De buit is op de 500 meter binnen voor een ontketende Jenning de Boo. Foto: Neeke Smit
De Stad-Groninger Jenning de Boo is opnieuw een sprintfenomeen tijdens het WCKT in Thialf. Hij voelt de toegenomen druk, maar met een koffietje en een dobbelspelletje is hij zo weer heppie-de-peppie.
Jenning de Boo schaatste vorig seizoen als nieuwkomer op het hoogste niveau een ongelofelijk seizoen. Als 19-jarig broekie, die als ex-shorttracker zomaar op de langebaan opdook, reeg de Groninger meteen de successen aaneen. Hij werd tweevoudig Nederlands kampioen, won de Europese titel en werd tweede bij het WK sprint. Geen wonder dat, nu De Boo een jaartje ouder is, er veel van hem wordt verwacht. De druk op de sprinter van Reggeborgh is behoorlijk toegenomen.
Jenning de Boo bedankt het publiek in Thialf voor de aanmoedigingen. Foto: ANP
Dat weerhoudt de boomlange schaatser met zijn fabelachtige bochtentechniek er niet van om tijdens het World Cup Kwalificatie Toernooi (WCKT) in Heerenveen de 500 meter te winnen. Dat doet hij op imponerende wijze. Met zijn tijd van 34,36 seconden is hij een stuk sneller dan de concurrentie. In zijn tweede rit doet hij daar met 34,37 nauwelijks voor onder. Zijn missie is met plaatsing voor de wereldbekerwedstrijden op de 500 én 1000 meter geslaagd.
Het was nog geen perfecte race
De zeer rap gestarte De Boo lijkt zondag op de dubbele sprintafstand op weg naar een baanrecord, maar een mindere laatste ronde laat hem in 1.08,14 op de tweede plek eindigen. Alleen zijn teamgenoot Tim Prins (1.08,09) is sneller.
,,Ik hoop dat wat ik nu laat zien de standaard is. Dat zou mooi zijn’’, zegt De Boo in de catacomben van het ijspaleis, terwijl hij een reep naar binnen propt. ,,Dat ik op de 500 meter twee keer bijna dezelfde tijd rij, had ik ook niet verwacht. Maar stiekem had ik de tweede rit nog iets harder te kunnen gaan. Ik ben hier heel blij mee. Al schaats ik nog harder met een perfecte race. Dat was nu niet het geval.’’
Als een raket begint sprinter Jenning de Boo aan zijn 1000 meter. Foto: Neeke Smit
En over zijn 1000 meter: ,,Alles ging goed. Alleen op de laatste 100 meter ging het licht uit. Toen was het overleven. Dat is gelukt. Ik ga er nu aan werken om meer ontspannen te beginnen om daarna in de laatste ronde meer over te hebben. Dat is het plan. Er zijn nog stappen te zetten. Het is nog vroeg in het seizoen, maar het kan veel sneller. Dat moet ook, want met deze tijd ga ik geen WK’s winnen.’’
De mensen verwachten nu veel meer van Jenning de Boo
De Stadjer zegt dat verhalen, dat hij niet onder druk zou kunnen rijden, onzin zijn. ,,Die kunnen in ieder geval de prullenbak in. Ik schaatste dit toernooi wel anders. Mensen verwachten echt wat anders nu. Ze weten wat ik kan en denken: die doet het nog wel een keer. Maar dat is niet altijd vanzelfsprekend.’’
De Groningse sprinter heeft de klus geklaard. Foto: Vincent Jannink/ANP
De Boo heeft zo zijn eigen manieren om met de toegenomen verwachtingen en druk om te gaan. ,,Ik probeer zo veel mogelijk afleiding te zoeken door spelletjes te spelen met mijn teamgenoten en een koffietje te doen. Mats (medesprinter Siemons, red.) heeft in zijn hotelkamer een hele opstelling staan met allerlei koffieapparaten, zoals een grinder. Kjeld (Nuis) heeft die spullen ook vaak mee. Dan kan ik bij hen lekker een koffietje doen. Dat is beter dan zo’n cuppie.’’
De geboren en getogen Stadjer merkt dat er door de buitenwereld op hem wordt gelet. ,,Ik zit opeens op de tv in een voorbeschouwing. Dat was vroeger niet zo. Dat soort dingen. Ook heb ik op sociale media er een groot aantal volgers bij gekregen. Ik krijg berichten als: ‘We zijn erbij. Veel succes’. Allemaal superleuk. Die reacties geven me aan de ene kant een extra boost, maar zorgen ook voor meer druk.’’
‘Ik post eigenlijk niet genoeg’
De Boo is in tegenstelling tot sommige collega-schaatsers niet eens zo actief op sociale media. ,,Ik post eigenlijk niet genoeg. Om dat elke dag te doen, dat past niet bij mij. Het moet voor mij wel een goed mooi bericht zijn en niet iets omdat het moet.’’
De sprinter beseft dat hij via sociale media (nog) interessanter voor sponsors kan worden. ,,Ik ben er daarom wel mee bezig. Ook via het House of Sports (sportmarketingbureau, red.) Er loopt in Thialf een supercoole gast, Stan, rond die gelikte filmpjes maakt. Hij zorgt ervoor dat ik op Instagram kwaliteit kan plaatsen.’’
Jenning de Boo speelt graag spelletjes: ,,We spelen nergens om, maar het is puur om de hersenen met iets anders bezig te laten zijn dan met schaatsen.'' Foto: Neeke Smit
Het veelvuldig spelen van Perudo met zijn teamgenoten van Reggeborgh blijkt voor De Boo een uitstekende uitlaat. ,,Het is een dobbelspel met bluffen en een beetje liegen. We schreeuwen het hele hotel bij elkaar. ‘s Avonds om negen uur moeten we er ook mee nokken. We doen het met acht mensen. Ook mensen van de staf. Of ik er goed in ben? Toevallig heb ik net twee spelletjes achter elkaar gewonnen. Je moet niet nadenken, maar het gewoon doen. We spelen nergens om, maar het is puur om de hersenen met iets anders bezig te laten zijn dan met schaatsen. Niet met dat ik morgen goed moet rijden, maar gewoon lol hebben. Gewoon lachen. Dat haalt de scherpe randjes er vanaf.’’
‘Ik kan me aardig afsluiten’
De Boo zegt zich af te sluiten voor de malheur in Team Reggeborgh met ziekte en een blessure, waardoor Patrick Roest, Kjeld Nuis en Femke Kok in Thialf niet in actie kwamen. ,,Ik ben toch met mijn eigen dingen bezig. Ik kan me aardig afsluiten.’’ Zijn races deden hem goed: ,,Ik ben nog steeds heppie-de-peppie. Het gaf me zo’n goed gevoel toen ik over de finish kwam. Dat is niet te beschrijven. Pure euforie.’’