Wat te doen met vervallen boerderijen in Groningen? Zijn het parels of rotte kiezen? In een volgepakte graanschuur gingen we daarover in gesprek. Kijk hier het debat terug | DVHN debat
Sfeerbeeld debat Oldambtster boerderijen Bad Nieuweschans. Foto: Huisman Media
Zijn het parels in het landschap of rotte kiezen? Veel Oldambtster boerderijen zijn in verval, en toch houden we ervan, getuige de grote opkomst bij het DVHN debat over de toekomst van de graanpaleizen.
Het probleem is: wat doen we ermee? Te weinig geld om ze te restaureren, te veel monumentenregels en liefde om ze te slopen, te weinig visie of betrokkenheid bij de overheden om een reddingsplan te maken.
Laten we ze vergaan tot de prachtige ruïnes die documentairemaker Tom Tieman inspireerde tot zijn uitverkochte luisterwandeling Huilende Bruiden? Of moeten we alles op alles zetten om ze te behouden en in oude luister te herstellen?
Aan de liefde ligt het niet. Neem Boelo ten Have, akkerbouwer en erfgenaam van een verzakkende monumentale boerderij in Drieborg en Annemarie de Groot van erfgoedstichting Libau, die probeert te helpen om de oude graanpaleizen te bewaren. Allebei liefhebbers van de Oldambtster boerderijen, toch zien ze een andere toekomst.
‘Als je mensen de waarde laat zien, zullen ze het koesteren’
Ten Have wil vrijheid. Geef eigenaren van de Oldambtster boerderijen vertrouwen, verstik ze niet in regelzucht, verlam ze niet in monumentenzorg, ontneem ze niet hun motivatie. En zelfs als ze willen slopen, laat ze dat doen. ,,Maar ik geloof: als je mensen de waarde laat zien, zullen ze het koesteren.’’
De regels zijn er ook, zegt De Groot, om die parels juist te behouden. En daarmee de identiteit van het Oldambt. De verantwoordelijkheid om de Oldambtster boerderijen dragen we als overheden samen, vindt zij, die ligt niet alleen bij de eigenaren. Het probleem is alleen: krijg al die bestuurlijke neuzen maar eens samen dezelfde kant op. ,,De lobby voor deze boerderijen is al heel lang gaande. Het gaat alleen immens traag.’’
Vooralsnog komt het niet van de overheid. Dat particuliere enthousiasme zou wel eens de enige redding kunnen zijn van de Oldambtster boerderijen, denkt sociaal-historicus Otto Knottnerus. Want je kunt niet alles overeind houden – ‘het regent geen gebraden duifjes’ – en het Oldambt is misschien uniek maar bij de buren vinden ze zichzelf ook uniek. ,,Het zijn lege hulzen. Gebouwd voor iets dat niet meer bestaat.’’
‘Hier zie je verval zoals het echt gaat’
Mooi als iemand met een goed plan of dikke portemonnee de boel overeind houdt, maar als ze vervallen, dan vervallen ze maar. Documentairemaker Tom Tieman, die de boerderijen in het spotlicht zette met de luisterwandeling , houdt daar juist van. ,,Nederland is één aangeharkte bende. Hier zie je verval zoals het echt gaat, zoals het ons allemaal zal treffen. Heel eerlijk.’’ En wat het succes van zijn wandeling en passant laat zien: ruïnes kunnen uitgroeien tot toeristische attractie.
Toch is de tegenstelling te simpel, zegt architect Rob Hendriks. ,,Het is niet of restaureren óf laten vervallen. Daar zit een wereld tussen. Een ruïne is het gevolg van niets doen, van geen visie hebben.’’ Ook hij pleit ervoor om lucht te geven, om regels los te laten. Voor de eigenaren, voor het Oldambt. ,,Je moet grootschaliger denken, nieuwe verdienmodellen vinden voor het gebied.’’
Aan de liefde – misschien wel de enige redding – ligt het niet. Ook niet aan de locatie van dit DVHN debat. De immense schuur van de boerderij van Piet Mellema, uit nood geschonken aan het Groninger Landschap, vat samen waar het over gaat: liefdevol onderhouden maar uiteindelijk te groot om zelf te dragen. Toch, zegt Boelo ten Have, had dit debat eigenlijk ergens anders gevoerd moeten worden. ,,In Den Haag. Of Brussel’’.