Proeverij van voorgerechten bij Ita Vita in Meppel.
Ons team van foodlovers test restaurants, eettentjes, foodtrucks en andere hotspots in het Noorden. Vandaag is Esther bij pinseria Ita Vita in Meppel.
Een pinseria, wat is dat nou weer?
Dat is een nieuwe trend bij die altijd zo traditionele Italianen - maar dan uiteraard wel weer gebaseerd op een gerecht uit de Romeinse tijd. De pinsa houdt het midden tussen een pizza en een focaccia en het geheim zit ‘m in het deeg: dat rijst drie dagen, bevat meer water en een mix van drie soorten meel. Je vindt ze her en der op menukaarten en er zijn inmiddels een handjevol pinseria’s in Nederland. De eerste in het Noorden zit aan het Kerkplein in Meppel: Ita Vita. Die moeten we proberen.
Zit het hier leuk?
Ita Vita zit in een groot ruim pand pal naast oudere broer Sardinia. Beide restaurants zijn van dezelfde eigenaren. Bij binnenkomst kom je langs de grote open keuken, waaruit een vrolijk ‘Buona sera’ klinkt. Het voornaamste restaurantgedeelte zit op de eerste verdieping. De tafels zijn gegroepeerd rond de grote open trap in het midden. Tegen de achterwand hangt een grote zwart-witfoto van een Italiaans heuvellandschap.
Ita Vita.
Deze zaterdagavond zit het stampvol: een familie met jonge kinderen, een familie met honden, vriendenclubs, stelletjes. Iedereen lijkt hier welkom. Ondanks de drukte is de akoestiek goed. En: ook de dames-wc zit leuk, met een enorme foto van de Sint Pieter bij nacht aan de muur.
Wat staat er zoal op de kaart?
Veel pinsa’s natuurlijk, belegd met traditionele Italiaanse ingrediënten waar een eigentijdse twist aan wordt gegeven, met opvallend veel groenten. Zo is er de pinsa cinarum met artisjok, gepofte paprika, aubergine, rucola, balsamico, courgette en de Italiaanse zachte kaas stracciatella. Of de pinsa melle met aardappel, gorgonzola, spicy honing, walnoot, rode ui en lente ui. Voor vegetariërs valt er genoeg te kiezen.
De pinsa.
Kun je ook nog iets anders krijgen?
Jazeker. De kaart heeft ook een mooi aanbod voorgerechten en voor wie geen zin heeft in een pinsa zijn er salades en een beperkt aantal pasta’s. De toetjeskaart ziet er ook heel lekker uit, met onder meer een crêpe alla Nutella, een vegan chocoladebrownie met frambozensorbet en panna cotta. Over de wijnkaart zijn we ook te spreken: een mooie selectie, heel betaalbare Italiaanse wijnen, onder meer van het huis Tombacco, waar we fan van zijn.
Smaakt het ook?
We laten ons zoveel mogelijk verrassen, dus we kiezen de tagliere maximus, de proeverij van voorgerechten. Een feest van smaken komt op tafel: pecorino, bruschette met tomaat, groentechips, zongedroogde tomaatjes, gemarineerde artisjok, bresaola (gerookt rundvlees) met pompoen en truffelmayo en gesuikerde noten, San Daniele ham, fiori di zucca (gefrituurde courgettebloem), gerookte amandelen, polenta met salsa verde, pikante salami, olijven, gegrilde paprika, een geroosterd broodje met salami, lente-ui en scamorza (smeltkaas). Bijna stuk voor stuk goede ingrediënten. Alleen de tomaten op de bruschette zijn wel heel waterig en we missen smaakmakers olie en knoflook. En de courgettebloem is helaas vooral een deegbal geworden.
Spaghetti carbonara, zoals het hoort zónder room.
Dan volgt voor tafelgenoot de spaghetti carbonara. Die is - zoals het hoort - gemaakt met eidooiers en varkenswang, en dat bevalt: de spaghetti is precies beetgaar en ook zonder room mooi romig van smaak.
Tenslotte delen we de nagerechtenproeverij, opnieuw een bord vol lekkers: cannoli (een opgerold wafeltje) met pistachevulling, een perfecte tiramisu, kaneelroomijs en bosbessencheesecake. Erbij delen we ook nog een sgroppino, gemaakt van limoensorbetijs, room wodka en prosecco. Alles gaat schoon op.
Proeverij van nagerechten Dolce vita.
Is de bediening net zo goed als het eten?
De twee jongens die onze tafel onder hun hoede hebben zijn kundig, goedgehumeurd en vriendelijk. Op het moment dat het wat drukker wordt, zijn ze ietsje minder attent, maar als een glas water omgaat, staan ze meteen met een theedoek klaar.
Nu vergeet je de pinsa!
Die hebben we voor het laatst bewaard. Ik koos voor de pinsa olivae, met friarelli (raapstelen), gepofte paprika, aubergine, pecorino en olijf. Het deeg is inderdaad heel bijzonder van smaak: het is dikker dan pizzadeeg, maar tegelijkertijd luchtiger en zachter van smaak. Zelfs zonder iets erop, is het nog lekker. En de rekening is ook nog eens heel schappelijk. Kortom: hier komen we terug.