Massoud Satari uit Kunduz wandelt samen met Waheedullah Qamari uit Mazar Sharif en Gamshed Shahzad uit Maidan Wardak buiten de poort van de kazerne in de Lauwersmeerpolder. Foto: Anjo de Haan
Een jaar na de val van Kabul zit de kazerne in het Lauwersmeergebied nog vol met evacués uit Afghanistan. ,,Het is het slechtste kamp van Nederland maar we zijn vrij en we leven.’’
Bijna tweeduizend Afghanen die voor Nederland werkten, waren welkom na de inname van het land door de taliban op 15 augustus 2021. Ruim de helft ervan zit nog steeds in de noodopvang in de legergebouwen van de Willem Lodewijk van Nassaukazerne in de Marnewaard bij Zoutkamp, bij gebrek aan woningen in gemeenten. Met twee gezinnen op een kamer en zonder nuttige dagbesteding is het er niet ideaal, zeggen ze. Maar alles beter dan Afghanistan, waar de economie totaal is ingestort en veel mensen, vooral vrouwen en meisjes, hun leven niet zeker zijn en honger lijden.
De beelden van de vluchtende massa op het vliegveld van Kabul zijn precies van een jaar geleden. De aftocht van de westerse mogendheden ontaardde in totale chaos. Dagenlang probeerden vluchtelingen het vliegveld op te komen.
Nederland maakte er al helemaal een potje van. Afghanen die in functies als tolk, bewaker of kok voor het Nederlandse leger of de ambassade werkten, werden van het kastje naar de muur gestuurd. Later traden ministers Sigrid Kaag en Ank Bijleveld nog af na een motie van afkeuring. Ze moesten erkennen dat Nederland het duidelijk slechter had afgehandeld van andere landen.
De eerste groepen evacués uit Afghanistan werden in allerijl opgevangen in leegstaande kazernes in Zoutkamp en Harskamp. Later ook op een aantal andere plekken. Een groot deel kwam in de eerste weken. Maar ook nu nog komen er mensen binnen, meestal via landen als Iran of Pakistan.
Een jaar na de val van Kabul zitten de vluchtelingen nog in de noodopvang. Foto: Anjo de Haan
‘Taliban in mijn huis’
Ruim de helft van de Afghanen zit nu nog steeds in twee legerkazernes; die bij Zoutkamp en in het Walaardt Sacré Kamp in Zeist. Zo’n vijfhonderd Afghanen per locatie, van wie het overgrote deel allang een verblijfsstatus heeft. Ze moeten wachten op een vrijkomende woning in een gemeente.
,,They called it for emergency but now, one year later, it’s still emergency?’’, moppert een 30-jarige man buiten de poort van de kazerne bij Zoutkamp. Hij verontschuldigt zich meteen. Hij wil niet ondankbaar overkomen. Vertelt hoe blij hij is en hoe aardig de Nederlanders zijn.
Drie dagen nadat hij in Zoutkamp was aangekomen vielen de taliban zijn woning in Kabul binnen, hoorde hij later van bevriende buren. ,,Op 18 augustus kwam ik hier, op 21 augustus kwamen de taliban in mijn huis’’, vertelt hij in het Engels. ,,Ze zeiden dat ze me hadden meegenomen, als ik thuis was geweest. Dan was ik doodgemaakt. Omdat ik heb toegestaan dat mijn moeder en mijn zuster al die jaren voor het Nederlandse leger hebben gewerkt.’’
Hij wil maar zeggen: ,,Nog steeds ben ik blij dat ik hier heen kon. Ik weet niet wat ik anders zou moeten. Mijn moeder en zus zijn ook hier maar mijn vrienden en de uitgebreide familie niet, en hun leven is in Afghanistan in gevaar.’’
Druppelsgewijs wandelen of fietsen er Afghanen via een deur in het hoge hek het kazerneterrein af. De rust hier in de uitgestrekte Lauwersmeerpolder was voor de eerste evacués heerlijk, met het eerste dorp op meer dan 5 kilometer afstand. Al was het even schrikken toen het leger verderop schietoefeningen begon.
