Groep jonge pedojagers uit Emmen en omgeving verdacht van geweld en intimidatie. De politie lokte ze in de val. Nu staan de dertien jongeren voor de rechter
Een aantal slachtoffers zou met geweld zijn beroofd door een deel van de jonge verdachte pedojagers uit Emmen en omgeving. Illustratie: Janneke de Jonge
Is het verveling, zucht naar spanning, groepsdruk of willen de jonge pedojagers echt daders van misbruik van minderjarigen aanpakken? De komende dagen moeten dertien jongeren uit Emmen en omgeving voor de rechtbank in Assen verschijnen op verdenking van betrokkenheid bij de soms gewelddadige jacht op vermeende pedofielen.
Van alle verdachten in deze strafzaak, die dinsdag begint, zijn er tien minderjarig. Woensdag zijn twee openbare zittingen op dvhn.nl via een liveblog te volgen. Twee verdachten die (net) meerderjarig zijn, staan dan voor de rechter. Het is een opvallende strafzaak vanwege de omvang van de groep en vooral gezien de jonge leeftijd van de verdachten. De jongste verdachte is een meisje van pas 14 jaar.
Volgens de politie lijkt het fenomeen pedojagen gegroeid in coronatijd. Door verveling zouden vooral veel jonge mannen zich laten meeslepen. Bij pedojagen wordt vaak via datingapps contact gezocht met mannen wan wie ‘de jagers’ denken dat zij een seksuele voorkeur voor kinderen of tieners hebben. Ze worden gelokt naar een afgelegen plek voor een seksafspraak met een jongen of meisje. Ter plekke aangekomen wordt hij gefilmd, bedreigd, gechanteerd en beroofd. „Filmpjes van personen worden op internet gedeeld, waarbij sprake is van ’ en mensen die aan de digitale schandpaal worden genageld”, aldus de politie.
Dramatisch incident
Soms gaat het verder en wordt fors geweld gebruikt. Een tragisch voorbeeld is de dood van een 73-jarige Arnhemmer die in het najaar van 2020 door een groep tienerjongens ernstig werd mishandeld nadat hij door hen was verleid tot een seksafspraak. De jongeren schopten en sloegen het slachtoffer. De verwondingen werden hem fataal. De zeven verdachten zijn inmiddels veroordeeld tot onder meer deels voorwaardelijke jeugddetentie van een jaar.
Na dat dramatische incident deden opsporingsinstanties een dringende oproep om te stoppen met pedojagen. Het Openbaar Ministerie ziet liever dat sterke vermoedens van kindermisbruik worden doorgegeven aan de politie, zodat – als iemand gevaar loopt – direct kan worden ingegrepen.
Die boodschap lijkt niet te zijn aangekomen bij de groep van 13 jongeren uit Zuidoost-Drenthe die vanaf dinsdag voor de rechtbank in Assen moeten verschijnen.
OM: deel Drentse verdachten schuwde geweld niet
De jongeren waren volgens het Openbaar Ministerie in wisselende samenstellingen betrokken bij de roofovervallen tussen eind september en begin oktober vorig jaar. Ze benaderden hun slachtoffers via de datingapp Grindr, die veelal door homoseksuele mannen wordt gebruikt. Ze maakten afspraken op afgelegen plekken en beroofden drie mannen van hun spullen. Ze schuwden geweld en stevige dreigementen niet.
Jeugdcriminaliteit daalt, maar wel toename ernstig geweld
De criminaliteit onder minderjarigen en jongvolwassenen is de afgelopen vijf jaar gedaald ten opzichte van de voorliggende jaren. Zo was het aantal veroordeelde minderjarigen in 2019 vergeleken met 2015 met een derde gedaald naar 5700 per jaar. Dat blijkt uit de Monitor Jeugdcriminaliteit, een rapport dat het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) elke twee tot drie jaar in samenwerking met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) publiceert.
In mei 2021 constateerden zij dat de afgelopen jaren enkele opvallende uitzonderingen op de ingezette dalingen te zien zijn. Zo is het aantal veroordeelde minderjarige daders van doodslag sinds 2016 met meer dan de helft gestegen naar 45 in 2019. Ook nam tegelijkertijd het aantal veroordeelde minderjarige daders van vermogensdelicten met geweld met 13 procent toe, naar 604 in 2019. Daarnaast was het aandeel minderjarigen en jongvolwassenen dat in 2020 door de politie als verdachte van een wapenincident werd geregistreerd 11 procent hoger dan het jaar ervoor.
Zo riepen ze tegen een man uit Emmen dat ze hem ‘hartstikke dood zouden slaan’. Naar een ander slachtoffer werd geroepen dat ze een geweer tegen zijn hoofd zouden zetten als hij de code van zijn pinpas niet juist zou doorgeven. Nadat ze de code van hem kregen, pinden een aantal verdachten 5000 euro contant van de bankrekening van het slachtoffer.
Bij de politie hebben meerdere jongeren verklaard dat ze zichzelf als pedojagers zagen. Een man werd bijvoorbeeld tijdens de overvallen bewust in zijn kruis geschopt.
Lokagent ingezet
Lang niet altijd worden pedojagers opgespoord. Veel slachtoffers doen uit schaamte geen aangifte bij de politie. In de Emmense zaak kwamen de jongeren wel vrij snel in het vizier van de politie. