Archeologisch bureau RAAP onderzoekt de uiterste noordwesthoek van Daalkampen in Borger. Foto: Harry Tielman
Archeologen zijn bezig met nieuwe opgravingen in de uiterste noordwesthoek van Daalkampen in Borger, vlakbij het Esdal College. Het is het laatste hoekje van dit gebied. „Veel voorbijgangers komen vragen wat we al gevonden hebben.”
In de wijk Daalkampen woonden 3000 jaar geleden al mensen. Hier lagen in de late bronstijd en in de ijzertijd verschillende erven met boerderijen en bijgebouwen (ongeveer in 1200 voor Christus). Rond het begin van de jaartelling zijn de boeren vertrokken en is het gebied alleen in gebruik geweest voor de landbouw. Pas sinds de jaren negentig van de vorige eeuw wordt hier weer gebouwd. Archeologen doen hier sindsdien ook onderzoek.
Een graafmachine haalt de bovenste laag grond eraf, zogeheten esdek: dat zijn met plaggen en dierlijke mest verhoogde bouwlanden. „Dat heeft ervoor gezorgd dat archeologische resten goed zijn geconserveerd”, legt Marjo Montforts, adviseur archeologie van de gemeente Borger-Odoorn, uit. De grond wordt voorzichtig laagje voor laagje afgegraven.
Onder die laag grond komen banen geel en zwart zand tevoorschijn, wat wel iets wegheeft van een zebrapad. Het zwarte zand laat esgreppels zien, aangelegd op akkers in de achttiende en negentiende eeuw. „Die greppels zijn allemaal met de hand gegraven. Dan krijg je toch respect voor die mensen, wij hebben gelukkig nu een graafmachine voor het grote werk”, zegt Janneke Hielkema van archeologisch bureau RAAP.
Het gele zand wordt door de archeologen verder onderzocht op sporen. Dat doen ze met scheppen en metaaldetectors. „Er komt eigenlijk elke dag wel wat tevoorschijn uit de bodem. Het is een vak vol verrassingen.”
Nog verder terug in de tijd
In het noordelijk deel van Daalkampen hebben archeologen de afgelopen drie jaar opgravingen uitgevoerd. Daarbij zijn voorwerpen van aardewerk en steen en resten van prehistorische huizen gevonden. Archeologen kunnen aan verkleuringen in de grond zien waar bijvoorbeeld palen van boerderijen hebben gestaan.
Eigenlijk verwachtten de archeologen nu ook in de noordwesthoek resten van de nederzetting tegen te komen. „Maar we zitten nu op de rand van de nederzetting. We hebben sporen gevonden die veel ouder zijn, van ongeveer 9000 jaar geleden”, vertelt Hielkema.
Dat is uit de tijd van jagers en verzamelaars, nomaden die door het gebied trokken. Archeologen vinden bijvoorbeeld zwarte vlekken in de grond terug – dat zijn de plekken van haardvuren. „Ik kwam hier met het beeld van een nederzetting en nu gaan we nog verder terug in de tijd. Het is mooi om je voor te stellen hoe de mensen in de middensteentijd leefden”, zegt Hielkema.
Het is overigens wel bekend dat er jagers-verzamelaars in dit gebied rondtrokken: sporen van kampen van deze nomaden zijn bijvoorbeeld ook terug te vinden in de Mandelanden in de buurt.
‘De cirkel is rond’
De archeologen zijn hier zo’n twee weken bezig om het stuk grond in kaart te brengen en vondsten te verzamelen. Die voorwerpen worden bestudeerd door specialisten. „En dan schrijven we een rapport van dit onderzoek en gaan de vondsten naar het Noordelijke archeologisch depot in Nuis”, zegt Montforts.
De archeologen hopen uiteindelijk op een tentoonstelling van dit onderzoek in Daalkampen. Bovendien is het de bedoeling dat er in de nieuwe woonwijk verwijzingen komen naar de prehistorische tijd, bijvoorbeeld met een speel- en ontmoetingsplek en kunstwerken. Montforts: „Ik vind het mooi dat hier weer mensen wonen, want daarmee is de cirkel weer rond.”