De tijdelijke LNG-terminal in de Eemshaven. Foto: Anjo de Haan
Nederland moet drastische maatregelen nemen om de leveringszekerheid van gas veilig te stellen. Het is niet langer vanzelfsprekend dat alle huishoudens en bedrijven voldoende gas geleverd kunnen krijgen.
Dat schrijft Gasunie-dochter GTS in een advies aan het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. ,,Nederland staat voor een uitdaging”, stelt het gastransportbedrijf nu het Groningenveld is gesloten en de import van Russisch gas is gestopt. GTS heeft de wettelijke taak jaarlijks een advies uit te brengen over de leveringszekerheid.
Eigen behoefte
Ons land kan nog maar voor 25 procent zelf voorzien in zijn eigen behoefte aan gas. Dat komt uit de kleine velden waaruit de productie gestaag afneemt. De overige 75 procent wordt via de terminals in de Eemshaven (Eems Energy Terminal) en Rotterdam (GATE) geïmporteerd als LNG (vloeibaar aardgas) of komt uit Noorwegen.
Het gastransportbedrijf vreest dat na een koude winter de vier gasopslagen zo leeg zijn, dat die ’s zomers niet meer gevuld kunnen worden. Vroeger kon in zo’n geval de gaswinning uit het Slochterenveld worden opgeschroefd.
Maximaal benut
De importmogelijkheden worden nu maximaal benut. Nederland moet volgens GTS meer LNG kunnen importeren dan nu met de terminals in Rotterdam (GATE) en de Eemshaven (EET) mogelijk is.
Daarnaast moeten gashandelaren gedwongen kunnen worden om de vier gasopslagen (Norg, Grijpskerk, Bergermeer en Alkmaar) te vullen.
Noodsituaties
De voorraden in de gasopslagen werden tot nu toe aangesproken als in de winter het gasverbruik piekte. GTS adviseert echter om ze in de periode van 1 november tot 1 februari maximaal te vullen, om noodsituaties op te vangen als de aanvoer van importgas hapert. Handelaren moeten gedwongen kunnen worden daarvoor te zorgen. Een nieuwe organisatie moet erop toezien dat dat ook gebeurt. Die moet er ook voor zorgen dat er het hele jaar door noodvoorraden zijn.
GTS wijst erop dat de aanvoer van voldoende LNG niet is gegarandeerd. Dat komt doordat de vraag naar vloeibaar aardgas op de wereldmarkt groter is dan het aanbod.