Regenboogambassadeur Henk Nijmeijer legt een krans als symbool voor de erkenning van de vervolging van LHBTI+-mensen in de Tweede Wereldoorlog. Foto: Jaspar Moulijn
Als de ruim tachtig jaar oude Westerborkklok om zeven uur enkele malen heeft geslagen, zijn alleen nog de vogels te horen. In stilte lopen duizenden bezoekers over de ‘Boulevard des Misères’ naar het monument met de trainrails op het voormalige kampterrein.
„Mijn onderduik duurde bijna drie jaar. Ik was 4 toen het begon en ik herinner me alles haarscherp.”
Kwetsbaar en toch ook krachtig put de voormalig beeldhouwer en schrijver Peter Hein even later op het podium uit zijn oorlogsherinneringen. „’Wat een zwartkop’. ‘Echt een Joodje, dat zwarte haar moet er maar snel af’. Mijn haar werd kortgeknipt, gebleekt, mijn naam werd me afgenomen en voortaan heette ik Peter van Lent.”
Peter Hein: 'Het waren jaren van ontreddering, van verwarring en totale eenzaamheid.' Foto: Jaspar Moulijn
Totale eenzaamheid
Nadat zijn ouders hem hadden meegegeven aan een kennis, die hem naar zijn eerste onderduikadres bracht in Utrecht, zouden nog vele adressen volgen. „Het waren jaren van ontreddering, van verwarring en totale eenzaamheid. Ik ging van hand tot hand. Overal was ik een vreemde eend in de bijt. Ik gaf het op te huilen en hechtte me aan niemand meer.”
Het lijkt ondertussen of het nóg stiller is geworden onder de duizenden toehoorders. Niet alleen de 86-jarige Hein werkt dit jaar mee aan de herdenking in Hooghalen, ook zijn drie kinderen doen dat.
Zanger en muzikant Ruben Hein speelt enkele nummers. Foto: Sake Elzinga/Herinneringscentrum Kamp Westerbork
Verhalen van vader
De nare gebeurtenissen in de oorlog én bij de bevrijding – hoe Heins ouders twee vreemden voor hem waren geworden – hebben niet alleen zijn verdere leven beïnvloed, maar ook dat van hen, vertelt zoon David. De verhalen van zijn vader hebben zijn jeugd en die van zijn broer Ruben en zus Eva, die allebei muzikale bijdragen leveren tijdens de dodenherdenking, gekleurd.
„Ze werden als anekdotes verteld tijdens het eten, als spannende verhalen in bed en bepaalden in zekere zin mijn leven”, aldus de David Hein, die al jaren in binnen- en buitenland werkt als jurist. „Mijn broer, zus en ik groeiden op met verhalen die niet de onze waren, maar die we wel de onze maakten. Door de keuzes die we maakten in werk, door de waarden die we nastreefden, door de angsten die we overnamen.”
Internationale rechtsorde afgebroken
Hein junior beschrijft hoe zijn generatie nu steeds vaker aan de beurt is om de verhalen van hun ouders, van wie er steeds minder nog leven, te vertellen. „Maar wil ik wel degene zijn die de geschiedenis blijft vertellen? Degene die oproept tot waakzaamheid en tot nie wieder (nooit meer, red.), alleen omdat ik toevallig een ‘kind van’ ben?”, vraagt hij zich hardop af.
David Hein: 'Nie wieder is nu.' Foto: Jaspar Moulijn
Al 23 jaar houdt David Hein zich naar eigen zeggen bezig met de bescherming van de nationale en internationale rechtsorde. „Met lede ogen zie ik nu aan hoe deze orde tussen mijn vingers door lijkt te glippen. Immers, terwijl op het continent dat zo geleden heeft onder de Tweede Wereldoorlog alle zeilen bijgezet worden om de rechtsorde te beschermen wordt die door onze bevrijders van toen keihard afgebroken.”
Oorverdovend stil
Het verhaal van zijn vader heeft zijn leven gevormd, concludeert hij en hij wil het wel degelijk blijven vertellen „opdat we het herkennen als het klimaat rijp gemaakt wordt om het kostbaarste wat we als samenleving hebben, namelijk een functionerende nationale en internationale rechtsorde, langzaam maar zeker gesmoord wordt.”
En daarom sta ik hier”, besluit Hein junior. „Omdat die tijd zover is en dus om te vertellen, misschien wel om te onderwijzen of zelfs te waarschuwen: nie wieder is nu.”
Duizenden mensen bezochten de dodenherdenking in voormalig Kamp Westerbork. Foto: Jaspar Moulijn
Als de klokkenluider weer aan het touw trekt, slaat de klok op de voormalige aardappelkelder opnieuw. Twee keer. Het is acht uur. De stilte is oorverdovend.