De mijnenjager Zr.Ms. Willemstad tijdens de Sandy Coast-oefening van vorig jaar. Foto: Defensie/Kick Smeets
De Koninklijke Marine ruimt momenteel mijnen en andere explosieven in de Noordzee. Dat gebeurt samen met de Belgische en Estse zeemacht. Met de militaire aanwezigheid boven de Waddeneilanden wordt bovendien sabotage van kritieke infrastructuur zoals kabels voorkomen.
Het landentrio traint ook hoe het optimaal een haven veilig kan houden. De activiteiten maken deel uit van operatie Sandy Coast 25, die maandag begon.
Deze internationale oefening bereidt de marines voor op de toenemende militaire dreigingen. De strijdkrachten zijn actief boven Terschelling, Vlieland en Schiermonnikoog, en ook voor de uitvalshavens Delfzijl en Eemshaven is een belangrijke rol weggelegd.
Die laatste gebruiken NAVO-bondgenoten, als het erop aankomt, voor de aan- en afvoer van materieel en troepen. Dus is het een halszaak zo’n haven dan te beschermen. Dit wordt getraind, vooral door militairen van de explosieven opruimingsdienst en door duikers die in zeer ondiep water opereren.
Veel actief op de Noordzee
Om een beter beeld te krijgen van de activiteiten op de Noordzee, patrouilleert de marine daar regelmatig. Ook escorteert en monitort Defensie verdachte vaartuigen, zoals Russische. Patrouille-activiteiten worden tijdens Sandy Coast getest en verbeterd.
De deelnemers verwijderen ook explosieven. Op de bodem van de Noordzee liggen er nog duizenden. Die dateren van de Eerste en Tweede Wereldoorlog en zijn moeilijk te vinden en weg te halen. Sinds 2005 zijn er ruim 1.550 geruimd.
Oude munitieresten veroorzaken mogelijk nog explosies. Ze kunnen schepen beschadigen, scheepvaartroutes blokkeren of havens ontoegankelijk maken. Daarom pakt de marine dit met onder andere onderwaterdrones aan. De oefening duurt nog tot 29 augustus.