Wouter Hoving schrijft over klimaat en duurzaamheid en schrijft elke twee weken commentaar voor DVHN. Foto: Marcel Jurian de Jong
Garnalenvissers mogen door. Mooi nieuws voor een beroepsgroep die al lange tijd in onzekerheid verkeert. Zij lijken voor lange tijd geholpen te zijn, maar is dat ook zo?
Vissers mogen tot 2045 weer gebruikmaken van een vergunning, nadat ze sinds 2023 worden gedoogd. Demissionair staatssecretaris Jean Rummenie (Visserij, BBB) maakte dat woensdagmorgen in de Telegraaf bekend.
Dat maakt vreugde los bij de vissers: toekomstperspectief betekent dat ze weer vooruit kunnen kijken. Ze kunnen bijvoorbeeld investeren in boten die minder uitstoten. Daarom is een vergunning voor 20 jaar best te verdedigen, zo’n dure investering doet een visser niet voor een paar jaar. Rummenie lijkt daarmee een langetermijnvisie te hebben.
Toch moet de staatsecretaris zich in de herfstdagen van zijn korte BBB-regeringscarrière nog eens achter de oren krabben. De geschiedenis heeft ontelbare keren uitgewezen hoe menselijke gretigheid leidt tot kaalslag. Hoewel er afgelopen jaren 19 vissers met overheidsgeld zijn uitgekocht, is het totaal aantal uren dat de gehele garnalenvloot op zee mag zijn om te vissen niet afgenomen.
Wetenschappers van de universiteit in Wageningen doken in de effecten van garnalenvisserij. Volgens hun rapport uit 2023 geven meerdere modellen aan dat de garnalen die gevangen worden te klein zijn en beter nog even hadden kunnen doorgroeien. Minder visserij zou dan na een tijdje leiden tot een hogere opbrengst.
Dit is een bekend ecologisch principe. Vorige maand verscheen een boek van de 99-jarige, vermaarde bioloog David Attenborough. Hij beschrijft hoe Cabo Pulmo aan de Mexicaanse kust tien jaar lang besloot om op de handen te zitten, nadat het koraal en onderwaterleven bijna uitgeroeid was door visserij. Na lange jaren kwam het leven terug. Meer vis dan ooit. De lokale bevolking profiteert nu van kleinschalige visserij en toeristen die de prachtige natuur bekijken.
Dichter bij huis heb je zulke succesverhalen ook. Het IJsselmeer was ooit overbevist, rond 2017 waren opbrengsten desastreus. Toen greep de overheid rigoureus in. Nu kunnen de Urker vissers vreugdedansjes maken op de IJsselmeervisafslag. De opbrengst is in recente jarenrecordhoog.
Ongebreidelde garnalenvangst zou nu weleens averechts kunnen uitpakken voor de vissers.
Trouwens: voor de natuur staat onomstotelijk vast dat de visserij weinig goeds brengt. In het Wageningenrapport staat dat deze commerciële bezigheid het bodemleven, de visstand en het aantal beschermde vogelssoorten negatief beïnvloeden. Terwijl de overheid miljoenen steekt in natuurherstel, graven ze die investeringen vervolgens weer onderuit. Natuurorganisaties slijpen de messen slijpen om van deze vergunning garnalencompote te maken.
Duidelijk is dat Rummenie een paar vissers heel blij heeft gemaakt. In de Telegraaf vertelt hij ook waarom: „De vissers zijn de oudste gebruikers van de zee.”