Joas Nicolai bedacht de anti-morsbeker voor Parkinsonpatiënten in het café. Foto: Niels Westra
Wie gaat ons zorgsysteem redden? Waar komen de doorslaggevende innovaties vandaan? Uit het bedrijfsleven, absoluut. Maar zeker ook uit de rest van de maatschappij. Boeren, burgers en buitenlui hebben ook ideeën, maar onduidelijk is meestal waar ze daarmee terecht kunnen. Tot nu. Met onderaan het artikel drie voorbeelden: een drinkbeker voor Parkinson-patiënten, de Leefstijlstraat en hoe ga je zorgen dat een innovatie ook werkt in de praktijk?
Eén op de zes werkende Nederlanders heeft een baan in de zorg. Ondanks de vergrijzing die op ons afkomt, mag die verhouding absoluut niet oplopen. Want dan stort het hele zorgsysteem in elkaar. De kosten worden onhoudbaar, de maatschappelijke impact is niet te overzien. Dat op ons afstormende probleem is wijd en zijd bekend.
De oplossing moet – naast doeltreffend overheidsbeleid – komen van ondernemers die slimme oplossingen bedenken die de efficiency van de zorg verhogen en dus tijd en geld besparen. Of beter nog: plannen die ervoor zorgen dat minder mensen van zorg gebruik hoeven te maken. Plannen die helpen de transitie van zorg naar gezondheid vorm te geven.
Maar hoe zit het dan met patiënten, met verpleegkundigen, artsen, uitvinders, docenten, hulpverleners, bewoners van verpleeghuizen en al die andere mensen die goede ideeën hebben? ,,Voor hen is het lastig om hun ideeën te delen, zodat er wellicht ook echt iets mee gebeurt’’, zegt Roel van der Heijden. Hij werkt met Hi!Noord aan de maatschappelijke beweging van zorg naar gezondheid en op een veranderend perspectief op de cruciale rol van innovatie daarin. ,,We moeten naar écht publiek-privaat samenwerken. Ik geloof dat het versnellen van de systeemverandering alleen lukt als we massaal inzetten op innovatie die maakt dat er minder zorg en mensen aan het bed nodig zijn.’’
Veel slimme dingen
In de zorgpraktijk worden heel veel slimme dingen bedacht. Maar heel vaak blijven die binnen de muren van het zorgcentrum. Daar werken ze, verbeteren ze het leven van patiënten of vergemakkelijken ze het werk van zorgverleners. Daar zou de rest van de wereld natuurlijk ook profijt bij kunnen hebben, maar dan moet een ‘particuliere oplossing’ transformeren in een innovatie die breed opgepakt en ingezet wordt. Maar wie gaat dat doen?
Lang niet iedereen heeft daar gevoel bij, zin in, de tijd voor. En dat is zonde. Sterker nog: dat móet anders, want we hebben alle creativiteit nodig om ons zorgsysteem te redden. Of liever: om te voorkomen dat mensen in de (nabije) toekomst geen beroep meer kunnen doen op de zorg. Want het zorgsysteem zelf ligt ook onder de loep, om diezelfde reden.
,,Kijk, voor ondernemers met innovaties hebben we een goed proces’’, vertelt Peter Ketelaar. Hij is directeur van Life Cooperative, een samenwerking van noordelijke bedrijven in de sector die elkaar naar een hoger niveau opstuwen. ,,Ondernemers komen bij ons, we kijken naar de potentie, zoeken er investeerders bij, regelen wellicht laboratoriumruimte, adviseurs en meer. In wezen willen we die route ook voor mensen die geen ondernemer zijn.’’
Voor ondernemers is duidelijk: er moet geld mee te verdienen zijn, met een innovatie. Dat vinden investeerders ook. Maar om de zorgsector verder te helpen, zijn andersoortige innovaties net zo goed broodnodig. Die gaan niet per se over economisch gewin, maar meer over de brede welvaart. Over preventie, meer welzijn, verbeteringen in procedures, enzovoort. Iedereen in staat stellen om een innovatie te ontwikkelen. Daar gaat het om. ,,We willen verder gaan, niet zitten wachten totdat mensen met goede ideeën naar ons toe komen’’, zegt Van der Heijden.
