Bij Jeugdbescherming Noord vond vorige jaar een totale leegloop van personeel plaats. Onderzoeksbureau AEF noemt het zorgwekkend en komt met herstelplan. Kees van de Veen
Bij Jeugdbescherming Noord (JB Noord) vertrekt de een na de andere medewerker. Zo verliet vorig jaar meer dan de helft van de Drentse jeugdbeschermers de organisatie.
Dat staat in een onderzoeksrapport dat de vinger legt op de ernstige problemen bij JB Noord en Veilig Thuis Groningen (VTG). De organisaties verkeren al geruime tijd in zwaar weer. Het rapport is gedeeld met Drentse en Groningse gemeenteraden.
Onderzoeksbureau Andersson Elffers Felix (AEF) werd door JB Noord en de gemeentes in Drenthe en Groningen gevraagd te onderzoeken hoe de organisatie er bovenop kan komen. AEF concludeert onder andere dat er al jaren sprake is van ‘stevige financiële en organisatorische problemen’. Eerdere verbetertrajecten leidden niet tot blijvende verbeteringen.
Het onderzoeksbureau ziet verder dat binnen JB Noord onrust op de werkvloer heerst vanwege de vele wisselingen in leidinggevende posities, maar ook door gebrekkige leiding. AEF ziet een cultuur waarin mensen elkaar niet durven aanspreken en medewerkers niet altijd de verantwoordelijkheid nemen die nodig is.
Dit leidt tot hoge werkdruk, hoog ziekteverzuim en extreem hoog personeelsverloop. In Drenthe vertrok in 2024 meer dan de helft van 45 FTE aan jeugdbeschermers, in Groningen bijna een op drie medewerkers. ‘Uitzonderlijk hoog’ en ‘zorgwekkend’, staat in het kritische rapport.
Medewerkers voelen zich niet welkom
Uit gesprekken met medewerkers die vertrekken komt naar voren dat nieuwe medewerkers zich niet welkom voelen in hun team en onvoldoende begeleiding ervaren. Ook verloren JB Noord en VTG enorm ervaren krachten die met pensioen gingen. Daardoor kregen de overgebleven medewerkers het extra druk.
Door de problemen is er minder aandacht voor de bescherming van kwetsbare kinderen in Drenthe en Groningen en groeien de wachtlijsten. Kinderrechters, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en het Keurmerkinstituut (KMI) – dat zorgt voor certificering van de organisatie – zijn al langer zeer kritisch op de JB Noord. Het KMI besloot een overbruggingscertificaat te verstrekken omdat JB Noord niet genoeg deed om aan de normen te voldoen.
Bestuurder Hemmala Sheerbahadoersing van JB Noord meldt in een persbericht vertrouwen te hebben in een tijdig herstel van de organisatie waar ze begin februari aantrad. Ze schrijft de eerste positieve effecten te zien van al eerder ingezette verbeteringen. ,,Daarnaast gaan we komende tijd aan de slag met de in het onderzoeksrapport geconstateerde verbeterpunten”, staat in het bericht.
Financiële problemen
De AEF-onderzoekers schrijven ook dat de financiën niet op orde zijn. De kostprijzen per FTE liggen flink hoger dan landelijk. Dat komt vooral door hoge kosten voor personeel dat niet in loondienst is.
AEF heeft een herstelplan aangeboden aan JB Noord en VTG om die organisatorisch en financieel stabiel te maken. De organisatie moet worden uitgebreid met acht functies, waaronder een strategisch adviseur, een controller en een HR-adviseur. Ook moeten er gezamenlijke leiderschapstrajecten komen. Daarvoor is 160.000 euro begroot.
Ruim 2 miljoen euro nodig
Volgens AEF zijn er aanzienlijke investeringen nodig om de neerwaartse spiraal te doorbreken. Alleen al dit jaar moet er ruim twee miljoen euro bij. Daarvan is 900.000 euro volgens het onderzoeksbureau structureel noodzakelijk voor de komende jaren. Jeugdbescherming Noord meldt een deel van deze kosten zelf te betalen, maar zegt te weinig financiële middelen te hebben om alles te kunnen dragen.
De gemeentes in Drenthe en Groningen zegden al 1,1 miljoen euro toe voor dit jaar om te steken in extra capaciteit bij JB Noord om achterstanden weg te werken. De zorgen bij de gemeenten in de twee provincies zijn enorm. Wethouder Mirjam Wijnja van de gemeente Groningen laat de gemeenteraad weten dat er ,,zeer verstrekkende gevolgen” kunnen volgen als JB Noord de certificering deze zomer verliest.
Volgens haar kan dat ,,in het uiterste geval” betekenen dat zo’n duizend hulpbehoevende jongeren en gezinnen in Drenthe en Groningen binnen een jaar ondergebracht moeten worden bij een andere (zogeheten) gecertificeerde instelling (GI). In de twee provincies werken naast JB Noord ook het Leger des Heils en de William Schrikker Jeugdbescherming & Jeugdreclassering als GI, maar die zijn lang niet zo groot en kunnen dat waarschijnlijk niet opvangen. Daarnaast worstelen ook die twee organisaties volgens Wijnja met ,,soortgelijke problemen als JBN”.