De Oekraïners Petro Zboroyskyi (links) en Anatolii Bluzhynskyi snoeien takken en struiken in het Fochteloërveen. Foto: Rens Hooyenga
Veel Oekraïense vluchtelingen hebben een baan. Petro en Anatoliy werken in het groen op het Fochtelooërveen. Svetlana maakt kamers schoon bij hotel De Bonte Wever in Assen.
Petro Zboroyskyi en Anatolii Bluzhynskyi staan midden op het Fochteloërveen. De Oekraïense vluchtelingen verwijderen met grote snoeischaren opslag als jonge berken en Amerikaanse vogelkers in het natuurgebied. Dat doen ze namens hoveniersbedrijf Dolmans Landscaping, waar ze nu zo’n vier maanden werken.
,,We komen uit hetzelfde dorp Vinnytsja, ten zuidwesten van Kiev en werkten samen in de bouw in Polen toen de oorlog uitbrak. We wilden niet terug naar Oekraïne, want dat was te gevaarlijk en we zouden misschien in het leger moeten”, zegt Petro (57). Met zijn vriend en collega Anatolii (52) kwam hij naar Nederland waar ze verblijven in de opvang voor Oekraïners in een gebouw van Univé in Assen.
Via het uitzendbureau kwamen ze bij Dolmans terecht. Anatolii: ,,We hebben in bloemenperken in Groningen gewerkt en zijn nu in dit natuurgebied aan het werk. We spreken nog geen Nederlands en een klein beetje Engels. Maar met gebaren en Google Translate op de mobiele telefoon kunnen we redelijk communiceren met de Nederlanders. Het zijn aardige collega’s.”
Voorman Leo Hidding is zeer te spreken over zijn Oekraïense werknemers. ,,Het zijn harde en nette werkers. Daar kunnen veel Nederlanders nog een puntje aan zuigen. Laten ze maar een bus vol sturen.”
Petro en Anatolli hebben een gele sticker in hun paspoort, wat betekent dat ze in elk geval tot maart 2024 in ons land mogen blijven. De gezinnen van beide mannen zijn nog in Vinnytsja. Met hun telefoon onderhouden ze contact. Antolii: ,,Maar de stroom, telefoonverbindingen en internet zijn door de bombardementen ook in ons dorp uitgevallen en we krijgen geen contact meer.”
Met het geld dat ze hier verdienen, onderhouden ze hun families. Komend voorjaar hopen ze naar de Oekraïne terug te keren. Anatolii: ,,Ik hoop dat de oorlog dan voorbij is.” Kerst en nieuwjaar zullen ze dus niet met hun familie vieren. Petro: ,,Tja dat is jammer. Zijn we dan vrij? We vieren nieuwjaar in Oekraïne namelijk op 6 januari.”
Tweede deel
Ze maakt bedden op, maakt badkamers schoon en stofzuigt de vloeren. Svetlana Sych (50) werkt sinds een maand in het hotel van De Bonte Wever in Assen om kamers schoon te maken. Daarvoor werkte ze met haar dochter drie maanden bij de McDonald’s in Assen. ,,Mijn dochter spreekt goed Engels, maar is teruggegaan naar Oekraïne om voor mijn man te zorgen. Die zat in het leger en is nu ziek, longontsteking en artrose. Ik spreek slecht Engels en nog geen Nederlands. Daarom kon ik niet bij McDonalds blijven. Ik moet eerst de taal leren.”
Ook Svetlana woont in de Oekraïne-opvang bij Univé in Assen, nu nog samen met haar andere dochter. Ze komt uit Soemy een stadje ten noordoosten Charkov, niet ver van de Russische grens. ,,De stad heeft is veel gebombardeerd. Veel huizen liggen in puin.” Met haar twee dochters vluchtte ze naar Nederland.
In Drenthe 3100 opvangplekken, in Groningen ruim 2500
In Drenthe zijn ruim 3100 opvangplekken voor Oekraïense vluchtelingen, verspreid over zo’n 25 locaties. Die verschillen in grootte van 7 tot ruim 200 plaatsen. Assen is een van de gemeenten die de meeste Oekraïners opvangen. In drie kantoorpanden biedt de stad onderdak aan bijna 500 vluchtelingen: bij Univé (132), aan de Lauwers (205) en het Eemland (142).
De provincie Groningen heeft ruim 2500 opvangplekken, waarvan er begin deze maand ruim 2200 bezet waren. De gemeente Groningen vangt de meeste Oekraïners op, zo’n 560.
Volgens het UWV hadden begin deze maand 72 procent van de 55.000 Oekraïners tussen de 18 tot 65 jaar in Nederland een baan. Sommigen van hen hebben twee banen.
In Soemy was Svetlana verpleegkundige en later begon ze een eigen zaakje in schoenen. Zou ze in Nederland als verpleegkundige aan de slag kunnen? ,,Ik beheers de taal niet goed. Ik wil graag een cursus Nederlands volgen, maar er zijn te weinig docenten. Ik volg nu via internet een cursus Engels. Ik ken wat Duits, dat lijkt op Engels.”
Svetlana Sych aan het werk in de schoonmaak bij Hotel De Bonte Wever in Assen. Foto: Rens Hooyenga
Bij McDonald’s dwong ze veel respect af bij haar collega’s. ,,Ik zat in de bediening en ze noemden me ‘mevrouw Snelle’. Omdat ik de boel zo snel rondbracht en de tafels weer snel netjes schoon had.” Bij De Bonte Wever kreeg ze meer uren dan bij McDonald’s. De centen zijn welkom, want het leven in Oekraïne is hard zonder verwarming en licht. ,,Ons huis staat er nog. Dat ligt gelukkig niet dicht bij een militaire basis of elektriciteitscentrale. Die worden nu voortdurend gebombardeerd.”
Svetlana hoopt dat de oorlog snel voorbij is. Dan wil ze terug naar haar man en dochter. ,,Ik hoop in de lente terug te kunnen naar Soemy. Dan kan ik mijn man verzorgen en we hebben thuis een groot stuk land dat bewerkt moet worden. We verbouwen er groenten en aardappelen voor eigen gebruik. Die hebben we hard nodig om rond te komen.”
Oekraïners en asielzoekers
Alle vluchtelingen uit Oekraïne hebben het recht om te werken in Nederland. Werkgevers hoeven voor hen geen werkvergunning aan te vragen als zij een gele sticker of O-document hebben. Daaruit blijkt dat zij onder de zogeheten Richtlijn Tijdelijke Bescherming vallen. Wie een werknemer uit Oekraïne in dienst wil nemen, moet dat bij het UWV melden. Oekraïners hebben dezelfde rechten als Nederlandse werknemers, zoals recht op een veilige werkplek, pauzes, vakantiedagen en het minimumloon.
Het contrast met asielzoekers uit bijvoorbeeld Syrië, Afghanistan of Eritrea is groot. Die mogen het eerste half jaar dat ze in Nederland zijn niet werken. In de tijd daarna - in afwachting van een verblijfsstatus in een azc - mogen de asielzoekers een paar weken per jaar aan het werk met een een speciale vergunning.
Ook statushouders, vluchtelingen met een verblijfvergunning, komen moeilijk aan een baan. Ze moeten verplicht binnen drie jaar inburgeren. Ze zijn vaak nog jaren bezig met hun inburgeringscursus en taallessen. Pas na hun inburgeringsexamen gaan ze op zoek naar werk.