Omwonenden klagen over laagfrequent geluid van windmolens De Drentse Monden en Oostermoer. Maar vormen die onhoorbare drukgolven een gevaar voor de gezondheid?
Windturbines Drentse Monden en Oostermoer bij Nieuwediep. Foto DVHN/Arnoud Bodde
De komst van Windpark De Drentse Monden en Oostermoer in de Veenkoloniën heeft gezorgd voor een toename van laagfrequent geluid in de omgeving. Dat is de conclusie van onderzoek dat de gemeenten Aa en Hunze en Borger-Odoorn lieten uitvoeren.
Laagfrequent geluid (geluid lager dan 125 Hertz) komt niet alleen van windmolens. Om te bepalen in hoeverre het windpark bijdraagt aan een toename van geluid in het gebied, vergeleek onderzoeksbureau LBP-Sight data uit 2020 met data uit 2022. Daaruit blijkt dat de hoeveelheid laagfrequent geluid is toegenomen.
Dat geluid kun je niet altijd horen, maar volgens sommige wetenschappelijke onderzoeken kan het wel gezondheidsimplicaties hebben. Laagfrequent geluid kan leiden tot slaapproblemen, de kans op een beroerte of hartinfarct neemt toe. Dat concludeerde onder meer klinisch fysicus Jan de Laat (Leids Universitair Medisch Centrum) onlangs op basis van analyse van driehonderd studies over effecten van laagfrequent geluid.
Houten achtbaan
Geluiden van windmolens leiden tot veel klachten in het gebied. ,,Ik sliep eens 3 à 4 nachten bijna niet. Ik moest in de middag eerder stoppen met mijn werk, omdat ik zo vermoeid was”, vertelt een 59-jarige bewoner uit Gasselternijveenschemond, die niet met zijn naam in de krant wil. ,,Je wordt steeds bozer. Eén nacht niet slapen is best te doen, maar een tweede is echt vervelend. Bij de derde kun je het niet meer aan.”
,,Soms is het een krakend geluid, als een houten achtbaan. Soms is het net een straaljager die boven je huis blijft hangen.” Ook heeft hij het gevoel dat hij last heeft van onhoorbare drukgolven. ,,Sinds de testfase van de windmolens heb ik een pieptoon in mijn oren. En sinds de molens er staan word ik elke nacht om 4 uur wakker. Voorheen had ik dat nooit.
Aanvaardbaar geluid
Helaas voor de bewoners, zijn de conclusies in het geluidsrapport redelijk positief. De toename van geluid in het windpark aanvaardbaar, omdat ze onder de ‘gehanteerde richtwaarden’ van de Nederlandse Stichting Geluidshinder blijven. Tevens concluderen de onderzoekers dat ‘uit het onderzoek blijkt dat het niet aannemelijk is dat de wettelijke geluidnorm wordt overschreden.’
Uit het onderzoek naar laagfrequent geluid blijkt vooral dat hogere frequenties binnen die bandbreedte (100 tot 125 Hz) sterker waren dan verwacht op basis van berekeningen aan de windmolens. Daarom laten de gemeenten Aa en Hunze en Borger-Odoorn aanvullend brononderzoek doen op sommige plekken. De sterkte van de allerlaagste tonen noemt onderzoeker Mike Dijkstra ‘weinig relevant en waarschijnlijk niet waarneembaar’ voor bewoners.
Bewoners hebben vooreerst nog weinig aan het onderzoek. Wel gaat wethouder Kiena ten Brink (Aa en Hunze, PvdA) de resultaten onder de aandacht brengen van ministers in Den Haag. Zij concludeert uit het onderzoek dat ,,er ’s nachts een constante deken aan geluid is. Dat was er ooit niet. Dat verklaart waarom mensen met klachten komen.”
,,Wij willen dat het Rijk aangeeft wat zij kunnen doen voor onze bewoners, bijvoorbeeld met bekostiging van isolatiemiddelen. En we hopen dat men dit wil betrekken in nieuwe normering van laagfrequent geluid en onderzoek naar impact op gezondheid.”
Nogal wiedes
Geen bijster sterk rapport, als je het Jan van Muijlwijk uit Veendam vraagt. Hij is deskundige op gebied van laagfrequent geluid en voorheen geluidsdeskundige bij de gemeente Veendam en de omgevingsdienst van provincie Groningen. Dat de hoeveelheid laagfrequent geluid toeneemt, vindt hij nogal wiedes. ,,Alles maakt laagfrequent geluid: auto’s en machines, maar ook de wind door de bomen. Dus ook windmolens.”
Hij heeft geen mening over de aanwezigheid van het windpark, maar vindt dit onderzoek verspilling van overheidsgeld. Vooral omdat de methode te ‘grof’ is om hinderlijke bromtonen van de turbines te meten. In de analyse zijn namelijk alleen bandbreedtes van geluid onderzocht (bijvoorbeeld geluid tussen 45 en 50 Hertz), maar geen tonen (zoals exact 44,5 Hertz). Zo’n bandbreedte produceert ruis, die we kennen van de wind of de branding van de zee. Een toon, zoals van een stemvork, heeft één vaste frequentie. ,,En dat is juist waar mensen vaak last van hebben. Maar dát is dus niet gemeten.”
Zelf komt hij regelmatig bij mensen thuis om bronnen van laagfrequent geluid op te sporen met behulp van een ‘frequentiemeter’. Overigens produceert Windpark De Drentse Monden en Oostermoer volgens Van Muijlwijk geen bromtoon, zoals het windpark bij de N33 wel doet. ,,Ik heb dat zelf al meerdere keren gemeten.”
‘Zijn dit de klachten’
„Wat er uit dit onderzoek komt, is niet zo verontrustend als het gaat om de lage tonen”, vindt een tweede onafhankelijke deskundige, Frits van den Berg, voorheen werkzaam als geluidsdeskundige bij de GGD Amsterdam en de Wetenschapswinkel van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG). „Ik vraag me af: hoe is het totale geluid? Een groot deel van het rapport is beperkt tot het laagfrequente, maar hoe verhoudt zich dat ten opzichte van de rest van het geluid?” Volgens hem is vaak het zoeven of stampen in de avond en nacht extra hinderlijk, maar dat is niet onderzocht.
Ook had Van den Berg het sterker gevonden als onderzoekers metingen bij de gevel van woningen vergeleken hadden met wat modelberekeningen hadden voorspeld voor die huizen. Nu wordt dat alleen vergeleken met de normwaarde.
Voor de 59-jarige man uit Gasselternijveenschemond staat de geluidsoverlast in zijn omgeving als een paal boven water. Hij hoort de problemen ook bij veel van zijn buren. ,,Veel klachten zijn niet bekend, want mensen weten niet waar ze moeten klagen. Ik hoop dat het beter wordt, maar ik zie de toekomst somber in.”