Gemeente Groningen wacht op landelijk vuurwerkverbod. ‘Lokaal verbod is wassen neus’

Rotterdam, Nijmegen, Utrecht, Tilburg en Eindhoven. Allemaal hadden ze afgelopen jaarwisseling een lokaal verbod op het afsteken van consumentenvuurwerk. Net als nog eens veertien andere gemeenten in het land. Maar in de praktijk knalden al deze steden het jaar ‘gewoon’ uit met vuurwerk. In Rotterdam kwam zelfs een tiener om het leven nadat een vuurpijl te vroeg explodeerde.

Een lokaal verbod werkt niet, is de conclusie in de gemeenteraad van Groningen. Hoewel fracties als die van GroenLinks en de Partij voor de Dieren al jaren pleiten voor een verbod, zien ook zij in dat dit geen zin heeft zolang het landelijk niet goed is geregeld.

De Tweede Kamer heeft eerder dit jaar ingestemd met een landelijk verbod op het afsteken van consumentenvuurwerk. Voor de zomer ging ook de Eerste Kamer akkoord. Het verbod gaat op zijn vroegst in voor de jaarwisseling van 2026-2027, en misschien zelfs een jaar later. Tot die tijd werkt Groningen met twaalf vuurwerkvrije zones rondom plekken als ziekenhuizen en kinderboerderijen.

„Jaar in jaar uit zien we dat oud en nieuw niet alleen een leuk feestje is”, zegt burgemeester Roelien Kamminga. „Het loopt op steeds meer plekken uit de hand, we zien meer incidenten tegen hulpverleners en helaas ook slachtoffers met letsel in het ziekenhuis.”

Hoewel vooruitlopen op het landelijke vuurwerkverbod volgens haar een mooie ambitie was, is die ambitie niet waar te maken door de beperkte capaciteit bij handhaving. „We kunnen een lokaal verbod gewoon niet handhaven, dan zou het een wassen neus zijn.” Liever werkt Kamminga in alle rust toe naar mooi alternatief voor vuurwerk. „We willen bouwen aan een nieuwe traditie waarin vuurwerk geen rol heeft.”

Groningen had tijdens de afgelopen jaarwisseling een aftelmoment in de binnenstad. Dat viel niet bij iedereen in de smaak, zegt raadslid Olivier van Schagen van Student & Stad. „De gemeente doet haar best, maar vorig jaar was wel een beetje een flop. We moeten het alternatief nú populair maken.” Hij pleit voor een centrale vuurwerk- én lichtshow in de binnenstad. „Als we twee jaar op rij een slechte show geven, komt er een jaar later niemand meer.”

Kamminga neemt zijn opmerking ter harte. „Het kan misschien bruisender, dat nemen we mee. Er is ons veel aan gelegen dat we een mooi moment creëren, maar gun ons de tijd om dat te doen.”