Opinie: Klimaat, de tijd van wegkijken is voorbij
Allard Hans RoestEmiel Geerts Opinie

Ban Ki-moon, oud-secretaris-generaal van de Verenigde Naties, sprak vorige week bij de opening van het Klimaatadaptatie-instituut in Groningen zijn vertrouwen uit in de jeugd. Twee studenten haken daar gretig op in.
Het klimaat is letterlijk hot. De afgelopen weken beheerste zowel het rapport van het Intergovernmental Panel on Climate Change (IPCC) als de gewonnen rechtszaak van Urgenda tegen het Rijk het nieuws. Eindelijk staat de ongemakkelijke waarheid van klimaatverandering na jaren van wegmoffelen door vorige generaties nu volop in de schijnwerpers. Dat is goed nieuws voor ons en voor onze kinderen. Maar het debat richt zich nu op het stoppen van klimaatverandering. Hierin schuilt een levensgroot gevaar. Door de focus op het terugdringen van klimaatverandering dreigt nu het weglopen voor de volgende ongemakkelijke waarheid. Klimaatverandering is namelijk al een voldongen feit. De tijd om nog een keer gemakkelijk weg te kijken is er niet, we moeten ons nu voorbereiden op wat komen gaat.
Voor alle duidelijkheid: maatregelen om klimaatverandering tegen te gaan zijn ontzettend hard nodig. We moeten alle zeilen bijzetten en onze huizen, industrie en economie nu echt duurzaam omvormen. Al is het maar omdat het moet van de rechter. Maar ook de afname van CO2-uitstoot van 25 procent in 2020, die Urgenda succesvol heeft bepleit, gaat er niet voor zorgen dat de gevolgen ongedaan worden gemaakt. Met maatregelen kunnen we de onherstelbare schade alleen maar zoveel mogelijk beperken.
Het IPCC wijst erop dat het beperken van de temperatuurstijging tot 1,5 graad in plaats van 2 graden 50 procent minder overstromingen, en voor miljoenen mensen minder hongersnood en klimaatgerelateerde armoede betekent. Ook wanneer het lukt binnen de 1,5 graden grens te blijven zijn de gevolgen van extreme droogte en bosbranden voor de landbouw en de natuur, en ook voor de wereldeconomie, niet te overzien.
Het schip waar we allemaal op zitten houden we met het terugdringen van de opwarming alleen niet drijvende. Dat schip is namelijk zo lek als een mandje, en het water stroomt aan alle kanten binnen. Om de tijd te winnen die we nodig hebben om in rustiger vaarwater terecht te komen moeten we deze lekken dichten. Dit betekent dat klimaatadaptatie veel hoger op de agenda moet.
Zelfs voor degenen die het niet zo hebben op plantjes en dieren is de boodschap helder. Ook economisch is het op gang brengen van adaptatie de enige logische optie. Zoals Patrick Verkooijen, CEO van het nieuwe Global Center on Adaptation het treffend zegt: de kosten van klimaatadaptatie zijn minder dan de kosten van .
Als we niks doen, zal waterschaarste in Afrika en het Midden-Oosten zorgen voor een daling van 6 procent van het bruto binnenlands product in 2050. Denkend aan de migratiestromen die dit op gang brengt, zijn oplossingen voor de watervoorziening geen liefdadigheid, maar puur eigenbelang. Om op tijd mee te bewegen, moeten al onze investeringen nu ten goede komen aan klimaatadaptatie en zo effectief mogelijk worden ingezet.
Maar hoe? Nu we eindelijk zover zijn om de problemen onder ogen te zien, is het tijd om in oplossingen te gaan denken. We moeten onze kennis versneld ontwikkelen en wereldwijd beschikbaar maken. De opening van het Global Center on Adaptation in Groningen, vorige week door de voormalige secretaris-generaal van de Verenigde Naties en kersverse eredoctor Ban Ki-Moon, is het startsein voor een nieuwe generatie wetenschappers. Zoals Ban Ki-Moon tijdens de opening al zei: „De tijd is op, wij zijn de laatste generatie die er iets aan kan doen.” Wij zijn die generatie die doordrongen is van de grote opdracht die haar te wachten staat, niet wegkijkend voor de ongemakkelijke waarheid.
Het zal niet makkelijk worden. Maar door de jaren heen hebben we als samenleving laten zien ook de grootste uitdagingen aan te kunnen, wanneer we onze krachten bundelen. Het Klimaatadaptatie-instituut gaat precies dat ondersteunen. Mensen samenbrengen, kennis en kunde delen en zo het nemen van maatregelen wereldwijd versnellen. De keuze voor Groningen is dan ook niet zo vreemd. Met de Rijksuniversiteit is dit de thuisbasis voor een internationale topuniversiteit waar klimaatadaptatie vanuit verschillende vakgebieden kan worden benaderd. De Hanzehogeschool vult dit feilloos aan, door het leggen van de verbinding tussen wetenschap en de praktijk, zowel regionaal als internationaal.
Groningen is bovendien een internationaal symbool geworden. Een plek die meer dan welke andere plek dan ook het einde van de onbezorgde tijd van fossiele brandstoffen illustreert. Van probleemgebied naar motor voor verandering. Van wegkijken naar aanpakken. De nieuwe generatie moet nog even door op dit lekkende schip. Het is de hoogste tijd is om de mouwen op te stropen, en aan de slag te gaan.








