Eelco Smits, Just van Bommel en Kharim Amier (vlnr) in 'Pride & Prejudice'. Foto: Theater Oostpool/Kurt van der Elst
Wie zonder veel voorkennis naar de succesvolle voorstelling ‘Pride & Prejudice’ van theatergroep Oostpool gaat, kent wellicht wel de beroemde roman van Jane Austin, of anders wel de verfilming ervan – een heerlijk kostuumdrama, dat op het eerste gezicht op het randje van de Bouquet-reeks zit.
Maar natuurlijk gaat het hier over de ‘betere’ stand en de ‘betere’ literatuur. Onder het romantische suikerlaagje van 1813 zit een scherp realisme dat de gevestigde opvattingen over hoe mannen en vrouwen zich horen te gedragen onderuit schoffelt.
Hoe zit dat in een toneelbewerking van het boek, die ook nog eens gespeeld wordt door drie mannelijke acteurs? De overdaad aan roze vitragestof van het beginbeeld doet vermoeden dat er met die Bouquet-reeks behoorlijk de draak gestoken gaat worden. De acteurs beginnen echter met iets heel anders. Ze vertellen persoonlijke verhalen over hun vroegste jeugd – kleine anekdotes die, hoe uiteenlopend ook, allemaal iets te maken hebben met wat het kennelijk wel of niet betekent om een jongen of een meisje te zijn.
Na dat intro komt de roman aan de beurt. Vliegensvlug krijgen we de setting te horen: lagere adel, platteland, vijf dochters die moeder aan de man probeert te brengen. Just van Bommel speelt vooral Elizabeth (het alter ego van de schrijfster), Eelco Smits de hooghartige edelman Darcy en Kharim Amier de zuster, vader, moeder, enzovoorts.
Hoe lang blijft dit leuk?
De scherpe tong van de slimme boekenwurm Elizabeth en de arrogante betweter Darcy zien als geen ander door de rollen die iedereen speelt heen, maar pas heel langzaam door hun eigen vooroordelen. Met z’n drieën verbeeld kan de samengebalde roman nauwelijks anders worden neergezet dan als een kluchtige strip. Dat doen ze dan ook met verve, maar al snel bekruipt je het gevoel: hoe lang blijft dit leuk?
De vorm vertelt snel en geeft gelegenheid tot commentaar, maar is het niet te gemakkelijk om met dit boek de draak te steken? Daar gaat het dus ook niet om. Al gauw volgt een nieuwe ronde van autobiografische herinneringen, nu op een wat latere leeftijd waarin de vraag ‘wat ben ik?’ pregnanter wordt.
In elkaar geschoven
Als vervolgens de roman weer wordt opgepakt, merk je dat de zaken naast elkaar komen te staan en elkaar beginnen te spiegelen: de levens van de mannen en de karakters van Austin. De roman wordt niet geactualiseerd, maar de patronen van verwachting, verwarring, afwijking en onderdrukking uit begin 19de eeuw en begin 21ste eeuw worden als het ware in elkaar geschoven. Ineens antwoordt Elizabeth of Darcy vanuit de leefwereld van Van Bommel, of van Smits. En ergens klopt het ook nog.
De toneelspelers stappen ver uit hun rol om iets van de worstelingen van hun diepste zelf prijs te geven. Foto: Theater Oostpool/Kurt van der Elst
De roze gordijnen zijn dan al van het plafond gevallen en de drie toneelspelers zijn af en toe ver uit hun rol gestapt om iets van de worstelingen van hun diepste zelf prijs te geven. De een is biseksueel, de ander homo en de derde kun je non-binair noemen. Maar dat zijn slechts de etiketten. Daarachter woedt een strijd die niet minder, maar wel vergelijkbaar is met die van Elizabeth en Darcy.
Daarbij gaat het niet alleen om zelfacceptatie èn om acceptatie door de buitenwereld, maar ook om het overwinnen van de vooroordelen die je gevangen houden. Wat begint als een luchtige klucht eindigt in een aangrijpende voorstelling die je niet onberoerd laat.
★★★★☆
GebeurtenisPride & Prejudice, door theatergroep Oostpool
Regie Florian Myjer
Tekst Florian Myjer en spelers (naar de roman Pride and Prejudice van Jane Austin)