Emmen heeft relatief veel sportaccommodaties. Foto: Shutterstock
De gemeente Emmen ziet geen redenen om haar beleid aan te passen nu uit onderzoek blijkt dat Emmenaren relatief weinig sporten. Dit schrijft wethouder René van der Weide (Wakker Emmen) aan de gemeenteraad.
Eind vorig jaar kwam de jaarlijkse Atlas voor Gemeenten uit. Hierin worden de vijftig grootste gemeenten van ons land met elkaar vergeleken en ieder jaar krijgt een ander thema extra aandacht. In de Atlas van 2020 was dat sport. Emmen, de enige Drentse gemeente die in dit onderzoek werd meegenomen, scoorde goed wat betreft het aantal sportaccommodaties. Zij eindigde na Amstelveen op een tweede plek. Ook qua beschikbare ruimte om individueel te kunnen sporten scoort Emmen bovengemiddeld goed.
Wordt gekeken naar hoe actief inwoners met sport bezig zijn, dan doemt een veel minder vrolijk beeld op. Emmen staat bijna onderaan, op plek 47. Bij sportdeelname werd zowel gekeken naar sporten in verenigingsverband als ongeorganiseerd sporten zoals hardlopen, fietsen en fitness. Koploper hierbij is Amersfoort, gevolgd door Utrecht en Breda. Helemaal onderaan bungelt het Limburgse Heerlen.
De Emmer wethouder Rene van der Weide. Foto: BIANCA VERHOEF
D66-raadslid Karel Eggen wilde van wethouder René van der Weide weten of dit rapport voor hem reden is om de koers in Emmen te verleggen. Eggen maakt zich als raadslid al jarenlang sterk om in Emmen zoveel mogelijk mensen in beweging te krijgen.
Van der Weide laat nu weten dat hij met verbazing kennis heeft genomen van een deel van uitkomsten van het Atlas-onderzoek en dat hij geen redenen ziet om het sportbeleid in Emmen bij te sturen.
De wethouder geeft aan dat Emmen veel tijd en energie steekt in tal van programma’s die een actieve leefstijl moeten bevorderen. Hij noemt onder meer de buurtsportcoaches en seniorensportcoaches. Ook stipt hij de samenwerking aan met de opleiding sport en bewegen van het Drenthe College, waarvan ieder jaar bijna honderd studenten stages kunnen doen in de wijken en dorpen van Emmen.
Belangrijk in dit kader is volgens de wethouder ook dat Emmen de accommodaties goed op orde heeft. Sportclubs die in de problemen komen, kunnen een beroep doen op zogeheten verenigingsondersteuners. En voor kinderen met arme ouders is er een fonds van waaruit de contributie wordt vergoed.
D66-raadslid Karel Eggen Foto: Gemeente Emmen
Dat Emmen laag scoort op ongeorganiseerd (niet-clubgebonden) sporten, kan de wethouder niet goed plaatsen. Hij wijst onder meer op toertochten, de triatlon van Klazienaveen en de 4 Mijl van Emmen. Daar doen veel Emmenaren aan mee en er wordt ook flink voor getraind.
Op de site van Atlas voor Gemeenten zegt een van de onderzoekers dat een aanwezigheid van sportvoorzieningen uiteraard belangrijk is. Maar is dat op orde, dan betekent dat niet automatisch dat er heel veel wordt gesport. Ook de sociaaleconomische status van mensen speelt hierbij een rol. ,,Het inkomens- en het opleidingsniveau zijn ook sterk bepalend voor de mate waarin er daadwerkelijk wordt gesport.’’
Eggen: ,,Dat dit een rol speelt, daar ben ik uiteraard van op de hoogte. En Emmen doet al heel veel om mensen te laten sporten. Maar toch heb ik het gevoel dat er nog wel een stap extra gezet kan worden. Ik denk aan lessen van buurtsportcoaches op basisscholen, met daarbij niet alleen aandacht voor bewegen, maar ook voor gezond eten.’’