Een gasmeter in een meterkast van een woonhuis. Ongeveer 550.000 huishoudens leven in energiearmoede. Foto: Koen van Weel
Veel huishoudens in Noord-Nederland hebben moeite met het betalen van de energierekening. Pekela spant de kroon in ons land: daar is bijna 14 procent van de huishoudens energiearm.
Ook in Oldambt, Westerwolde en Eemsdelta hebben velen elke maand een hele kluif aan de stroom- en gasrekening. Net als in Veendam, Midden-Groningen en Stadskanaal. Meestal gaat het om huishoudens met een laag inkomen, die wonen in een huis dat niet goed is geïsoleerd. Dat blijkt uit een onderzoek van TNO, op basis van gegevens van het Centraal Bureau van de Statistiek.
De onderzoekers zeggen dat er in ons in totaal land zo’n 550.000 duizend huishoudens (7 procent van het totaal) in energiearmoede leven. Ze geven 13 tot 20 procent van hun inkomen uit aan energie, tegen 5 procent voor een gemiddeld huishouden. Eenpersoonshuishoudens en eenoudergezinnen zijn oververtegenwoordigd. Driekwart woont in een huis van een corporatie. De verwachting is dat wanneer de gasprijs verder stijgt, de problemen voor deze bewoners groter worden.
Betaalbaarheid van de energierekening
,,Nieuw aan dit onderzoek is dat we niet alleen hebben gelet op de betaalbaarheid van de energierekening. We kijken ook naar de kwaliteit van de woningen en naar de mogelijkheden van bewoners om iets aan verduurzaming te doen. Dat de energiearmoede zo groot is in delen van Noord-Nederland, zit vooral in de combinatie van twee gegevens: inkomensarmoede en de relatief slechte staat van woningen daar’’, zegt TNO-onderzoeker Peter Mulder.
Pekela voert de lijst van energiearme gemeenten in ons land aan. Foto: ANP/ Koen van Weel
Hoewel er ook in de Randstad veel wijken zijn met lage inkomens, is de energiearmoede er relatief minder dan in Noord-Nederland. Hoe dat kan? Mulder heeft er wel een vermoeden over, maar dat is volgens hem nog niet echt onderzocht. ,,We denken dat in de Randstad de woningvoorraad meer verbeterd is. Er is daar meer aan stadsvernieuwing gedaan en dat zie je terug in deze cijfers.’’
De eigenaren zijn aan zet
Zoals gezegd: veel bewoners kunnen zelf weinig aan de kwaliteit van hun optrekje veranderen omdat ze hun huis huren. ,,Je moet niet bij de bewoners zijn, maar bij de eigenaren. Die hebben een rol te spelen’’, vindt Mulder.
Volgens de TNO-onderzoeker helpt de energietransitie om de situatie voor bewoners met energiearmoede te verbeteren. In een degelijk geïsoleerd huis met zonnepanelen en een warmtepomp is het goed toeven. ,,Het is een kans op een beter leven. De valkuil is nu pas op de plaats maken met de transitie, omdat de energieprijs stijgt. ’’
,,Wie nu in een tochtig huis woont, is echt geholpen met de verduurzaming ervan. Dat betekent voor de bewoners meer comfort, minder tocht en vocht en uiteindelijk een lagere energierekening. Uitstel van deze maatregelen betekent dat die onwenselijke situatie langer duurt. Juist bij deze groep bewoners doet dat het meeste pijn’’, zegt Mulder.
Laag inkomen
Paul Inklaar van Pekela Duurzaam, een organisatie die zich in die plaats met vergroening en verduurzaming bezighoudt, is niet verbaasd over het feit dat de gemeente de lijst met energiearmoede aanvoert. ,,We staan op veel lijstjes onder- of bovenaan. Het gemiddelde inkomen is tamelijk laag.’’’
,,De meeste huurwoningen hier zijn van Acantus. Die heeft allerlei goede bedoelingen, maar geen geld. Dat schiet niet echt op. En als de huren omhoog gaan door verduurzaming, staat niet iedereen te juichen. Huurders zijn niet automatisch bereid een huurverhoging te accepteren voor andere energie.’’
Maar, zegt hij ook: het is een kwestie van lange adem. ,,Soms komen maatregelen slecht uit, bewoners willen het in hun eigen tempo doen.’’ De overheid moet het mensen ook mogelijk maken om te investeren in verduurzaming. ,,Niet iedereen heeft daar zelf middelen voor.’’