‘Onze scouts gaan de goede ideeën ophalen’
De innovaties worden opgehaald. ,,We gaan de provincies in, actief op zoek naar de innovaties die nu nog vaak verstopt zijn. Onze scouts gaan de goede ideeën ophalen en zorgen dat ze in het proces komen zodat ze kunnen leiden tot innovaties waar iedereen wat aan heeft. Kijk, we hebben het vaak over het ‘ontschotten in de zorg’, dit gaat over het ontschotten van alle ondersteuning voor innovatie. We hebben al mooie voorbeelden van innovaties die een verbinding zoeken met, of voortkomen uit het sociale domein. Een beker voor trillende patiënten bijvoorbeeld, een tool die het leven van zorgverleners makkelijker maakt, een technologie om mantelzorgers te ondersteunen. Dat gebeurt allemaal al. ’’
Die scouts zijn mensen die al in de netwerken van al die samenwerkingspartners zitten. Medewerkers van welzijnsorganisaties bijvoorbeeld, directies van zorgclubs, mensen van opleidingen, werknemers in ziekenhuizen en nog veel meer. De pikken de ideeën en innovaties op en nemen de bedenkers ervan mee naar het loket, waar het proces op gang komt om er meer mee te doen.
Peter Ketelaar: ,,En die ideeën uit het maatschappelijk veld kunnen net zo goed in het proces komen dat we voor ondernemers en bedrijven al hebben. Waarom niet? Het gaat erom dat we geen enkel goed idee om de zorg op een hoger plan te brengen of in ieder geval op peil te houden, laten liggen.’’
Sasscup: bedacht en toegepast in de praktijk
Inmiddels vindt de Sasscup langzaam zijn weg in de zorginstellingen. Foto: Niels Westra
Mensen met de ziekte van Parkinson trillen soms heftig. Dat is lastig met drinken, omdat morsen op de loer ligt. Joas Nicolai bedacht er als student wat op: de Sasscup, waarbij SASS staat voor Smart Anti Spill System. Het product vindt langzaam maar zeker zijn weg in zorginstellingen.
Een studieopdracht van het Excellentieprogramma van ROC Friese Poort was het voor Joas Nicolai: bedenk iets voor een probleem in de zorg rond het thema drinken. ,,Het viel me op dat de oplossingen die er waren een beetje kinderachtig oogden. Een beker met een rietje, dat is niet wat je wil als patiënt. Al helemaal niet zo’n tuitbeker met twee oren.’’
Het idee voor deze innovatieve oplossing ontstond in het café, tijdens het drinken van een Kwak-biertje. Het bijbehorende glas is speciaal, met een bol onderin. Die maakt het morsen een stuk minder. ,,We besloten zo’n bol voor in een beker te maken op een 3D-printer. Toevallig kwamen we de mannen van Elzinga Van der Krieken tegen, een startup uit Drachten. Zij hebben ons geholpen het product verder te ontwikkelen. De bol is nu een soort golfbreker, die je in een beker klikt. Werkt perfect.’’
Waar zijn studiegenoten terug de boeken in gingen, besloot Nicolai door te gaan met de Sasscup. Inmiddels verkocht hij er meer dan 8000. ,,Nee, ik kan er nog niet van leven, ik doe het erbij. Het vereiste ook een flinke investering om de productie op te starten. Maar de reacties van gebruikers vind ik het belangrijkst. Die zijn heel positief. Mijn doel is niet per se om het zelf heel groot te maken. Ik denk er meer aan om het op zeker moment onder te brengen bij een bestaand bedrijf.’’
Uitgaan van de zorgverlener, niet van de winstmarge
Reinier Hakvoort brainstormt over zorg. Foto: Rens Hooyenga
Eerst uitzoeken wat het probleem precies is, daarna samen met zorgverleners het zorgproces bekijken en als laatste stap zien welke technologie een oplossing kan bieden. In die volgorde werkt DA-RE Health Innovation in Heerenveen. En dat is anders.
,,Vaak zie je dat een technologisch idee over de schutting wordt gegooid en dat zorgverleners er maar mee om moeten gaan. Dat werkt niet’’, vertelt Reinier Hakvoort. De medeoprichter van het bedrijf weet waarover hij spreekt. Hij was zelf militair verpleegkundige. ,,Wat je wil, is dat een innovatie je serieus verder helpt, je taken verlicht, je proces beter maakt. Dat is wat wij doen en daarom zijn we dit bedrijf begonnen.’’
