De nieuwe, nagenoeg uitverkochte en tot nu toe langste theatertour van The Analogues spreekt boekdelen. Neerlands’ trots op het gebied van tributebands is populairder dan ooit. Toch is Let it Be: Abbey Road de laatste rondgang langs het Nederlandse pluche.
Het vijftal heeft haar doel bereikt: alle albums die The Beatles nooit zelf op de podia speelde, zijn in de afgelopen vier jaar live uitgevoerd.
In dat kader vormen de laatste twee platen Abbey Road en Let It Be een fraai tweeluik. Het achterliggende verhaal in het kort: beide albums werden in 1969 opgenomen, waarna Abbey Road snel het levenslicht zag, maar aan Let It Be werd met Phil Spector aan de knoppen langer gesleuteld, zodat die plaat pas in 1970 verscheen.
Voor de pauze speelt The Analogues een integrale uitvoering van Abbey Road. Uitgevoerd met het beproefde perfectionisme waar The Analogues geroemd om is, met zoveel mogelijk originele instrumenten binnen handbereik.
De liedjes klinken stuk voor stuk overtuigend en met oog voor details, dankzij de bijdragen van strijkers, blazers, hamer en aanbeeld in Maxwell’s Silver Hammer en een Moog-synthesizer. Precies zoals The Beatles ze destijds in de studio opnamen.
Veel handen in de zaal gaan de lucht in als zanger Merijn van Haren - bekend van de band Navarone - aantreedt en Oh Darling zingt, terwijl Jan van der Meij (eerder nog geplaagd door gehoorproblemen) met een heerlijk doorleefde stem I Want You (She’s So Heavy) voor zijn rekening neemt.
Diederik Nomden is met afstand het geheime wapen van de groep. Hij schakelt moeiteloos van gitaar naar piano en andere toetsen, zoals een elektrisch versterkt klavecimbel in Because en blijft ondertussen loepzuiver zingen.
Des te verrassender is dat vanavond vaste drummer en initiator Fred Gehring - hij kampt met een elleboogblessure - wordt vervangen door Bauke Bakker. De zingende drummer speelde vijf jaar terug met Nomden Abbey Road al integraal met Her Majesty. The Analogues kunnen zich geen betere vervanger wensen: Bakkers spel werkt aanstekelijk op de toch al niet misselijke grote energie op het podium.
The End is het laatste nummer dat de Beatles gezamenlijk opnamen, maar is niet het laatste nummer van de avond. Wie verwacht dat The Analogues na de pauze het voltallige Let It Be-album voor haar rekening neemt, komt bedrogen uit. Sterker nog, in het tweede deel doet band een verrassende greep uit de Beatles-catalogus vanaf 1966, met een keuze van songs van Revolver, Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band, Magical Mystery Tour, het witte dubbelalbum The Beatles uit 1968 en tot slot een ruime selectie van Let It Be.
Van Taxman tot via het vierstemmig gezongen Eleanor Rigby (met sublieme begeleiding van het strijkkwartet), Penny Lane (inclusief trompetsolo!) en Strawberry Fields Forever. Je moet het maar durven om ze zo authentiek en gedisciplineerd te spelen, ondersteund door krachtig licht en zaalgeluid. Ook duikt Helter Skelter weer op, waarin Van Haren volledig los kan gaan. Opvallende afwezigen zijn Hey Jude en The Long and Winding Road. De groep verkiest muzikale uitdagingen boven platgetreden paden. Tweeënhalf uur lang. Tot aan het laatste piano-akkoord van A Day In The Life.
Het is The Analogues gelukt om met Let it Be: Abbey Road haar triomftocht nog meer glans te geven. Hier zijn liefhebbers aan het werk die de liedjes van voren naar achteren kunnen dromen. Meer kan je je eigenlijk niet wensen bij dit liefdevolle en zeer uitgebalanceerd eerbetoon aan een periode waarin de Fab Four niet meer optrad. Afijn, dat ene dakconcert in januari 1969 natuurlijk uitgezonderd.
Een verbluffend en geraffineerd concert dat geen Beatlefan teleurstelt.