Alie en Jan Bosma voor hun twee-onder-een-kapwoning. Foto: Corné Sparidaens
Garrelsweer, Zeerijp, Wirdum en Leermens. Het epicentrum van de aardbevingen. En van de ‘dorpenaanpak’. In plaats van dat huizen individueel worden beoordeeld en al dan niet versterkt, wordt met bewoners een plan voor het hele dorp gemaakt. Hoe pakt dat uit?
Aan de Rijksweg in Garrelsweer is het een komen en gaan van witte fietsen. De berijders zijn geen hoogbejaarde provo’s, maar bouwvakkers van de firma Plegt-Vos. Sinds oktober versterken die de eerste drie huizen in het kader van de dorpenaanpak. Om te voorkomen dat het dorp wordt overspoeld door busjes, gaat het personeel van de centrale bouwplaats op de fiets naar de huizen.
,,Dat spreekt me aan’’, oordeelt Elly Mooibroek (69) die net haar woning uitkomt. Omdat ze een extra appartement in haar huis heeft, hoeft ze niet naar een wisselwoning, vertelt ze onderweg naar de bushalte. ,,Het heeft lang geduurd voordat het zo ver was, maar nu het is begonnen zijn we erg tevreden over hoe het gaat. We hebben goeie contacten met de aannemer en de NCG.’’
Ook over de maatregelen die Rutte en Vijlbrief dinsdag in Garmerwolde naar buiten brachten is ze positief. ,,Ze zijn zich er wel van bewust dat er nu echt iets moet gebeuren. Of 22 miljard euro genoeg is? Daar kan ik geen oordeel over geven.’’
Geen schuld inlossen, maar mensen afkopen
Sikko Dijkema (55) is een fase verder. Zijn woning was een van de eerste in Garrelsweer die werd versterkt. De aanpak ging gepaard met ‘veel tegenslagen’. ,,Ik werd iedere keer aan het lijntje gehouden. Uiteindelijk is het goed gekomen.’’
Over de kabinetsplannen is hij sceptisch. ,,Ze willen ons afkopen. Dat is geen schuld inlossen. 22 miljard euro is veel te weinig. Er moet sowieso 30 miljard komen, zoals Remkes heeft voorgesteld. En daar komen het schadeherstel en het verstevigen van de huizen nog bij.’’
De woning van Sikko Dijkema (55) was een van de eerste in Garrelsweer die werden versterkt. Foto: Corné Sparidaens
Een prachtig huis op een bijzondere plek. Jammer van de scheuren
Bij Menno Jan Bol (74) en zijn echtgenote moet het allemaal nog gebeuren. In hun prachtige rentenierswoning zijn de scheuren in de buitenmuren nog zichtbaar. In de schuur pakt hij eieren in voor zijn zoon, die in Loppersum een kaashandel heeft. Het is een bijzondere plek. Lang geleden was het een kerk; dat is nog af te lezen aan het spits toelopende houten dak. Nu dient het als garage compleet met brug. Aan de zijkant staan een aftandse, lichtblauwe Opel Corsa uit 1975 en tientallen velgen.
De familie Bol woont hier al sinds 1971. De aardbevingen hebben hun leven danig vergald. ,,Je zit voortdurend te wachten of er een nieuwe aardbeving komt. Vooral ’s nachts in bed. Ik heb er psychisch last van.’’
Over de dorpenaanpak krijgt Bol uit zijn naaste omgeving wel wat mee. Hij gelooft dat dat ‘behoorlijk schier’ verloopt. ,,Ik probeer me wel een beetje af te schermen van alles wat met aardbevingen heeft te maken. Er zijn hier al veel mensen over de vloer geweest om naar het huis te kijken, zonder dat er wat gebeurt. Dat vreet aan me.’’
Voor De Fivel nog terug
Door naar Zeerijp. Het dorp waar ‘sinds 1998 niks meer te krijgen is’. Alie (70) en Jan (72) Bosma („zonder -n, wij zijn gewoon arbeiders”) zeggen het gekscherend. In dat jaar stopten ze met hun rijdende winkel. Maar het gebrek aan voorzieningen is wel wat hen nu uit hun huurwoning aan de Borgweg drijft.
Ze zoeken hun heil liever elders. Naar een plek met een supermarkt op loopafstand. Een cafeetje en een drogisterij. Voor voetballen op zaterdag bij het derde van De Fivel (en voor de derde helft) wil Jan zolang-ie kan nog wel een stukkie rijden naar Zeerijp.
Zwanny en Koos Boer in het tuintje van hun spiksplinternieuwe wisselwoning in Zeerijp. Foto: Corné Sparidaens
Pal achter die voetbalvelden is een blok wisselwoningen verrezen. Zwanny (70) en Koos (74) Boer verblijven er sinds een maand. Hun hoekwoning in Loppersum wordt gesloopt en nieuw gebouwd. De aannemer verwacht dat ze zo’n tweeënhalf jaar in hun wisselwoning moeten blijven. Dat doen ze naar volle tevredenheid, vertelt Zwanny. „Maar het proces ervoor en de toewijzing zorgden wel voor strijd en tranen.”
Investeer in scholen voor de nieuwe generatie
Maar het kwam goed. Ze hebben een tuin met uitzicht. Zaaiden wilde bloemen op de zandbank naast de sloot - die ze liefkozend hun ‘duin’ noemen. Ze hebben genoeg ruimte om familie en kleinkinderen over de vloer te hebben. Zwanny: „Juist dat zijn op onze leeftijd leuke dingen.” En als ze heel eerlijk zijn, voelt het bijna als een overdaad om te vertoeven in hun wisselwoning waarin alles spiksplinternieuw is. Het doet oude grieven vergeten.
Ook kijken ze met vertrouwen naar de plannen voor de toekomst. ,,En 22 of 30 miljard, het is in beide gevallen veel”, zegt Zwanny. Zo veel eigenlijk, dat het bijna niet te bevatten is wat er nou echt met dat geld moet gebeuren. Ja, investeren in scholen. Dat maakt de prachtige dorpen aantrekkelijk voor de nieuwe generatie. Ze hoorden dat het schooltje in Zeerijp, dat twee jaar geleden nog is versterkt, gaat sluiten. ,,Zonde.’’
Drie weken. Achttien locaties in Groningen en Drenthe. Eén vraag. Hoe zou jij willen dat Nederland en de regering de ereschuld inlossen voor jou en jouw gebied? Verslaggevers van Dagblad van het Noorden trekken eropuit om met inwoners van Groningen en Drenthe te praten over de ereschuld die Nederland heeft aan het aardbevingsgebied. Vrijdag zijn we om 10.00 uur in Appingedam. Maandag zijn we in Krewerd, ook om 10.00 uur.