Het was genieten op FestiValderAa. Foto: Niels Knelis Meijer
Het is een achtbaan, zo’n festival. Waar het karretje doorgaans onderaan tot stilstand komt, klom dat van FestiValderAa tijdens de rit fier terug naar de top. De spoelbui op donderdag in Zuidlaren, een speelverbod op vrijdag, een pinstoring op zaterdag, ze kregen het feestje in Schipborg er niet onder.
De Noorderlingen zijn tegen wil en dank de helden van het festival geworden. Staatsbosbeheer haalde op grond van Natura 2000-argumenten op het laatste moment een streep door de gekozen locatie voor Roek. Na veel verdriet en een slapeloze vrijdagnacht - de voorstelling was secuur op die bomenlocatie afgestemd - herpakten De Noorderlingen zich zaterdag. Ze verhuisden naar een stukje land dat de festivalorganisatie nog in de aanbieding had. Alleen, daar stonden geen bomen.
,,Om half tien liepen we ‘s ochtends al met bomen te sjouwen, geweldig geholpen door de YoungGangsters (een ander op het festival actief gezelschap, red.)”, zei regisseur Lotte Lohrengel zondagmorgen. ,,Het is een totaal andere voorstelling geworden. We zijn de hele zaterdag aan het werk geweest. Ik hoop twee dingen: dat we na de eerste kik van gisteravond, omdat het na alle ellende toch was gelukt, bij alle vermoeidheid overeind blijven, en dat we onszelf nog meer kunnen openen naar het publiek.”
De Noorderlingen zijn tegen wil en dank de helden van het festival geworden. Foto: Niels Knelis Meijer
‘s Middags bleek de groep met glans geslaagd, met de ruimte van het stroomdal van de Drentsche Aa optimaal ingezet. Inclusief hindernissen, want zo’n stroomdal bevat water. Gaandeweg zien we hoe de vogels/mensen vrijwel woordeloos met het nieuwe leven en met elkaar dienen om te gaan. Zo werden De Noorderlingen van de schlemiel nu de held van FestivalderAa, om met een flinke dosis gewonnen respect huiswaarts te kunnen.
Tegenslagen stonden het succes niet in de weg
Donderdagavond had de band De Baron nog het ongenoegen gesmaakt om zonder te spelen De Brink in Zuidlaren te verlaten. Het was niet de eerste keer op het festival dat zware regen deze band dwarszat. De tweede storing kwam zaterdagavond van het pinsysteem, net toen het volle festivalterrein prima op stoom was, en dorstig, dankzij toen zo fraaie weer. Dat was even vervelend voor de organisatie die de consumptie-inkomsten hard nodig heeft.
Het waren problemen die het succes van deze feesteditie niet in de weg stonden. Het leek er alleen op dat de aantrekkingskracht van het sfeervolle festivalterrein met zijn rijke (muziek-)programma hier en daar ten koste ging van de bezetting bij de voorstellingen op locatie.
En dan was er nog een stapeltje ex-Noorderlingen
Wat die producties betreft bewees de organisatie andermaal haar lef door veel jonge artiesten te recruteren. Een aantal ervan hebben een verleden bij, daar heb je ze alweer, De Noorderlingen. Zoals Marieke Giebels & Jip van den Dool, die met A Horse With No Name zaterdag meer publiek hadden verdiend in Jelto’s Schuur dan er nu zat. Wel werd het mooi intiem, zo teruggebracht tot ‘huiskamertoneel’.. Het contact met het juist níet naamloos blijvende publiek kwam goed zijn recht kwam.
De personages zochten beiden steun bij dat publiek, als acteurs heen en weer slingerend tussen een klassieke Griekse tragedie met Ajax als eenzame figuur, en in hun persoonlijke tragedie met Van den Dool in zichzelf gekeerd, geïsoleerd door een depressie, terwijl Giebels hem er met hulp van dat publiek uit wil trekken. Lastig. Hogeschool acteren, gespeeld onder de paraplu van Mads Wittermans als nieuwe producent (nog een Noorderlingen-link).
