Gerben Huisman op de verkeerstoren in Harlingen, met de rug naar de Waddenzee. Foto: Catrinus van der Veen
Gerben Huisman (47) uit Leeuwarden was vijf jaar directeur van het Waddenfonds. Reden voor een afscheidsinterview met de man die tot zijn 10de Gerben van der Kooij heette en ook God en Oekraïne in zijn hart heeft.
,,In de zomer van 2020 ben ik met een klein busje van mijn nichtje in een week vanaf Esbjerg de Waddenkust afgezakt. Even tot me laten doordringen: waar hebben we het eigenlijk over? Lekker in mijn eentje, douchen in de Waddenzee. Heerlijk”, vertelt Gerben Huisman achter een glas melk in Grand Café Promenade in de veerterminal in Harlingen. ,,Even een gevoel erbij krijgen, bij de rijkdom die het Waddengebied heeft.”
Wat had Huisman met de Wadden voor hij directeur van het Waddenfonds werd? Pas op zijn 27ste haalde hij zijn rijbewijs, zijn vriendin (zijn huidige vrouw) was al zwanger voor ze samenwoonden, vertelt hij. ,,Dat maakte dat we ieder jaar naar de Waddeneilanden gingen, dat was behapbaar. Iedere zomervakantie zaten we op een eiland, een combinatie van rust en natuurlijke dynamiek. Gewoon machtig.”
Niet breed
Als kind had hij ,,beslist geen ongelukkige jeugd”, maar breed hadden ze het thuis niet. Op zijn 4de verhuisde zijn moeder met vier kinderen van zijn geboorteplaats Maassluis naar Hoogezand. Gescheiden van haar tweede man; haar eerste man was overleden. ,,We aten twee dagen in de week vlees, mijn moeder was eigenlijk reuze hip, haha. Mijn moeder herstelde onze kapotte broeken. Vakantie was een dagje weg.”
Op de Waddeneilanden kwamen ze niet, te duur voor een bijstandsmoeder. ,,Toen ze op mijn 10de hertrouwde met een zoon van de beddenspecialist uit Drachten, hebben ze een naamswijziging doorgebracht. Tot toen heette ik Gerben van der Kooij.”
Op zijn 17de ging Huisman op kamers in Groningen, omdat het niet helemaal lekker liep thuis. Hij studeerde er communicatie en ging aan het werk bij overheden.
Gerben Huisman op de verkeerstoren in Harlingen, met de rug naar de stad. Foto: Catrinus van der Veen
Als bestuursassistent van toenmalig gedeputeerde Piet Adema (de latere minister van Landbouw) kwam hij definitief in Friesland terecht. Met zijn vrouw en twee kinderen verhuisde hij in 2010 naar Camminghaburen in Leeuwarden. Als het kan, loopt hij daar elke dag hard: 8 kilometer door het aangrenzende natuurgebied De Groene Ster. ,,Het liefst zonder licht aan, dan ervaar je de donkerte. In de schaduw van de maan, dat vind ik zo briljant.”
Broedeiland en vistrap
Die voorliefde voor pure duisternis matcht goed met zijn voormalige functie bij het Waddenfonds. Als langstzittende directeur heeft hij met zijn team in vijf jaar meer dan 150 projecten weggezet, goed voor 144,6 miljoen euro. ,,Met wat anderen zelf hebben bijgedragen is er zo ongeveer 300 miljoen euro in het Waddengebied geïnvesteerd. Het mooie is dat wij nooit voor de volle 100 procent mogen financieren, al mogen we aan natuurprojecten wel veel meer bijdragen dan aan economische projecten. Logisch, want een broedeiland zal nooit geld opleveren, en een vistrap ook niet. Maar ze zijn van méér dan grote waarde.”
Die Oekraïners konden niet geloven dat je naar de eilanden kan lopen
Het bijzonderste project? Dan noemt Huisman het net gestarte programma ‘Wad gaat om’. ,,Dat draait om het tegengaan van plastic in de Waddenzee. Er zijn vijftien partijen bij betrokken, dat maakt het best ingewikkeld. Mooi dat die hierin zijn samengebracht. Plastic is ieders probleem, maar niemands verantwoordelijkheid.”
In het Waddengebied praten alle verschillende partijen met elkaar, van agrariërs tot natuurbeschermers en van havendirecteuren tot wetenschappers. Samen hebben ze eerder een agenda opgesteld over hoe het Waddengebied er in 2050 bij moet liggen. ,,Daar zijn we het hier samen over eens, we houden elkaar stevig vast.”
Garnalenvissers
Het viswad-convenant is zo’n uitwerking waarin economie en ecologie samenkomen. ,,Voor 10,3 miljoen euro hebben we 19 vergunningen van garnalenvissers uitgekocht. Van de 89.” Daardoor konden twee kombergingen (het Eierlandse Gat tussen Vlieland en Texel en een gebied tussen Rottum en Rottumeroog) worden gesloten voor visserij. Momenteel wordt er gekeken hoe daar de onderwaternatuur hersteld kan worden.”
