Dilan Yeşilgöz heeft haar vinger opgestoken om Mark Rutte op te volgen. De liberaal zet daarmee een volgende stap in een bliksemcarrière in Den Haag. Zes jaar na haar beëdiging als Kamerlid zal ze als VVD-lijsttrekker mikken op het hoogste ambt. Die snelle Haagse loopbaan gaat met vallen en opstaan: van geblunder rond vuurwerk als Kamerlid tot indruk maken als minister.
Dat Yeşilgöz in de race is, komt niet als een verrassing. Nadat onder anderen Klaas Dijkhoff, Edith Schippers en Jeanine Hennis de afgelopen dagen hebben bedankt voor de functie van lijsttrekker, blijft Yeşilgöz als een van de weinige kandidaten over. Sophie Hermans werd ook genoemd, maar maakte als fractievoorzitter weinig indruk. Ze laat dinsdagavond weten ’niet de ambitie’ te hebben om lijsttrekker te worden.
En andere lijsttrekker-waardige talenten zijn er de afgelopen twee jaar ook niet opgedoken, ondanks een serieuze verjongingsslag in de VVD-fractie na de laatste verkiezingen. Het afgelopen decennium is menig kroonprins(es) bovendien al gesneuveld in de schaduw van Rutte. Dijkhoff, Schippers, maar ook Halbe Zijlstra: een gooi naar het leiderschap kunnen ze nooit doen. Rutte blijft immers en blijft ook maar verkiezingen winnen.
Yeşilgöz blijkt zich op het goede moment te ontpoppen, nu Rutte afgelopen maandag zijn vertrek uit Den Haag aankondigt na 17 jaar partijleiderschap. De minister wordt al langer gezien als een veelbelovend talent bij de liberalen. Maar daar gaat wel een politieke zoektocht aan vooraf. In haar jonge jaren is ze actief voor de SP, loopt ze stage bij GL en is ze een tijdje lid van de PvdA. Uiteindelijk komt Yeşilgöz uit bij de VVD waar ze begint op te vallen als gemeenteraadslid (2014-2017) in Amsterdam.
Yeşilgöz weet makkelijk de media te vinden en zichzelf te profileren. Dat gaat met stevige oneliners, foto’s van haar hond Moos op sociale media of haar uitgesproken supporterschap van voetbalclub Ajax. Zelfs als minister is ze nog nadrukkelijk bezig met beeldvorming: ze wil bijvoorbeeld graag weten welke foto bij een interview wordt afgedrukt.
Na haar tijd in de hoofdstad volgt een op het oog logische overstap naar de Tweede Kamer. Maar makkelijk gaat het haar niet altijd af. De portefeuille klimaat valt Yeşilgöz zwaar. Politiek is ze duidelijk handig, maar het technische dossier helemaal doorgronden gaat moeizaam.
De portefeuille justitie en veiligheid ligt haar beter. Daar kan Yeşilgöz zich manifesteren als hardliner, met de slogan ’keihard aanpakken’ als kern van veel betogen. Maar ze gaat in die tijd ook opzichtig in de fout als ze een verbod steunt op het afsteken van zware vuurpijlen en zogenoemd singleshot-vuurwerk. De VVD’er wordt door haar eigen fractie teruggefloten en moet publiekelijk haar steun inslikken.
Maar ze krijgt promotie, in 2021 wordt Yeşilgöz staatssecretaris voor Klimaat en Energie. Het kabinet-Rutte III is dan al demissionair, voor Yeşilgöz is het ruim een half jaar een mooie kans om zich te laten zien als bewindspersoon richting de formatie van een nieuw kabinet. Ze tuigt onder meer nog het eerste steunpakket voor de hoge energiekosten op. Toch laat ze geen verpletterende indruk achter op het ministerie, waar ze na afloop als ’niet-ministeriabel’ wordt bestempeld.
Maar minister wordt Yesilgöz wel. Op het ministerie van Justitie en Veiligheid nog wel, een van de zwaarste departementen in Den Haag. Menig VVD-bewindspersoon (Ivo Opstelten, Ard van der Steur, Fred Teeven) is er het afgelopen decennium gesneuveld. En dan heeft Yeşilgöz ook nog geen juridische achtergrond. Het leidt tot vraagtekens, ook in de VVD wordt toegegeven dat het een gok is.
Maar in de anderhalf jaar die haar tot nu toe gegeven is, maakt Yeşilgöz indruk. Uitglijders heeft ze niet gemaakt. Over een gevoelig dossier als het hoofddoekjesverbod bij de politie hakt ze gedecideerd de knoop door. De strijd tegen de georganiseerde misdaad voert verder de hoofdmoot. Het vertrouwen in Yeşilgöz’ werk is zo groot dat ze wordt aangewezen als leider van het clubje bewindspersonen dat de afgelopen maanden praatte over migratiemaatregelen. Een succes wordt het niet – het kabinet valt immers – maar aan Yeşilgöz heeft dat volgens betrokkenen van meerdere partijen niet gelegen.
De stijl van de VVD-minister kenmerkt zich volgens betrokkenen als innemend als het kan en hard als het moet. In haar entourage valt op dat het onderdeel van de werkwijze van Yeşilgöz is om haar charme in te zetten. Een aanraking hier, een compliment daar. Dat gebeurt overigens soms ook andersom: een Italiaanse minister komt tijdens een werkbezoek wel erg dichtbij en legt een hand op haar rug, een Marokkaanse ambtgenoot blijft maar herhalen wat een prachtige vrouw ze toch is.
Maar ze kan – ondanks een charmant voorkomen – binnenskamers fel zijn. Zo spreekt ze haar collega-minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) volgens betrokkenen stevig aan als hij in opspraak komt vanwege privéritjes met de dienstauto in zijn tijd als burgemeester van Almere. Hij moet maar snel orde op zaken stellen, vindt ze. In het migratie-overleg roept ze bovendien CU-staatssecretaris Maarten van Ooijen tot de orde nadat zijn partijleider Mirjam Bikker heeft gezegd dat de VVD ook eens moet zien dat achter iedere vluchteling een mens zit. Het schiet Yeşilgöz, zelf als kind gevlucht uit Turkije, in het verkeerde keelgat.
Premier
De vraag die na een goede periode als justitieminister wel open blijft staan is of ze wel allround genoeg is om partijleider, en eventueel premier, te zijn. Want dan komen ook de taaie en complexe dossiers, zoals financiën, op haar bordje. Terwijl ze eerder dus heeft geworsteld met een technisch dossier als klimaat. Yeşilgöz denkt het aan te kunnen: „Voor zover je van tevoren helemaal voorbereid kunt zijn op deze rol. Maar ik heb de afgelopen jaren veel verschillende portefeuilles gedaan en veel politieke rollen vervuld. Ik neem inmiddels een berg ervaring mee, inclusief het mij snel eigen kunnen maken van inhoud en informatie. Dat geeft een stevige basis om op verder te werken.”