Tsjechov met een strijkkwartet
Het Tuintheater van ex-Noorderlingen Julia van der Vlugt en Jurriën Remkes speelden onlangs al in Groningen, maar een andere voorstelling dan hun Polder wodka in Schipborg. In de natuur, gebruikmakend van een heuvel, gaven ze een inventieve draai aan een typisch Tsjechov-verhaal, met een rouwende weduwe en een schuldeiser die elkaar na een woest conflict uiteindelijk vinden. De voorstelling werd ondersteund door een strijkkwartet en een hoboïste die onder meer stukken Borodin en Moessorgski speelden, waarbij een van de violistes de schuldeiser, toen nog boos op de armlastige weduwe, dreigend spelend het bos in joeg.
Het was sterk acteerwerk van twee mooie mensen. Remkes verbaasde het publiek met zijn fenomenale lichaamskracht en zijn souplesse, die hij eerder inzette als puur fysiek speler bij YoungGangsters. Deze groep met de (het houdt niet op) ex-Noorderlingen Marius Mensink en (broer) Rutger Remkes, stond na Oerol in Schipborg op de Es.
Vijftig euro voor de productieleider
Een ander jong gezelschap dat hier nooit ontbreekt is dat van Loods13 uit Emmen, tieners in opleiding. Mooi om te zien hoe zo’n jong viertal in Hier sta je dan, in een regie van Anne-Minke Meijer, zichzelf filosofisch de vraag stelt naar de zin van het leven, en naar de opdrachten erin: waar (be)sta je voor? Een dynamisch werkstuk, met het mooiste stuk stroomdal in de rug.
Zuhause speelt 'Run, Forest, Run' over worstelende mensen in een worstelende natuur. Foto: Niels Knelis Meijer
Zuhause is inmiddels uit Groningen verhuisd naar Arnhem, maar nog even welkom op FestiValderAa, deze keer met Run, Forest, Run over worstelende mensen in een worstelende natuur, met een vervallen huis als decor. De muziek was uitstekend, de choreografie soms verbluffend, maar voor een verhaal was een keuze tussen óf de mens óf de natuur als bedreigd element beter geweest. Nu wisten we geregeld niet waar we naar zaten te kijken. Wij niet, wél die ene meneer die na afloop ontroerd door de dans spontaan de productieleider 50 euro doneerde.
Burlesque onder een systeemplafond
Er was natuurlijk weer veel maar dan alleen theater. In het literair programma Zomerzinnen bewees Auke Hulst vrijdagavond zijn huidige populariteit, met zijn muzikale vertelling over zijn ruige reis door de VS en zijn ruige opgroeien op het Groningse platteland. Het zaaltje van het Fletcher Hotel, invaller voor het beroete restaurant De Drentsche Aa, liep moeiteloos vol voor een fijn uurtje. Later op de avond was datzelfde noodgedwongen invalzaaltje, met zijn harde witte bakstenen en systeemplafond, nogal ongeschikt voor de burlesqueshow van Wilma Bakkers Bont en Blauw, die sowieso zijn beste tijd wel heeft gehad.
Zoals de noordelijke inbreng in het theaterprogramma opviel, gold dat ook voor het contingent frontvrouwen op het hoofdpodium van het festivalterrein, zoals Karsu, Meau, Merol en Rondé met leadzangeres Rikki Borgelt. ,,Heb ik er niet om gedaan hoor”, zei festivaldirecteur/programmeur Vanja Guldener. ,,Ik wilde ze gewoon omdat ze goed zijn.” Ze kwamen stuk voor stuk sterk voor de dag, geholpen door het uitstekende geluid op dat stuk hei, en het enthousiaste publiek.
Net niet door het plankier
Op het tweede, kleinere podium scoorden twee Groningse acts honderd punten: de feestelijke dance-act van Never been to Berlin en het hilarische dance-poëzie-optreden van Electropoëzie, met Harm (Town of Saints) Ridderbos en Hans Hoeverloo. De organisatie was even bang dat het publiek met al dat uitgelaten gespring dwars door de plankieren zou zakken.
Dat gebeurde niet. Zoals het hele festival, voor het eerst geleid door Van Guldener, recht overeind bleef.