Arna is een mooi voorbeeld van de oplossingen die DA-RE bedenkt. Hakvoort: ,,We horen al jaren uit het zorgveld dat verpleegkundigen aanlopen tegen de veelheid aan zorgtechnologie, met elk een eigen dashboard, eigen app, eigen platform. Met Arna ontwikkelden we één overzichtelijke voorkant van al die hulpmiddelen, zodat zorgverleners makkelijk en snel in de omgeving zitten waar ze moeten zijn en kunnen vinden wat ze zoeken.’’
Samen met zorgverleners om tafel, dat is wat het bedrijf doet. ,,Dat doen we vanuit design labs samen met mensen uit de zorg, zodat we continu in de gaten kunnen houden of wat we bedenken écht is wat de wereld zoekt. Wij zijn ervan overtuigd dat voor de zorg een ander model moet komen, dat uitgaat van wat nodig is, en niet van hoeveel geld ermee verdiend kan worden. De maatschappelijke kosten verdienen ene belangrijkere plek. Winst maken moet ook hoor, anders kun je niet verder. Maar het mag nooit het uitgangspunt zijn.’’
Nick Cramer, zorgveranderaar van beroep. Foto: Jan Anninga
Zorgveranderaar. Dat is de titel van Nick Cramer volgens LinkedIn. In de Leefstijlstraat in Emmen doet hij niets anders dan proberen de zorg te veranderen. Van zorg naar gezondheid is het credo. Hij ziet de innovaties uit het maatschappelijk veld langskomen, en zoekt ze op. ,,Je moet vooral zijn op plekken waar al hulp wordt geboden. Daar ontstaan vaak de beste innovaties.’’
De Leefstijlstraat is een typisch voorbeeld van hoe publiek-private samenwerkingen tot stand kunnen komen en ook hoe maatschappelijke innovaties een weg kunnen vinden naar de markt. ,,Wij ontwikkelen hier dienstverlening vanuit ondernemerschap. Professionals vanuit alle gezondheidsrichtingen bundelen hier hun krachten. Mensen uit de zorg houden is daarbij het doel. Geld verdienen is niet per se prioriteit, maar dat kán er wel van komen.’’
Kennisontwikkeling en verbinding is wat de Leefstijlstraat vooral doet vanuit een opgerichte Stichting De LeefstijlStraat. Cramer: ,,Dat gaat over het verhogen van de veerkracht van mensen, over gezonder leven in de breedste zin van het woord. Niet alleen voeding, roken en alcohol. Maar ook werk, sociale cohesie, alles. We spreken met heel veel commerciële en niet-commerciële partijen in Zuidoost-Drenthe over wat belangrijk is en hoe we het moeten aanpakken. Samen met de Rijksuniversiteit Groningen werken we ook aan de innovatie van het vak leefstijlcoach. Dat moet beter.’’
Hij ziet dat er best wat ondernemerschap is in de regio. ,,Wij willen helpen goede innovaties verder te helpen door mee te denken en ideeën te verrijken. We voeden gemeenten ook met kennis over hoe ze zulke mooie initiatieven kunnen ondersteunen. Wij vinden dat die in kaart gebracht moeten worden, zodat ze verder komen.’’
Life Cooperative en Hi!Noord
Life Cooperative vertegenwoordigt met vijftig leden uit het bedrijfsleven de private noordelijke Life Science en Health (LSH) sector, Hi!Noord vertegenwoordigt meer dan dertig noordelijke organisaties en netwerken vanuit zorg, welzijn en publieke gezondheid. De gedeelde visie om inniger publiek-privaat samen te werken rondom de transitie van zorg naar gezondheid wordt ondersteund vanuit de Economic Board Noord Nederland (EBNN) en kan rekenen op de steun van onder meer het Innovatiecentrum van het UMCG, Health Hub Roden en het zorginnovatienetwerk van de Rabobank. De ambitie wordt praktisch vormgegeven in HTRIC, een krachtenbundeling rondom innovatie in gezondheidstechnologie gericht op meer gezonde jaren.