Marloes Schipper (l) en Menke Hooites runnen de zorgboerderij met 27 deelnemers. Foto: Gerrit Boer
„Het voordeel van een boerderij hebben is dat het werk altijd doorgaat”, zegt zorgboerin Marloes Schipper uit Smalbroek bij Beilen. Het geeft haar en haar collega Menke Hooites afleiding in deze roerige tijd. Vanwege grootschalige woningbouwplannen van de gemeente Midden-Drenthe maken zij zich zorgen over het voortbestaan van hun Zorgboerderij Het Hof.
Marloes Schipper (30) las half september in de media dat de gemeente haar voorkeursrecht wilde vestigen op percelen in Smalbroek en Alting. Midden-Drenthe wil in beide buurtschappen in totaal zo’n zeshonderd huizen bouwen om iets te doen aan het woningtekort. Door de Wet Voorkeursrecht Gemeenten (WVG) op gronden te vestigen, wil de gemeente voorkomen dat anderen, zoals projectontwikkelaars, de grond kopen. Als grondeigenaren hun percelen de komende jaren willen verkopen, moeten ze die eerst aan de gemeente aanbieden.
Marloes en haar collega Menke (31) schrokken zich rot. Ze hadden zelf geen bericht van de gemeente gehad, maar grondeigenaar Bertien Beugels, die op de boerderij is opgegroeid, wél. Zorgboerderij Het Hof pacht de boerderij en twaalf hectare grond van haar.
Het was een opluchting dat Beugels, die tegenwoordig in Groningen woont, beslist niet van plan is haar grond aan de gemeente aan te bieden. Zij vindt de zorgboerderij en haar maatschappelijke functie heel belangrijk. Dat vertelde ze onlangs ook tijdens een zitting van de gemeentelijke bezwarencommissie (zie kader). Maar daarmee zijn de zorgen voor de zorgboerinnen, hun 27 deelnemers, drie medewerkers, twintig vrijwilligers en het bestuur van de overkoepelende stichting Zorgboerderij Het Hof niet weg.
De plannen van de gemeente zijn immers niet van tafel. De gemeenteraad ging eind vorig jaar akkoord met de WVG op de percelen in beide buurtschappen, met als doel dat Midden-Drenthe verder kan onderzoeken of woningbouw in de door haar als ‘kansrijk’ bestempelde gebieden, een optie is.
Deelnemers
Terwijl Menke en Marloes vol passie vertellen over hun zorgboerderij, lopen twee deelnemers met elk een paard voor het raam langs. Deelnemers inderdaad, geen ‘cliënten’. Het dekt de lading beter. Menke: „Hier komen verschillende doelgroepen; van ouderen die vereenzamen tot jongeren die door allerlei problemen niet naar school kunnen. Ook hebben we deelnemers met autisme of een verstandelijke beperking. Verder komen hier soms deelnemers met een burn-out, die willen re-integreren.”
De dieren moeten worden verzorgd, er is een boerderijwinkel op het erf, de moestuin moet onderhouden worden; elke dag genoeg te doen dus. Marloes: „We kennen onze deelnemers goed en kijken wat bij iemand past.” De ene deelnemer komt meerdere dagen per week, de ander een paar uurtjes; dat verschilt per persoon.
Deelnemers van Zorgboerderij Het Hof aan het werk. Foto: Gerrit Boer
Aan dieren geen gebrek bij Het Hof: er zijn dertig runderen, twintig varkens en verder schapen, paarden, honden, kippen, katten, konijnen en vogels. „Het accent ligt met name op de grotere dieren en daarin zijn we best bijzonder”, zegt Fokke Dijkstra. De Beilenaar is vrijwilliger en zit in het stichtingsbestuur. Menke: „Onze deelnemers kiezen ons om die reden vaak uit.” „Wij zijn geen knuffelboerderij”, vult Marloes aan.
