De sloop van de QSIL fabriek in Winschoten is in volle gang. Beeld: DvhN
De sloop van de QSIL fabriek in Winschoten loopt voorspoedig. Al maanden is Steenhuis Sloopwerken uit Scheemda bezig met het ‘neerhalen’ van het fabriekspand. Het goede nieuws: de circa 122 ontslagen QSIL medewerkers hebben nagenoeg allemaal een nieuwe baan.
Nadat QSIL eind 2023 bekendmaakte de fabriek in Winschoten per 1 augustus 2024 te sluiten, is ze direct voortvarend te werk gegaan. Al op 18 september afgelopen jaar, is bij de gemeente Oldambt een sloopmelding ingediend. Daarna volgden nog vier sloopmeldingen voor asbest verwijderen en slopen van gebouwen.
Waarom QSIL zo snel tot sloop overging is onduidelijk. De directie heeft het terrein wel direct te koop gezet. De directie van QSIL in Ilmenau in deelstaat Thüringen, blijft ondanks meerdere telefoontjes onbereikbaar voor commentaar.
Oud-medewerkers die vooral elders in de regio een nieuwe werkgever hebben gevonden, zijn nog steeds verbaasd dat de directie in Ilmenau het besluit nam om de fabriek in Winschoten te sluiten. Behoudens het jaar 2008 draaide de fabriek volgens ingewijden goed en schreef het zwarte cijfers. Zelfs over het jaar 2024 zijn volgens bronnen zwarte cijfers genoteerd.
Geen toekomst meer
Vestigingsdirecteur Gerhard van den Hoek hield er afgeslopen jaar een ander verhaal op na. Volgens hem draaide de fabriek al enige tijd met verlies. De vestiging had daarom, zo meent moederbedrijf QSIL, geen toekomst meer. Volgens Van den Hoek was de sluiting noodzakelijk door een combinatie van een krimpende markt en de gestegen prijzen voor energie en grondstoffen.
In navolging van de directie in Thüringen blijft ook Van den Hoek onbereikbaar voor commentaar. Hij zou zich nog wel bezighouden met de afwikkeling van de sloop.
Voormalige QSIL-medewerkers, sommigen werkten er al decennia lang, zeggen wel tevreden te zijn over de financiële afwikkeling. Maar er lag pas een acceptabel sociaal plan, nadat er een staking was uitgebroken. Het verbeterde sociaal plan kwam overigens pas op tafel, nadat de werknemers hadden toegezegd langer door te werken, zodat met de productie er voldoende geld was voor een acceptabel sociaal plan, aldus bronnen.
Inmiddels gaat het verhaal dat Google, de ‘buurman’ van QSIL op het Winschoter industrieterrein, interesse heeft in het binnenkort braakliggend terrein. Dat zou geen rare gedachte zijn, want QSIL beschikt over energieaansluiting. Deze zou naadloos aangesloten kunnen worden op de in aanbouw zijnde datacenter.
Snel slopen om verpaupering te voorkomen
Google-woordvoerder Michiel Saillaets wil alleen kwijt dat de bouw van het datacenter in Winschoten op schema ligt. Of het Amerikaanse concern een oogje heeft op het QSIL terrein blijft onbeantwoord. ,,Daar heb ik niets over gehoord.”
Om verpaupering van het QSIL-terrein te voorkomen heeft QSIL in september al een sloopmelding gedaan bij de gemeente Oldambt. Voordeel van zo’ specifieke aanvraag is dat de eigenaar na twee weken al aan de slag kan. Een aanvraag voor de sloopvergunning neemt meer tijd in beslag.
Een sloopmelding is verplicht als bij het slopen van een gebouw of bouwwerk meer dan 10 vierkante meter sloopafval vrijkomt of als er asbest wordt verwijderd, zo staat omschreven in de voorwaarden.
Twee sloop- en recyclingbedrijven uit Scheemda en Winschoten voeren de werkzaamheden uit. In de zomer moet deze klus zijn afgerond. Een vijftal QSIL-medewerkers heeft de coördinatie van de sloop tot begin dit jaar grotendeels begeleid.
De glassoorten die in Winschoten werden gemaakt, waren niet voor gebruik in de ledlampen die tegenwoordig courant zijn. Daardoor werd de markt voor QSIL kleiner. Daarnaast steeg de prijs van het zand waarmee het glas werd gemaakt. Dat komt onder meer door de toegenomen vraag naar deze grondstof voor de productie van zonnepanelen in Azië.
,,En daar zijn de hoge energieprijzen nog bijgekomen. We kunnen al die kostenstijgingen niet doorberekenen aan onze klanten”, aldus Van den Hoek destijds tegenover deze krant.
QSIL is de voortzetting van Philips Winschoten, dat zich ruim 50 jaar geleden in Winschoten vestigde. In de fabriek werden beeldschermen voor zwartwittelevisies gemaakt. De bedoeling was dat er 750 mensen zouden komen werken. Op het hoogtepunt waren er 450 mensen werkzaam. De fabriek legde zich later toe op de productie van kwartsglas en speciale glassoorten, onder meer voor autolampen. QSIL kocht de locatie in 2016. De fabriek kwam in de coronaperiode in het nieuws doordat ze glas maakte voor lampen waarmee het virus werd bestreden.