De ontwikkeling van Terschelling als badplaats begon op de locatie van hotel Paal 8. Dat verdient een boek, vond geschiedschrijver Pieter Breuker. Al werd de verkoop van Noordzeewater als gezond drankje geen succes.
„Als ik Terschelling bezoek, sla ik hotel Paal 8 bijna nooit over. Ik kom er sinds 1959, ging er ook zwemmen. Ik beschouwde het meteen als één van de iconische plekken op Terschelling”, vertelt Pieter Breuker (80) uit Leeuwarden, die eerder een boek schreef over de geschiedenis van het toerisme op Terschelling.
Dat hotel, gesitueerd bij het recreatiedorp West aan Zee tussen strandpaal 8 en strandpaal 9, staat er pas sinds 1958. De locatie is niettemin sinds 1916 in gebruik voor badtoerisme. „Tot die tijd had Terschelling maar twee schamele badhuizen op West-Terschelling gehad”, memoreert Breuker. De opening van een badpaviljoen zorgde ervoor dat na Texel, Ameland, Schiermonnikoog en Vlieland ook Terschelling zich ontwikkelde tot badplaats – ook al kon je er aan zee niet overnachten. „Zelfs het kleine Vlieland had in 1896 al de titel badplaats.”
In die tijd had je als kustplaats een zeebad nodig, voor je je kuuroord mocht noemen. „Dan moest je wel een fatsoenlijke locatie hebben. Daarvoor had je eerst infrastructuur nodig”, legt Breuker uit. De aanleg van de zeven kilometer lange Longway van West-Terschelling via West aan Zee naar Midsland-Noord zorgde daarvoor.
Hulppaviljoen
Het badpaviljoen is in de oorlog afgebroken. Na de oorlog opende de hardwerkende ondernemer Willem Jan Broere er aan de voet van de ruïne een eenvoudig houten gebouwtje als consumptietent. Je kon er op een gegeven moment ook een menu eten. Het hulppaviljoen kreeg gaandeweg steeds meer waardering, ontdekte Breuker. „Soms kwamen er wel honderd gasten op een dag.” Al bleef het een eenvoudige bedoening. Als sanitair diende een flink gat in de duinen.
Uitgerekend op die plek besloot NV Exploitatiemaatschappij Noordzeebad Terschelling in 1957 na jarenlang getreuzel dan toch hotel Paal 8 te bouwen. „Oh ironie, toen ze de financiering voor een hotel eindelijk rond hadden, moest Broere het veld ruimen.”
Dat was maar „een heel klein hotel”, met zes kamers met twee bedden. Het stond qua omvang in schril contrast met hotel Victoria, dat aan de Dellewal aan de Waddenkust 65 vierpersoonskamers telde. „Dat had te maken met een gebrek aan initiatief, durf en geld. In 1964 is het hotel alsnog flink uitgebreid, in zo’n korte tijd is dat echt kapitaalvernietiging.”
Heilzaam Noordzeewater
De NV had wel een markante, ondernemende directeur aangetrokken, Ad Götz. De voormalige KLM-steward had in Afrika gezien dat de inwoners daar soms een handvol zeewater naar binnen slurpten en daarbij hun blakende gezondheid bewaarden. Verder liet hij zich inspireren door het Duitse waddeneiland Borkum, dat er als kuurbad in slaagde gebotteld zeewater aan de man te brengen.
Een te gast zijnde Duitse arts verzekerde Götz dat het Noordzeewater bij Terschelling zeker niet minder goed zou zijn voor het menselijk lichaam. Terschelling lag immers ver van industrieën en lozende rioleringen. Een fabriek in Meppel wilde het ‘heilzame’ zeewater zelfs bottelen. Voor 1,80 gulden kon je een halve liter ‘Paal 8-zeewater’ kopen. „Hij was een handige jongen met zijn handeltje in zeewater”, zegt Breuker lachend. „Maar het duurde niet lang.”
Mede door sceptische uitlatingen van de Vereniging tegen de Kwakzalverij ging in Nederland de zeewaterhype na een jaartje of twee alweer liggen. „Al is het inademen van zeelucht en het baden in zout zeewater natuurlijk wel goed voor lichaam en geest. Daar hoeft geen twijfel over te bestaan.”
Megahotel tegengehouden
Later hielden grootse nieuwbouwplannen het eiland lang in de greep, valt op te maken uit het boek Pure ontspanning op Terschelling, Hotel Paal 8 en zijn voorlopers. Vanaf 1993 verpauperde hotel Paal 8 door de stagnerende nieuwbouwplannen. De in 1962 tegen de druk van massatoerisme opgerichte Stichting Ons Schellingerland voorkwam met honderden Terschellingers de komst van een megahotel met bijna 300 kamers en appartementen.
Het duurde tot 2006 voordat er een stuk bescheidener nieuwbouw geopend kon worden op de iconische plek nabij strandpaal 8. „Met veertig kleinere appartementen en zestien familiesuites. Zo staat het er nog steeds.”
Het Badpaviljoen was in 1934 al flink uitgebreid. Foto: Uit het boek/collectie Museum 't Behouden Huys
Het hulppaviljoen na een verbouwing in 1953. Foto: Uit het boek/Collectie familie Broere
Hotel Paal 8, met links de Noordzee en rechts recreatiedorp West aan Zee. Foto: Neeke Smit
Pieter Breuker. Foto: LC
Cover van het boek. Illustratie: Uitgeverij Louise