Een Afghaans gezin dat al twintig jaar in Londen woont komt op bezoek bij familie in de kazerne bij Zoutkamp. Foto: Anjo de Haan
Tientallen Swapfietsen
Op het terrein zitten wat vrouwen in zwarte gewaden aan picknicktafels en er rennen kinderen achter een bal op een voetbalveld. Vlak naast de kazernegebouwen is een terrein van Defensie dat nog steeds in gebruik is. Verder is het gebied totaal uitgestorven. Op deze warme dagen fietsen er soms toeristen langs en een enkele keer tuktuks uit Zoutkamp. Verder komt hier niemand.
Bij de poort staan enkele tientallen Swapfietsen die het COA voor de Afghanen heeft aangeschaft. Hiermee rijden ze soms de vijf kilometer naar de Spar in Zoutkamp of nog liever de ruim tien kilometer naar Leens, waar een Aldi en Action zijn. Een enkeling neemt de bus en velen wandelen maar wat in de omgeving. Ze praten vaak prima Engels want veel van de Afghaanse vluchtelingen zijn hoog opgeleid.
Een van hun klachten is dat ze geen Nederlandse les kunnen krijgen op de kazerne. De omstandigheden in de noodopvang zijn sowieso bijzonder sober. ,,Ze zeiden dat dit alleen voor een korte periode was. Het was noodopvang. Maar ik zit hier nu al een jaar’’, zegt de 30-jarige man. ,,Twee keer zeiden ze dat er een woning voor ons was. Maar dat ging op het laatste moment toch niet door. Er ging iets mis, ik was te laat, zeiden ‘the COA-people’.’’
Nederland is prachtig, beginnen vier andere mannen in lange gewaden, djellaba’s, die even een stukje gaan wandelen. ,,Het land en de mensen zijn goed. Maar dat ze ons zo lang laten wachten hier, is minder goed.’’
Een 40-jarige man komt op een fiets met een zak barbecuehoutskool naar buiten. Twee jongetjes en een andere man volgen hem, beladen met een rooster en eten in plastic bakken. Ze zeggen dat ze 20 kilometer verderop gaan barbecueën omdat het eten binnen niet te eten is.
Massoud Satari uit Kunduz. Foto: Anjo de Haan
Het voelt als een gevangenis
,,We zijn hier toch te gast? Een gast gooi je ook niet in de gevangenis. Want het voelt hier echt als een gevangenis’’, zegt de eerste man, die graag zijn verhaal kwijt wil aan een journalist. Maar wel anoniem, zoals de meesten hier. Hij vertrouwt het COA niet. ,,U bent de eerste persoon in dit hele jaar die ons aanhoort hier. Niemand luistert naar ons. We hebben te weinig ruimte. We zitten met meer dan tien mensen op een kamer, allemaal gezinnen samen. We moeten met al die mensen een paar wc’s en douches delen. En het eten is niet goed.’’
Ze krijgen drie keer per dag een maaltijd. een gewone gezonde Nederlandse maaltijd. ,,Volgens Nederlandse normen misschien geschikt voor ouderen in het ziekenhuis of zo’’, denkt de klagende man met houtskool. ,,Maar voor ons is het niet goed. Veel van onze kinderen vermageren zelfs omdat ze niet genoeg eten’’, beweert hij.
Niet iedereen is kwaad. ,,In Afghanistan is het erg, het is daar echt heel gevaarlijk voor ons’’, begint een vrouw uit de provincie Daykundi die even een stukje buiten de poort gaat wandelen. ,,De omstandigheden hier binnen zijn wel goed. Het is hier natuurlijk geen hotel. Het is een kamp, en zo is het nu eenmaal in een kamp. We kunnen ook niet veel meer verwachten’’, vindt ze.
