Doven en slechthorenden verzamelen zich in dovencafé Luhu in Groningen om samen het Pieterpad te wandelen. Foto: Peter Wassing
Dovencafé Luhu in Groningen zit zaterdagochtend tjokvol. Doven en slechthorenden verzamelen zich om het Pieterpad samen te lopen.
,,Het is moeilijk als je niet goed kunt communiceren’’, zegt Mirjam Walraven (71). Met ruim twintig andere slechthorenden en doven loopt ze het Pieterpad van Groningen naar Zuidlaren. De groep wordt uitgezwaaid door een groot gezelschap lotgenoten.
Of nou ja, lotgenoten: eigenlijk heeft iedereen in het café zijn eigen verhaal. Of ze nu doof zijn, slechthorend of progressief steeds minder horen: het zit er allemaal tussen. Niet iedereen beheerst gebarentaal, anderen kunnen zichzelf niet goed horen, maar kunnen wel praten. En weer anderen hebben nog nooit geluid gehoord.
Walraven zelf kan door één oor wel horen. Dat is te danken aan een voor haar gemaakt apparaat. Die goochelt het geluid van links en rechts samen in haar rechteroor. ,,Daardoor kan ik met dat oor nog 90 procent horen’’, zegt Walraven. ,,Ze zijn (in het ziekenhuis, red.) een stuk slimmer dan we vermoeden.’’
Contact met anderen
Op de tafel staan tussen de kopjes koffie tablets waarop als een soort autocue de uitgeschreven tekst komt te staan, zodat ook mensen die helemaal doof zijn de gesprekken meekrijgen. Verantwoordelijk daarvoor is schrijftolk Clarissan van den Elzen. Voor haar hangt een soort computertje met een speciaal toetsenbord. Daarop tikt ze razendsnel gesprekken en gebarentaal uit in teksten.
Op de 'autocue' kunnen doven en slechthorenden dankzij een schrijftolk toch alles meekrijgen wat wordt gezegd. Foto: Peter Wassing
Ze fungeert samen met andere gebaren- en schrijftolken als brug. Het kan voor doven knap lastig zijn om mee te doen met de samenleving. Een babbeltje bij de koffieautomaat kan normaal al moeilijk zijn, maar zeker in coronatijd was contact met anderen extra lastig. Even een belletje zit er voor veel van hen niet in. Daarom werd stichting Let’s Talk! opgericht om verbindingen te leggen en activiteiten te organiseren, zoals de wandeling over het Pieterpad.
Ongelofelijk belangrijk is dat, zegt Gerda Radenmaker. Ze is op latere leeftijd doof geworden. Radenmaker ziet dat er veel belangstelling is voor activiteiten voor doven. Ze wilde een leesclubje oprichten; inmiddels zijn het er drie geworden. ,,En dankzij de tolken en Lets Talk! kunnen we ook naar musicals en theater, fantastisch.’’
Praten en wandelen is lastig
Cora Vonk (65) is doof geboren. Ze merkt wel dat er een ‘taalachterstand’ is bij veel mensen die meelopen. Ze loopt het hele Pieterpad af met de groep. Een tolk vertaalt haar gebaren. ,,Het is voor mij niet zo makkelijk. Ik ben helemaal doof, veel van de andere wandelaars zijn slechthorend of later doof geworden. Dat maakt het communiceren lastig.’’
De vertaler brengt de gebaren levendig en vol intonatie over. ,,Ja, dat moet ook wel. Ze moet laten weten hoe ik iets bedoel. Als ik dit doe (ze trekt haar gezicht in een boze grimas, red.) dan moet zij duidelijk maken dat ik iets ook zo meen.’’ Ze tovert haar gezicht theatraal om tot een warme glimlach: ,,En zo ben ik blij.’’
Ze vindt het wel leuk om samen op pad te zijn, maar het is ook niet erg om stukken alleen te lopen. ,,Je kunt toch niet kijken waar je loopt als je op gebarentaal moet letten, of wil liplezen. Je wilt ook niet struikelen over een tak of steen.’’
Willy de Leeuw (55) trakteerde de wandelaars een dag eerder al op Knol’s Koek. Ze woont in Groningen, langs de route van het Pieterpad. Op haar zevende werd geconstateerd dat ze aan haar gehoor beperkt is.
Leren omgaan met dover worden
De Leeuw hoort bovendien steeds slechter. Ze wil wel blijven meedoen met de maatschappij en de mensen om zich heen. Dat is niet vanzelfsprekend. Sommige stemmen kan ze beter horen dan andere, vertelt ze. Sommige hoort ze helemaal niet.
De wandelaars van Let's Talk! vertrekken om over het Pieterpad naar Zuidlaren te lopen. Foto: Peter Wassing
Schrijftolk Clarissa van den Elzen ratelt de tekst vlotjes op haar machine. ,,Dat kan ik bijvoorbeeld wél horen’’, zegt De Leeuw. Maar dat is toch juist heel zacht? ,,Ja, voor u wel.’’
,,Soms red ik mij nog aardig met liplezen, maar als ook dat niet lukt, tja. Dan moet ik toegeven dat een conversatie met iemand gewoon niet gaat lukken.’’
Om handvatten te krijgen hoe zij met haar gehoor kan omgaan, volgde ze een cursus bij de GGMD, een organisatie die gespecialiseerd is in de geestelijke gezondheid van doven en slechthorenden. Daar rondde ze net de eerste cursus gebarentaal af. ,,Ik ben blij dat ik nu ook in deze wereld, met deze mensen, stappen leer maken.’’