Kristiaan Strijker (Roelof van Echten College) en Johan Supèr (Wolfsbos). Foto Kim Stellingwerf
De twee scholen voor voortgezet onderwijs in Hoogeveen willen intensief en duurzaam samenwerken, na lange tijd vooral met de rug naar elkaar te hebben gestaan. RSG Wolfsbos vertraagt zelfs de nieuwbouwplannen om ook de huisvesting op elkaar af te stemmen.
De besturen van RSG Wolfsbos en het Roelof van Echten College (RvEC) maakten het opmerkelijke nieuws donderdag wereldkundig. Hoewel er nog voorzichtig over ‘een verkenning van de mogelijkheden’ wordt gesproken kan de wens om elkaar nadrukkelijk op te zoeken toch een doorbraak en koerswijziging worden genoemd.
Beide scholen willen zich inspannen voor ‘een breed en kwalitatief hoogstaand’ onderwijsaanbod voor leerlingen in en om Hoogeveen en aantrekkelijk zijn voor medewerkers. Door krachten te bundelen, willen zij beter inspelen op ontwikkelingen in het onderwijs en in de regio.
Temporiseren nieuwbouw
Met de nieuwe focus op samenwerking en vanuit het maatschappelijk belang is RSG Wolfsbos bereid de huidige nieuwbouwplannen te temporiseren. Dit maakt het mogelijk om na te gaan in hoeverre de ambities van intensievere samenwerking en een gezamenlijke visie op de toekomst van het voortgezet onderwijs in Hoogeveen in nieuwbouw vertaald kunnen worden.
De roep om intensieve samenwerking tussen het RvEC en RSG Wolfsbos klinkt al vele jaren, maar kwam niet van de grond. Er werd vooral veel gediscussieerd en gebakkeleid over de wijze waarop moest worden samengewerkt.
Stekeligheden
Drie jaar geleden botsten de directies van beide middelbare scholen nog frontaal over de inhoud, vorm en huisvesting. De toenmalige bestuurders Dries Koster (RSG Wolfsbos) en Albert Weishaupt (RvEC) beleden met de mond weliswaar het belang en de noodzaak van hechte samenwerking, maar haalden vooral het nieuws met stekeligheden over geschonden afspraken, getreuzel en het stellen van andere prioriteiten.
Met maart 2022 als dieptepunt, toen in brieven aan de gemeente over en weer verwijten klonken. De middelbare scholen betichtten elkaar van onaangename verrassingen, neuzen die niet in dezelfde richting stonden en het nodeloos mislopen van zeven ton subsidie waarmee het proces van samenwerking bekostigd kon worden.
Kritiek
Het onderlinge gehakketak frustreerde ook de gemeentepolitiek. Vorig jaar september, toen de Hoogeveense raad groen licht gaf voor de bouw van een nieuwe school voor RSG Wolfsbos, staken ChristenUnie en D66 hun ergernis niet onder stoelen of banken. Deze partijen hadden liever gezien dat de scholen een gezamenlijk huisvestingsplan hadden ingediend. Beide schoolbesturen werken onvoldoende samen, luidde de kritiek.
Eerder al had de VO-raad, de belangenorganisatie voor het voorgezet onderwijs, gewezen op het ‘essentiële belang’ voor de toekomst van het voortgezet onderwijs in Hoogeveen dat RSG Wolfsbos en het RVEC beter gaan samenwerken. De impasse duurde echter voort.
RSG Wolfsbos in Hoogeveen Foto: Mediahuis
Beweging en daadkracht
Maar inmiddels is er dus beweging en daadkracht. De huidige besturen van RSG Wolfsbos en het RvEC willen serieus werk maken van samenwerking. Dat is nodig, want er wordt krimp verwacht van het aantal leerlingen in het voortgezet onderwijs. Met als mogelijk gevolg dat beide middelbare scholen in de toekomst niet alle huidige opleidingen overeind kunnen houden.
Dat kan gevolgen hebben voor de huisvesting, de financiën en de kwaliteit van onderwijs. Vandaar dat beide scholen al een aantal jaren praten over de inhoud en vorm van samenwerking en het gezamenlijk gebruik van ruimten. Dat kan kosten besparen en moet de scholen minder kwetsbaar maken voor externe ontwikkelingen. Tegelijk willen RSG Wolfsbos en het RvEC het aanbod van opleidingen en het personeelsbestand zo veel als mogelijk op peil houden.
Nieuwe kapiteins
Wat de scholen niet benoemen, is het moment waarop beide hun wens tot intensieve samenwerking naar buiten brengen. Zowel RSG Wolfsbos als het RvEC hebben sinds kort een nieuwe roerganger: Kristiaan Strijker volgde directeur-bestuurder Albert Weishaupt op en Johan Supèr nam het stokje over van directeur-bestuurder Dries Koster. Nieuwe kapiteins dus, die ‘na constructief overleg’ werk willen maken van een nieuwe, gezamenlijke koers.