Massoud Satari was tolk voor het Nederlandse leger in Kunduz en is toch een stuk minder positief. ,,Dit is het slechtste kamp van alle kampen in Nederland, dat weten alle vluchtelingen. Ik ben hier nu zes maanden en er is geen enkel zicht op een woning of wat ook. Je kan niks doen, het eten is niet goed voor ons, we zitten met heel veel mensen samen op een kamer en er zijn maar een paar wc’s en douches voor iedereen. Veel mensen die hier verblijven hebben last van een depressie.’’
Satari wandelt samen met Waheedullah Qamari uit Mazar Sharif en Gamshed Shahzad uit Maidan Wardak de kazernepoort uit. Qamari en Shahzad praten minder goed Engels maar knikken geestdriftig als ze begrijpen welke klachten Satari heeft. Ze laten hun pasjes zien en Nederlandse DigiD. ,,Kijk we hebben allemaal allang een Nederlandse verblijfsvergunning en een rekeningnummer en DigiD. Maar we kunnen niks hier, we kunnen alleen maar wachten en wachten op de gemeente.’’
Foto: Anjo de Haan
Werken in de garnalenfabriek
Een deel van de kazernebewoners heeft zich al een beetje aangepast aan de situatie. Er zijn er die banen hebben gevonden in de omgeving. Een aantal werken er in de garnalenfabriek van Heiploeg in Zoutkamp. Daar zijn het gewaardeerde krachten, laat een woordvoerder van Heiploeg weten. Maar ze moeten wel een belangrijk deel van hun salaris inleveren om hun verblijf bij het COA te vergoeden. En het is soms ook wel even slikken
Een dorp als Zoutkamp stond misschien niet te springen om vluchtelingen in de buurt. Maar in dorpen als Lauwersoog, Zoutkamp en Leens zijn eigenlijk geen klachten over de Afghanen, liet de burgemeester van Hogeland onlangs nog weten. Het is toch ander volk dan de veiligelanders die soms in Ter Apel voor overlast zorgen, zeggen mensen op straat.
Zeker in het begin vorig jaar waren het heel beleefde, rustige en dankbare mensen, herinneren medewerkers in de kazerne zich. Ze kwamen behoorlijk geschrokken en misschien wel getraumatiseerd binnen. In de loop van het jaar bleven er groepen Afghanen naar Nederland komen. Veelal uit landen als Iran, Pakistan en Qatar. ,,Die hebben al ervaring in vluchtelingenopvang en hebben vaak een wat andere houding’’, zegt een van de medewerkers die er al een jaar werkt. ,,Die nieuwe mensen zijn meer zoals wij Nederlanders, klagen en eisen stellen en zo.’’
Een van de pijnpunten is dat gezinnen zonder enig overleg bij elkaar worden geplaatst in een kamer. Ongeacht taal of afkomst. Ze hebben het maar te accepteren, reageert een van de medewerkers. ,,Wat kunnen wij anders?’’
De woordvoerder van het COA bevestigt dat het sober is. Niet iedereen verblijft in de gezamenlijke kamers voor maximaal elf personen. Er zijn ook kleinere kamers. Het sanitair is inderdaad gezamenlijk maar wel gescheiden voor mannen en vrouwen, zegt de woordvoerder. Maar het klopt, het is zeer sober. Vandaar ook dat de Afghanen binnenkort, op 1 oktober, naar twee andere locaties gaan. De ene helft gaat naar containerwoningen in Uithuizen en de andere helft naar Winsum (Gr.).
Het wordt een verbetering. Maar ook van de containerwoningen moeten ze niet te veel verwachten. Het zijn containers zonder keuken en ook het sanitair moeten ze samen delen. ,,Dat helpt iets maar waar we vooral allemaal op wachten is op een gemeente’’, zegt tolk Satari. ,,Pas als we ergens wonen kunnen we verder met ons leven.’’
De 30-jarige man die al een jaar in het kamp in Zoutkamp zit knikt moedeloos. ,,In Afghanistan had ik een groot huis, drie auto’s en een eigen zaak. Dat ben ik allemaal kwijt en het is verschrikkelijk dat ik niet terug kan. Ik wil graag wat opbouwen en verder maar ik ben hier nu een jaar van mijn leven kwijt geraakt met niks.’’