Persrechter Sabine Timmermans in de kinderspreekkamer. Foto: Geert Job Sevink
Als ouders gaan scheiden, heeft dat grote invloed op de levens van hun kinderen. Voortaan kunnen kinderen vanaf 8 jaar al in een gesprek met de rechter hun mening geven. Rechter Sabine Timmermans van de rechtbank Noord-Nederland zegt dat in bijna alle familie- en jeugdzaken de leeftijd wordt verlaagd.
Het informele gesprek is volgens de familierechter bedoeld om kinderen de kans te geven om zich te uiten over de scheiding of andere gerechtelijke procedures waarbij zij zijn betrokken. ,,Het is geen politieverhoor, dat je echt feiten boven tafel wilt krijgen. Het is een heel open gesprek”, legt Timmermans uit. Zij is naast rechter ook teamvoorzitter familie- en jeugdrecht in Groningen.
Het is al tientallen jaren gebruikelijk dat kinderen vanaf 12 jaar worden uitgenodigd voor een gesprek met een rechter bij procedures die hen aangaan. Bij de drie rechtbanken in het Noorden worden jaarlijks honderden gesprekken met kinderen gevoerd in familie- en jeugdzaken. ,,Zeker bij uithuisplaatsingen is dat logisch, omdat het om het kind zelf gaat.”
Recht om mee te praten
De leeftijd wordt vanaf 1 januari verlaagd naar 8 jaar. Ook jongere kinderen krijgen zo het recht om mee te praten over zaken die van invloed zijn op hun leven. Volgens Timmermans is op basis van pedagogisch onderzoek voor deze leeftijd gekozen. ,,8 jaar is een leeftijd waarop kinderen enigszins hun mening zelfstandig kunnen vormen en ook uit hun woorden kunnen komen in een een-op-een-gesprek met een rechter.”
Alle rechters die kindgesprekken voeren, hebben een speciale cursus gevolgd. ,,Eerst lag de focus heel erg op de procedure van de ouders,” zegt Timmermans. ,,Nu gaat het veel meer om het kind zelf. Intern is er wel discussie over. Een aantal rechters geeft aan het best lastig te vinden om een gesprek te voeren met een kind van die leeftijd.”
Niet alleen de leeftijd verandert vanaf 2026: ook de omgeving waar de rechter met de kinderen spreekt. ,,Tot nu toe werd in de zaal, waar de zitting met de ouders was, eerst met het kind gesproken,” vertelt Timmermans. ,,Dat is natuurlijk geen goede plek voor een kind om zich op zijn gemak te voelen.”
Daarom zijn er nu speciale kindvriendelijke kamers ingericht in alle rechtbanken, waaronder die in Assen, Groningen en Leeuwarden. De spreekruimte ziet er heel anders uit dan de steriele, soms heel grote, statige rechtszalen. Het portret van de koning ontbreekt. In Groningen hangen aan de vrolijke groene muur veel foto’s van schattige dieren. Op de tafel ligt ‘friemelspeelgoed’ en in de kast staan spelletjes.
Gesprek is privé
Een belangrijke verandering is dat het gesprek met het kind niet meer op dezelfde dag plaatsvindt als die van de zitting met de ouders. ,,Nu doen we dat op een andere dag. Dat geeft het kind rust en voorkomt dat ze direct geconfronteerd worden met hun ouders. Het gesprek is echt privé.”
Ook de uitnodigingsbrief die alle kinderen standaard krijgen, is aangepast. ,,We proberen met het taalgebruik nog beter aan te sluiten bij de belevingswereld van de kinderen.” In de brief staat uitgelegd wat de kinderen kunnen verwachten en dat ze niet verplicht zijn om op gesprek te komen. ,,Als zij dat liever willen, mogen zij hun mening ook per brief of e-mail aan de rechter laten weten.”
Als partners het eens zijn
Bij een echtscheiding is niet altijd een zitting nodig. Als partners het volledig eens zijn over alle afspraken (inclusief kinderen en financiën), kan de scheiding vaak schriftelijk worden afgehandeld door de rechter.
