Thomas Acda (links) en Paul de Munnik komen graag in het Noorden: „Vroeger al, als ik wilde schrijven, huurde ik een huisje in Drenthe.” Foto: Roger Neve
Onderweg in de auto praten Thomas Acda en Paul de Munnik over grote zalen, oude nummers, jonge luisteraars en hun band met het Noorden. Vrijdag 4 juli spelen ze in Groningen. „Een feest der herkenning.”
Jullie zijn onderweg. Waarheen precies?
Paul (P): „Naar Concert at SEA, daar spelen we vanavond. Thomas rijdt voor me.”
Thomas (T): „Ik heb snel de droppot even weggemoffeld.”
P: „Heel goed, heel goed.”
Is het toeval dat Summerstage in Groningen niet op jullie website staat?
P: „Ja, we hadden eigenlijk helemaal geen festivals gepland dit jaar.”
T: „Volgens mij is dit ons kortste festivalseizoen ooit.”
P: „We doen er echt maar twee. Concert at SEA wilde ons graag terug na vorig jaar. En Groningen is óók groot – daar willen we natuurlijk gewoon bij zijn.”
Jullie stonden 30 jaar geleden al in Het Kruithuis achter de Stadsschouwburg.
P: „Volgens mij hebben we er zelfs twee verschillende voorstellingen gespeeld.”
T: „Dat was een zaaltje met een vlakke vloer. En zenders waren er nog niet, dus je moest uitkijken dat je niet over de kabels struikelde. Ik herinner me dat Herman Finkers tegelijkertijd in de grote zaal optrad.”
Nog meer herinneringen aan de stad?
T: „Een studentenfeest op de Vismarkt, waarschijnlijk een paar jaar later. Het was afgeladen vol.”
Paul, jij woont tegenwoordig in Meppel. Voelen jullie iets voor het Noorden?
P: „Ja, ik ben er gek op. Vroeger al, als ik wilde schrijven, huurde ik een huisje in Drenthe. En dan zei Daniël Lohues: ‘Dat noemen wij gewoon thuis, hè.’ Ik vond het er altijd al prettig, maar nu woon ik er dus echt. Het is rustig, mensen zijn vriendelijk en beleefd. Ze maken een praatje, maar zijn niet bijdehand.”
T: „Ik heb een hoop familie in Groningen. Voor het concert staan zeker zes of zeven man op de gastenlijst.”
In 2015 namen jullie afscheid met een theatertour. Nu staan jullie in de Ziggo Dome, Ahoy, vorig jaar op Pinkpop. Wat is er veranderd?
P: „Gek genoeg: niet zoveel. Behalve dat je minder hoeft te reizen. Je bereikt evenveel mensen, maar in minder shows. Dat geeft ruimte. En dan kun je er ook iets groots, iets heel vets van maken: decor, opzet, een idee. We zijn ook wat ouder nu.”
T: „We hebben altijd gezegd: als de kinderen wat groter zijn, dan willen we bij het avondeten kunnen zitten. En dat lukt niet als je 240 keer per jaar speelt.”
P: „Het is niet gezegd dat we het nooit meer gaan doen, maar op een gegeven moment ben je 20, 25 jaar al die theaters langs geweest. Dan heb je dat óók weleens gedaan.”
Acda en de Munnik tijdens een optreden bij de Vrienden van Amstel Live 2025 in Ahoy. Foto: ANP/Marcel Krijgsman
Dus: liever een paar grote shows dan heel veel kleine?
P: „Precies. Maar dan wel een show die klopt. Met een kop en een staart.”
T: „Zoals vroeger het theaterprogramma. Dan brachten we 3 weken voor de première de cd uit, zodat mensen alvast een beetje konden wennen aan de liedjes.”
Werkt jullie muziek anders op een festivalweide?
P: „Het is anders, maar het werkt. In een theater bouw je een spanningsboog op. Hier is het directer. Maar het leuke is: mensen zingen alles woord voor woord mee.”
T: „Ook jonge mensen. In de Ziggo Dome was de helft van het publiek tussen de 20 en 35 jaar. Die kennen alle liedjes. Dat moet dan via hun ouders zijn gegaan.”
P: „We horen vaak: ‘Toen we naar Frankrijk reden, stond jullie cd altijd op’. Een deel van die jongeren heeft ons nooit eerder live kunnen zien. Dus voor hen is het nu ook: eindelijk meemaken.”
Worden jullie ook ontdekt via Spotify en TikTok?
T: „Zeker. Alleen weten ze vaak niet dat wij het zijn. Ze kennen de liedjes, maar niet per se onze gezichten. Vriendinnen van mijn dochter zeggen dan: ‘O, is dat jouw vader? Dat liedje ken ik wel!’”
P: „Eigenlijk wel lekker rustig, kan ik je vertellen.”
Jullie hit Het Regent Zonnestralen haalde destijds nauwelijks de Top 40, toch?
T: „Geen top 10, nee. Wij waren ook nooit zulke singleverkopers. We maakten cd’s, albums – meestal gekoppeld aan een theaterprogramma.”
P: „Tien of twaalf liedjes die samen een verhaal vertellen. Een album als een momentopname van waar je staat in het leven. Nu is het veel gebruikelijker om losse nummers uit te brengen.”
T: ,,Maar wij hebben liever dat mensen uitkijken naar wat voor twaalf liedjes we deze keer weer bij elkaar hebben gezet.”
Iemand als Daniël Lohues doet het nog steeds zo.
P: ,,Dat spreekt ons erg aan.”
T: ,,Ik verheug me er altijd op als Daniël weer iets uitbrengt. Dan denk ik: waar is hij nu? We noemen onze volgende plaat gewoon Daniël Lohues, om het allemaal nog duidelijker te maken.”
Jullie werkten beiden solo tussen 2015 en 2023. Is jullie samenwerking na de hereniging veranderd?
T: „We zitten niet meer elke dag in dezelfde auto. Dus als je iets wilt bespreken, moet je echt even bellen. Of langsgaan.”
P: „Vroeger was het 5 dagen per week. Nu in perioden. Maar muzikaal is het niet anders.”
T: „Wat vroeger niet kon, maar wat nu heel makkelijk is: als het moet, kun je gewoon via Zoom een liedje schrijven. Je hoeft echt niet in dezelfde ruimte te zitten, je moet alleen je camera aanzetten. Heb je ondertussen tijd om de was te doen.”
Nog even terug naar Groningen.Wat kunnen we verwachten van 4 juli?
T: „Een feest der herkenning. En Groningen is dus de enige plek behalve Zeeland waar we spelen deze zomer.”
P: „Omdat het gewoon fijn is om daar te zijn.”
Summerstage
Acda en de Munnik staan vrijdag 4 juli vanaf 20.30 uur op het Summerstage op de voormalige drafbaan in Groningen. Diezelfde avond treden ook Hannah Mae (17.30 uur) en Van Dik Hout (19.15 uur) daar op. Kaarten vanaf 60,60 euro via ticketmaster.nl