koor staat onder leiding van dirigent Cas Straatman.