Bestuursvoorzitter van het COA Milo Schoenmaker. Foto: Boudewijn Benting
COA-baas Milo Schoenmaker heeft er goede hoop op dat er morgen minder dan 2000 asielzoekers in Ter Apel zijn. Maar of dit zo blijft, is hoogst onzeker.
1980, zoveel bewoners zijn er na het verstrijken van de deadline van de rechtbank in Groningen (woensdagavond om middernacht) op het aanmeldcentrum in Ter Apel. Tenminste dat hoopt Milo Schoenmaker van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers. ,,Hoogstwaarschijnlijk lukt het ons morgenochtend om aan de uitspraak te voldoen”, zegt Schoenmaker.
Van de rechtbank moet het COA zich houden aan de afspraken met Westerwolde om niet meer dan 2000 bewoners op het aanmeldcentrum te hebben, op straffe van een boete van 15.000 euro per dag.
Hoogstwaarschijnlijk, want het COA heeft geen grip op hoeveel mensen naar Ter Apel komen. Enkele tientallen asielzoekers meer en de opvangorganisatie heeft al teveel mensen.
Ter Apelers naar Biddinghuizen
De afgelopen dagen schommelde het aantal bewoners rond de 2200. Nu ontstaat er ademruimte door gebruik te maken van een noodlocatie in Biddinghuizen. Daar werd al afgeschaald omdat die locatie per april gesloten moet zijn. De leegstaande bedden aldaar worden alsnog opnieuw gevuld. Op andere opvangplekken wordt geprobeerd om bestaande contracten te verlengen.
De ademruimte is zeer summier, beseft Schoenmaker. Dat het COA zich aan de afspraken kan houden, is misschien voor een week, misschien niet eens. Het blijft puzzelen om meer plekken te vinden in het land. Een oproep van hem aan de provincies heeft nog niet geleid tot nieuwe plekken.
De asielketen zit ramvol, schetst Schoenmaker. De laatste jaren is gewerkt aan meer en meer noodopvanglocaties, die vaak klein en van tijdelijke aard zijn. Waar het COA in 2021 nog op 60 plekken mensen opving, is dat nu op zo’n 250 plekken.
Maar veel van die plekken houden op te bestaan. Temeer door een verhoogde instroom rekent het COA erop dat het per april zo’n 5500 nieuwe plekken nodig heeft. Later in het jaar zijn nog meer plekken nodig. Waar die plekken vandaan moeten komen: men weet het niet.
Zolang de druk zo hoog is op Ter Apel, is er ook geen ruimte om de proces beschikbaarheidslocatie (PBL) verder uit te breiden. Daarin worden asielzoekers met een kansarme aanvraag versneld door de procedure geloodst. Zij veroorzaken de meeste overlast in het dorp.
„We zouden groeien van 30 plekken in de zomer naar 100 in januari. Door de enorme druk in Ter Apel komen we daar niet aan toe”, zegt Schoenmaker.
Bestuursvoorzitter van het COA Milo Schoenmaker geeft in aanmeldcentrum tekst en uitleg. Foto: Boudewijn Benting
Ligt niet aan COA
Het COA ‘werkt heel hard’ om voor goede opvang te zorgen, maar dat is echt puzzelen, zegt Schoenmaker. Die vindt niet dat het aan het COA ligt, er zijn simpelweg niet meer plekken om Ter Apel te ontlasten. Op dit moment voldoen Groningen, Drenthe, Friesland en Flevoland aan de eisen van de Spreidingswet, die over een tijd ingaat. Schoenmaker heeft de andere provincies een brief gestuurd om snel te helpen met extra plekken.
,,We moeten ze wel ergens naartoe kunnen rijden. We kunnen ze wel in een bus zetten en een rondje door Nederland laten rijden, maar zonder plek komen ze weer terug in Ter Apel.”
‘Wij zijn ook gefrustreerd’
Afspraken met andere gemeenten wil Schoenmaker niet schenden. Dat dit wel in Ter Apel gebeurt, heeft ermee te maken dat bij het aanmeldcentrum asielzoekers aankomen. Daarop heeft de organisatie geen grip. ,,Bij andere gemeenten kunnen we zelf bepalen hoeveel mensen ernaartoe gaan en hier niet. Hier komen ze zelfstandig heen.”
Onderaan de streep zal zonder hulp van andere gemeenten de maximale bezetting in Ter Apel waarschijnlijk weer worden overschreden. Een echte oplossing heeft zich nog niet aangediend. „Mensen zijn gefrustreerd over ons, wij zijn net zo gefrustreerd. Wij doen ons uiterste best.”