Binnenkort komt er weer een uitkoopregeling van het Rijk, vervolgt Huisman. ,,We willen niet de garnalenvissers helemaal weg hebben, we willen dat het beter in balans is. De garnalenvissers willen ook niet coûte que coûte alles leegvissen. Die snappen heel goed dat als ze een goede boterham willen verdienen, ze mét de natuur moeten omgaan, in plaats van tegen de natuur. Waar ik verdrietig van word, is dat die tegenstelling van buitenaf gróter wordt gemaakt.”
‘Projecten mogen mislukken’
Sinds 2006 is tot nu toe 500 miljoen euro via het Wadenfonds in het Waddengebied gestoken. In totaal zat er los van de uitkoop van de kokkelvisserij 600 miljoen euro in de pot, die werd gecreëerd als compensatie voor gaswinning onder het wad. Natuur is ermee hersteld en economie aangejaagd. Dorpshuizen zijn er gerenoveerd, bunkers opgelapt en een keur aan bezoekerscentra is er uit de grond geschoten.
Die worden niet allemaal even goed bezocht, beaamt Huisman. ,,Wel jammer. Maar het Waddenfonds is een innovatief fonds, er mogen projecten mislukken. Eigenlijk zijn we niet zo innovatief, want zoveel gaat er niet mis, zeg ik wel eens gekscherend.”
Ook de ontwikkeling van een rouwpad door een stel op Terschelling, vindt hij een goed voorbeeld. ,,Daar hebben we nog geen 50.000 euro aan subsidie aan bijgedragen, maar het is een project met een enorme impact. Enerzijds een heel beladen onderwerp, anderzijds zorgt het voor meer beleving van Terschelling. Op een andere manier dan je gewend bent. Dat beleven helpt om te bewaren. Als je iets niet kent, niet beleeft, dan heeft iets voor jou minder waarde. Toerisme, recreatie, wonen, leven en werken horen allemaal bij dit prachtige gebied. Wel op een manier dat het ook onverstoord kan zijn, dat je op sommige momenten ergens níet komt. Dat vraagt overal om balans.”
Harlingen
Voor het interview heeft Huisman Harlingen als locatie gekozen. ,,Hier komt alles bij elkaar. Een stad met rijke historie, bijna op een primaire zeekering gebouwd; waar zie je dat? Een dynamische stad met industriehaven áán een Werelderfgoedgebied. Aan de andere kant kijk je zó de weidsheid, de natuur in. Dat laat precies zien wat er in het Waddengebied gebeurt.”
Gerben Huisman op de verkeerstoren in Harlingen, met de rug naar de industriehaven. Foto: Catrinus van der Veen
Kort geleden is Huisman hier nog geweest met een groep van tien Oekraïners van de stichting Fight For Freedom Oekraïne. ,,Die hebben geen zee in Kyiv. Die vonden dit práchtig. Ze konden niet geloven dat je naar de eilanden kan lopen. Dat moeten we de volgende keer doen.”
Oekraïne
Sinds de inval van Rusland in Oekraïne, op 24 februari 2022, bouwt Huisman een steeds nauwere band op met Oekraïne. Dat begon met samen bidden vanuit De Wijngaard, de baptistenkerk in Leeuwarden, waar Huisman soms spreekt. En dat mondde al snel uit in hulptransporten. ,,Vanuit geloofsovertuiging, heel wonderlijk.”
De laatste drie jaar is Huisman negen keer naar Irpin en Moshchun geweest. Als stichting Hope4Ukraine hebben ze meer dan 345 transporten met medische materialen, aggregaten en houdbaar voedsel op hun naam staan. 450 vrijwilligers uit het hele land en daarbuiten helpen inmiddels mee. Ze werken ook veel samen met de stichting Hulpactie van deze krant.
Blij ei
Vanaf deze maand is Huisman topambtenaar bij de gemeente Heerenveen. Daar zullen ze merken dat hij bijna altijd optimisme en blijheid uitstraalt. ,,Ja, ik ben een blij ei.”
Hoewel het nauwelijks opvalt, kan Huisman zijn geloof niet scheiden van zijn werk. ,,Ik evangeliseer niet op kantoor. Maar de Bijbel zegt ook iets over de zorg voor de schepping. Dat kwam in het werken in het Waddengebied soms heel mooi samen. Ik kan echt met tranen in de ogen op de dijk staan: hoe kán God dit gemaakt hebben.”
,,Dat maakt dat ik denk: wij zijn eigenlijk geroepen te zorgen voor de schepping, dan moeten we dat ook doen. Dat is onze verantwoordelijkheid. Dan moeten we niet de boel kapotmaken, wat we nu aan het doen zijn. Elk onderzoek wijst uit dat de natuur goed is voor lichaam en geest. Als we niet voor de natuur zorgen, dan zorgen we ook niet goed voor onszelf.”