In de Oosterpark in Groningen. Foto: Jan Willem van Vliet
De kloof tussen acht noordelijke wijken in Groningen en de rest van de stad valt niet te dichten met incidentele miljoenensubsidies. De financiële injectie moet blijvend zijn.
Dat is de conclusie na verwoede inspanningen om sociale achterstanden in Vinkhuizen, Selwerd, Tuinwijk, Paddepoel, Oosterpark, Indische Buurt, De Hoogte en de Professorenbuurt in te lopen. Daar wonen bovengemiddeld veel mensen met lage inkomens zonder baan en met kinderen, die minder kansen hebben om vooruit te komen.
Buurten dreigden verder af te glijden. Met 30 miljoen euro van Rijk en gemeente uit de pot Regio Deal Groningen Noord is tussen 2020 en 2024 geprobeerd de stapeling van problemen als armoede, onveiligheid, laaggeletterdheid en verloedering tegen te gaan.
Dat gebeurde met investeringen in onderwijs, bestrijding van armoede en eenzaamheid, maar ook met een stratenaanpak gericht op minder drugsoverlast en te veel kwetsbare personen op één plek. Culturele activiteiten met theatermakers (’De Wijk De Wereld’) en een nieuwe ontmoetingsplek Michi Noeki in Oosterpark zijn een greep uit succesvolle projecten.
Uit de cijfers blijkt dat de waardering voor de eigen buurt en het eigen leven in de acht wijken iets positiever is. ,,Maar we zijn er nog lang niet”, zegt wethouder Eelco Eikenaar (SP). Hij maakte woensdag de balans op. ,,Er is hier nog veel werkloosheid en armoede en het gevoel van onveiligheid is toch weer gegroeid.”
‘Je moet het volhouden’
Terugkijkend zijn er 71 projecten uitgevoerd. De gedachte is dat bij mensen die zich betrokken voelen bij hun wijk ook meer naar elkaar omzien. Op dat punt lijkt vooruitgang geboekt, al is de vraag wat er van overblijft als de aandacht van de overheid voor achterstandsbuurten zou verslappen.
Volgens Eikenaar schreeuwt het wegwerken van achterstanden om een gedegen aanpak voor langere tijd. ,,Je moet het volhouden.” Daar wringt de schoen, vindt ook collega-wethouder Carine Bloemhoff (PvdA). ,,Veel rijksbijdragen voor achterstandswijken, zoals de Regiodeal, zijn incidenteel.”
Dat wil zeggen dat een subsidie eenmalig wordt verstrekt. Is de termijn verstreken en een project succesvol dan moet naar ‘nieuw geld’ worden gezocht om het voort te zetten. Daar kan ook cultuurcoach Lucas Winkel van Studio T over meepraten. In Studio T schrijven, producen en nemen jongeren uit de noordelijke stadswijken hun eigen muziek op.
Daarbij kan het ook om jongeren gaan die, als ze problemen hebben, via Stichting WIJ hulp wordt geboden. ,,Steeds meer jongeren weten ons te vinden”, zegt hij vanuit het onderkomen aan de Eikenlaan in Selwerd. ,,We draaien deze studio met vier professionele krachten. We ontwikkelen ons prima, maar het verhaal is wel dat we in november 2024 niet wisten of we in 2025 verder konden met dit project”, aldus Winkel.
Geen garanties
Bloemhoff erkent dat door de incidentele financiering de onzekerheid kan toeslaan. ,,Als gemeente proberen we het geld voor mooie projecten uit allerlei potjes bij elkaar te krijgen. We kunnen vooraf nooit garanderen dat het lukt.” Eikenaar zegt dat dit besloten ligt in de financiering van het Rijk en de gemeente. ,,We zijn altijd aan het stapelen. Ik denk dat het altijd goed is om uit allerlei potjes Haags geld bij elkaar te harken.”
Cultuurcoach Winkel zegt dat Studio T opgelucht was toen de financiering was veiliggesteld. ,,De realiteit is dat we toen voor twee jaar ademruimte kregen. Maar het gaf wel stress.” Of de gemeente Groningen geld beschikbaar stelt om sociale achterstanden in de acht wijken in te lopen weet Eikenaar niet. ,,Dat is aan een volgend college en gemeentebestuur.”