Het plan voor vijfhonderd Nij Begun-banen voor langdurig werklozen past in een jarenlange PvdA-traditie, zoals de Melkertbanen uit de jaren negentig.
Gekscherend wordt al gesproken over de Nijboer-banen, naar de man die in de rol van ‘kwartiermaker leefbaarheid’ de sociale plannen voor de toekomst van Groningen opstelde. De 41-jarige Henk Nijboer zat ruim tien jaar in de Tweede Kamer voor de PvdA.
In de jaren dat die partij nog deel uitmaakte van kabinetten was het aan het werk helpen van langdurig werklozen een belangrijk punt voor de sociaaldemocraten. De latere PvdA-lijsttrekker Ad Melkert kwam in 1994 als minister van Sociale Zaken met het plan voor 40.000 Melkertbanen.
Conciërge, stadswacht en thuishulp
Dat waren gesubsidieerde banen bij allerlei overheidsdiensten; van conciërge en toezichthouder tot stadswacht en thuiszorghulp. Het idee van de ‘werkervaringsplaatsen’ was dat langdurig werklozen klaargestoomd werden voor een betaalde baan. Maar ook dat werk dat was wegbezuinigd weer in ere werd hersteld, zodat er tenminste weer toezicht was in de tram, op school en in de wijk.
Politiek bleef er altijd kritiek op de Melkertbanen van centrum-rechtse partijen, die betwijfelden of het wel hielp om mensen aan echt werk te helpen. De Melkertbanen werden omgedoopt tot instroom-doorstroom (ID)-banen en in 2004 afgeschaft.
Bij gemeenten kwamen er in de jaren daarna wel allerlei nieuwe vormen van werkervaringsbanen. In het onderwijs kwamen onderwijsassistenten, in de zorg thuishulpen en in het gemeentelijke toezicht boa’s, maar dat waren doorgaans meer mbo-banen.
Basisbanen, werkbrigade en overbrugbanen
Voor de groep werklozen die lastig aan werk te krijgen zijn, hebben de gemeente Groningen en enkele andere gemeenten sinds 2020 de ‘basisbanen’, in Amsterdam wordt het de ‘werkbrigade’ genoemd en in Oost-Groningen ‘overbrugbanen’.
De Nij Begun-banen bouwen volgens het plan van Nijboer voort op dergelijke basisbanen. Het moet werk worden bij woningcorporaties, welzijnsorganisaties en bij zogenoemde ‘sociaal ontwikkelbedrijven’, de vroegere sociale werkplaats. Er wordt jaarlijks 10 miljoen euro voor uitgetrokken.
Net als bij de Melkertbanen is het volgens het plan weer nadrukkelijk de bedoeling dat er vanuit deze banen doorstroming is naar echt betaald werk.
Politieke discussie over doorstroming
Dat zou weer een politieke discussie kunnen opleveren net als in de tijd van de Melkertbanen. Als het niet lukt om direct uit te stromen naar betaald werk is het volgens de Nij Begun-plannen ook een optie om via de sociale werkbedrijven aan de slag te blijven, bijvoorbeeld in het beheer van locaties.
Dat bleek volgens allerlei wetenschappelijk onderzoek uiteindelijk ook bij de Melkertbanen. Niet alle werklozen konden weliswaar in het bedrijfsleven aan de slag, maar toezicht en onderhoud bij scholen, fietsenstallingen en andere publieke voorzieningen bleek toch nuttig. En veel mensen die eerst werkloos waren haalden er waardering uit.