Maar ook in deze zaken krijgen de kinderen de kans om, als ze dat willen, in gesprek te gaan met de rechter.
Kinderen moeten zich in het gesprek niet onder druk gezet voelen, zegt Timmermans. ,,We willen ze juist de ruimte geven om alles te zeggen wat ze kwijt willen. Soms komt een kind heel duidelijk met wensen: waar hij wil wonen, hoe de omgangsregeling moet. Die zijn hier echt met een missie. Het gebeurt ook dat ze dat heel stellig blijven herhalen. Daar is soms moeilijk doorheen te breken. Het kan dat ze door een ouder zijn geïnstrueerd. We vragen dan ook wel of er vooraf met papa en mama over is gesproken.”
Bij jeugdzaken waar het gaat om ondertoezichtstellingen of uithuisplaatsingen is volgens de rechter vaak al een lange aanloop geweest. Dat zijn volgens Timmermans andere soort gesprekken. ,,Het komt voor dat kinderen heel boos zijn omdat ze niet bij hun ouders weg willen.”
De veiligheid van hun eigen omgeving is vaak een houvast als ouders uit elkaar gaa
De gesprekken duren meestal ongeveer 20 minuten. ,,Heel vaak vertellen kinderen dat het goed gaat en dat hun ouders het onderling prima hebben geregeld, maar soms hoor je dat het niet goed gaat op school of dat er veel ruzie is thuis. Dan krijg je een heel negatief verhaal. Af en toe komt een kind in een gesprek met de rechter ook onverwacht met nare dingen en vertelt het over misbruik of mishandeling. Dat is gelukkig niet het gros, maar het gebeurt.”
Kinderen geven ook praktische redenen voor hun voorkeur, zegt rechter Timmermans. ,,Ik wil graag bij papa wonen, want mama is vaak aan het werk. Of: papa is verhuisd, bij mama kan ik makkelijk naar voetbal blijven gaan. Andere kinderen zeggen duidelijk: ik wil in ons huis bij mama blijven, bij mijn vriendjes en vriendinnetjes en mijn school in de buurt. De veiligheid van hun eigen omgeving is vaak een houvast als ouders uit elkaar gaan.”
Serieus nemen
Na de zitting met de ouders neemt de rechter een beslissing over een omgangsregeling. Die kan afwijken van de wensen van een van de ouders, maar ook van de wens van het kind. ,,De bedoeling is dat we uitleggen wat er met hun mening is gedaan”, zegt Timmermans. ,,Dat kan in een aparte alinea in de uitspraak, in een brief en in de toekomst mogelijk ook in een persoonlijk gesprek of via videobellen. Het is belangrijk dat kinderen weten dat ze serieus genomen zijn.”
Reflectie rechtspraak na toeslagenaffaire
De nieuwe aanpak van de kindgesprekken komt niet uit de lucht vallen. Naar aanleiding van de toeslagenaffaire heeft een eigen reflectiecommissie binnen de rechtspraak de werkwijze van familie- en jeugdrechters onderzocht en een rapport geschreven.
Veel gezinnen zijn tussen 2005 en 2019 door de Belastingdienst gedupeerd en onterecht beschuldigd van fraude met kinderopvangtoeslag. Ouders moesten vaak veel geld terugbetalen aan de belastingdienst. Daardoor konden ze andere rekeningen niet meer betalen en maakten ze schulden.
Na de toeslagenaffaire kwam ook forse kritiek op de rechtspraak. Rechters zouden soms te weinig oog hebben gehad voor de menselijke maat en de belangen van gedupeerden in de toeslagenaffaire, wat leidde tot uithuisplaatsingen en onvoldoende rechtsbescherming tegen de overmacht van de belastingdienst.
In het rapport van de reflectiecommissie zijn aanbevelingen voor verbeteringen gedaan, ook over de manier waarop de gesprekken met kinderen worden gedaan.