Opeens zit je in een boosterlocatie op een verregend industrieterrein en krijg je het gevoel dat je te laat bent voor het feestje | column Maaike Borst
,,Nou, daar zit je je dan de hele tijd zo zenuwachtig over te maken.’’
Teleurgesteld ploft de vrouw in een stoel. Dagenlang had ze zich op zitten vreten. Lange rijen verwachtte ze. Chaos. Overwerkte prikkers in de hokjes. Protesterende antivaxers op straat en gestreste beveiligers bij de deur.
En nu?
Niets van dat alles.
Met haar man aan haar zijde stapte ze naar binnen, werd vriendelijk ontvangen, de dokter stelde een paar vragen, hokje 4 was vrij − ‘gaat u maar zitten’ − en daar was de prik al. Pijnloos.
Gelukkig kan ze hier nog 15 minuten in de wachtruimte zitten om deze anticlimax te verwerken. ,,Goeiemiddag’’, zegt ze tegen de andere versgeprikten en zet verbolgen haar handtas op de grond.
Het is ook niet bij te benen. De crisis verandert telkens van gedaante, dreigende rampen komen net zo snel als ze verdwijnen en dan opeens zit je hier in een boosterlocatie op een verregend industrieterrein en krijg je het gevoel dat je te laat bent voor het feestje.
Saai. Ze laat haar blik glijden door de doodstille ruimte en zegt luidkeels: ,,Wat doen jullie toch allemaal op die telefoons?’’
Slechts een van de wachtenden voelt zich aangesproken en stopt haar mobiel weg. De man aan de overkant ziet onmiddellijk zijn kans schoon en begint een praatje. Geef hem eens ongelijk: wanneer zit je nog een kwartier zonder mondkapje naast een leuke wildvreemde vrouw?
De man is een surfer. Vaak ging hij bij Lauwersoog de Waddenzee op, maar nu zit hij in een rolstoel. Hij verloor zijn benen aan een vage ziekte − en misschien omdat hij niet zo goed voor zichzelf zorgde. Tegenwoordig verkoopt hij zeldzame stripboeken en dat is goeie handel, maar in zijn dromen surft hij nog altijd.
In het gesprek tussen de twee valt het c-woord niet een keer. Als ze samen naar buiten gaan, waarschuwt een meisje in een geel hesje hem lief bedoeld, maar onnodig betuttelend, voor de stoeprand. Je vergeet in deze tijd ook zomaar dat niet iederéén kwetsbaar is.
,,Zullen we een kop koffie doen?’’ stelt de surfer voor aan de vrouw. Hij wijst enthousiast naar een smoezelig wegrestaurantje.