Als boer geboren
Veel werk gebeurt met de hand en ze doen aan kringlooplandbouw. „Zo’n tien hectare van de grond achter de boerderij is grasland, waar de dieren grazen en waarvan we hun wintervoorraad winnen: we hooien en maken kuilbalen”, vertelt Marloes. „Op de andere twee hectare verbouwen we maïs. In de moestuin verbouwen we producten die we in de winkel verkopen. Daar verkopen we ook vlees van onze eigen koeien.”
Zij is verantwoordelijk voor het boerenwerk en Menke, die in Eexterveen woont, doet het management. Zij heeft altijd in de zorg gewerkt en runt Het Hof sinds twee jaar met Marloes, die er in 2018 begon. „We doen het echt samen”, zegt Menke. „Ik kan me amper voorstellen dat we elkaar nog maar twee jaar kennen. Onze gezinnen zijn inmiddels met elkaar vergroeid en we hebben dagelijks contact. Dit werk is echt mijn droombaan.”
Voor Marloes geldt hetzelfde. Ze is geboren en tot haar 9e opgegroeid op een melkveebedrijf. „Ik zeg altijd: boer word je niet, dat ben je. Zo ben ik geboren. Op mijn 14e heb ik stagegelopen op deze zorgboerderij en toen wist ik: dit is mijn droombaan.” Ze volgde een landbouw- en een zorgopleiding. „Als reguliere melkveehouder ben je veel alleen aan het werk. Hier ben ik de hele dag met mensen én met dieren bezig; de ideale combinatie.”
Geen druk
Ze zijn heel blij met de hulp van vrijwilligers, zoals Fokke Dijkstra. Naast zijn huidige rol in het bestuur werkt hij elke maandag bij Het Hof. „Ik haal dan een groepje van vijf deelnemers op uit Assen. ’s Middags, als ik ze terugbreng, vraag ik altijd hoe het was en wat ze hebben gedaan. Een mooie manier om op de hoogte te blijven van hoe het hier gaat.”
Menke: „Iedereen mag hier zijn wie die is. Dat vinden wij het allerbelangrijkste en iedereen accepteert elkaar. Onze jongste deelnemer van 13 jaar zet soms een kop thee voor de oudste van 83.” „Dit is voor veel mensen een plek om tot rust te komen en een beetje te ontsnappen aan de maatschappij, waarin veel druk op iedereen wordt gelegd. Natuurlijk moeten sommige taken hier ook worden gedaan, maar dat geeft structuur. Doordat er geen druk op ligt, kunnen mensen ontspannen”, vult Marloes aan. Voor sommige mensen is Het Hof een dagbesteding; zij komen nooit op de reguliere arbeidsmarkt. Voor anderen is het een opstapje naar werk. Zij doen arbeidsritme op en leren vaardigheden.
‘Geen antwoord’
De onzekerheid over de toekomst van de zorgboerderij en voor die van een groot aantal inwoners van Smalbroek en Alting duurt nu ruim een half jaar. Menke: „We merkten al vrij snel dat onze deelnemers onrustig werden. Er kwamen vragen als: ‘Moet ik hier weg?’ ‘En waarheen dan?’ ‘Wat moet ik zonder jullie, zonder de dieren?’ Heel veel vragen. Begrippen als ‘straks’ of ‘misschien’ zijn voor mensen met autisme lastig. Zij zijn gebaat bij duidelijkheid. Wij willen altijd antwoord kunnen geven op vragen om hen een gevoel van veiligheid en geborgenheid te geven, maar nu hebben wij ook geen antwoord, omdat we het zelf niet weten.”
De zorgboerderij met de grond erachter, grenzend aan de A28, waar de gemeente graag wil bouwen. Foto: Gerrit Boer
„De ruimte die deelnemers hier hebben, is belangrijk. Als mensen even rust willen, lopen ze soms helemaal naar achteren, het land op”, vertelt Marloes. „We hebben de grond nodig voor ons bedrijf. Als we die kwijtraken en alleen nog kleine dieren kunnen houden, is de kracht van de zorgboerderij weg.”
