Onder de rook van Assen krijgt het beekje Witterdiep zijn oorspronkelijke meanderende loop terug. Bij die ‘ombouw’ stuitte een natuurvrijwilliger bij toeval op een bedreigd plantje. Daarom versleept het waterschap nu flinke zoden waarop de plant groeit.
Het Witterdiep aan de zuidkant van Assen was tot voor kort een onbeduidende sloot. Op een gedeelte van vijf kilometer lang brengt waterschap Hunze en Aa’s op dit moment de oorspronkelijke natuurlijke bochten in het beekje terug.
Alles was al klaar voor de nieuwe ‘kronkels’ in het Witterdiep. Het profiel was uitgedacht, de plannen waren bestuurlijk en juridisch afgetikt en de jonge opgeschoten boompjes en struiken eromheen alvast gerooid.
Rode Lijst
Toen viel het oog van een natuurvrijwilliger dit voorjaar plotseling op een kleine paarse schoonheid: de harlekijn. Een orchidee op de Nederlandse Rode lijst van planten: zeer zeldzaam en zeer sterk in aantal afgenomen. Het plantje groeide er tussen andere bloemetjes zoals wintergroen en rietorchis. Precies in het gebied waar het nieuwe kronkelriviertje moest gaan komen, een route die al vast lag in de papieren.
Tja, wat doe je dan? „We hebben toen nagedacht: hoe kunnen wij ervoor zorgen dat dit niet allemaal vergraven wordt”, zegt Paul Hendriks, eco-hydroloog bij Hunze en Aa’s. Dat deed het waterschap met advies en informatie van ecologen van de provincie Drenthe. De oplossing: alle plekken waar de harlekijn groeit, worden in de komende twee weken verplaatst. ,,We pakken het hele stuk grond op en verplaatsen het naar een andere plek waar we inschatten dat ze ook kunnen groeien.”
Harlekijn (orchis morio) bij het Oude Diep. Foto: Hans Dekker
Het is, voor zover Hendriks weet, de eerste keer dat Hunze en Aa’s zoiets doet. „Dit komt eigenlijk nooit voor, omdat je van tevoren altijd al goed in beeld brengt wat er groeit”, zegt hij. Deze orchidee begon pas te groeien toen het waterschap de bomen al had gerooid, en er dus opeens genoeg licht en ruimte was voor de plant. Ook andere zeldzame plantjes schoten op. ,,En dan moet je flexibel zijn.”
Eerste vondst
Hans Dekker, ecoloog bij de provincie Drenthe, was de eerste die van de plantjes op de hoogte was. „Een vrijwilliger inventariseerde libellen in dat gebied. Hij kwam deze plant tegen en vermoedde dat het de harlekijn was.” Hij mailde Dekker of die het kon bevestigen. Dat kon hij.
Maar wat maakt dit bloemetje dan zó bijzonder? Volgens Dekker is de soort razend zeldzaam geworden, omdat de harlekijn hoge eisen stelt aan zijn milieu. „Door stikstof, ontwatering en ontginning was deze soort tot voor kort uit Drenthe en Groningen verdwenen. Dit is de eerste spontane vondst in tientallen jaren.”
Wel is er sinds zeven jaar een herintroductie-experiment in het dal van het Oude Diep bij Drijber. Daar plantte Dekker uitgebloeide stengels van harlekijnen van Texel op satéprikkers in de grond. Met succes. Dit jaar staan er al zo’n zestig planten.
Natuurtype blauwgrasland bij Witterdiep. Foto: Hans Dekker
Harlekijn (orchis morio) bij het Oude Diep. Foto: Hans Dekker