2025?
In februari kwamen wethouders Rieja Raven en Rico Schans op bezoek bij Het Hof, een aantal weken later gevolgd door enkele ambtenaren. Zij gaven toelichting op de schetsplannen die 28 februari tijdens een inloopavond op het gemeentehuis waren getoond. „We hebben schetsen gezien waarop de nieuwe bebouwing ingetekend staat op een paar meter achter de boerderij”, zegt Menke. Marloes: „Waar wij ook erg van geschrokken zijn tijdens de inloopavond, is dat er op panelen stond dat de verwachte start van de bouw eind 2025 is. Terwijl de wethouders zeiden dat het nog wel een x aantal jaren zou duren. Maar goed, de gemeente heeft de grond niet en mevrouw Beugels wil niet verkopen, dus je zou zeggen dat hier dan helemaal niet gebouwd kan worden…”
Eind mei oordeelt de gemeenteraad over de haalbaarheid van de plannen voor beide buurtschappen. Ondertussen boeren Marloes en Menke stug door. Ze hebben plannen om Het Hof uit te breiden met boerderij-educatie, zodat schoolklassen kunnen komen kijken hoe het eraan toegaat op een boerderij. „Deze zorgboerderij is waar ons hart ligt”, zegt Menke. Marloes: „Wij staan voor dit bedrijf.”
'Tot de hoogste rechter procederen om dit te voorkomen'
Een aantal inwoners van Smalbroek en Alting verscheen, net als verpachter Bertien Beugels van Zorgboerderij Het Hof, eerder deze maand voor de gemeentelijke bezwarencommissie om hun beklag te doen over de WVG en de bouwplannen.
Het stoort ze enorm dat de gemeente de afgelopen maanden nooit inzicht heeft willen geven in de criteria om hun buurten als „kansrijk voor woningbouw op korte termijn” aan te merken, noch in de stand van zaken van het haalbaarheidsonderzoek ‘Wervend Perspectief’ dat de afgelopen maanden is uitgevoerd. Ook vragen ze zich af waarom Midden-Drenthe niet eerst heeft gekeken naar grond in of bij Beilen die al in haar bezit is.
Advocaat Monique Blokvoort benadrukte tijdens de zittingen namens de gemeente dat de inwoners recht hebben op de gevraagde informatie. „Het Wervend Perspectief is een lopend onderzoek. Het kost tijd alles vast te leggen in een rapport. Het is een gevoelig proces en dan willen we ook dat het goed op papier komt. Ik kan me voorstellen dat het voor bewoners langer duurt dan zij hebben gewild.” Deze week wordt het onderzoek volgens een woordvoerder openbaar gemaakt.
Angst voor onteigening
Woningbouw „op korte termijn”, oftewel voor 2030, in beide buurtschappen kan Midden-Drenthe wat de inwoners betreft op haar buik schrijven. „Ik doe de gemeente de belofte dat tot de hoogste rechter zal worden geprocedeerd om dit te voorkomen”, zei inwoner van Alting Ronald de Waal.
Menig inwoner van Alting en Smalbroek vreest dat de gemeente de gronden waarop de WVG is gevestigd, gaat onteigenen als ze die niet via verkoop in handen krijgt. „Wethouder Raven zegt dat niet te willen. Maar hoe kan gemeente de grond dan verwerven voor 2030, als niemand wil verkopen?”, merkte Kees van Zanten uit Alting op.
Dat Midden-Drenthe er inmiddels drie maanden over doet om door de inwoners via de Wet open overheid (Woo) opgevraagde documenten te verstrekken, voedt het wantrouwen ook. Volgens de gemeente beslaan de Woo-verzoeken vijfhonderd tot duizend pagina’s; veel extra werk, waarvoor zelfs extra medewerkers zijn ingehuurd.
De onafhankelijke bezwarencommissie brengt binnen zes weken advies uit aan de gemeenteraad.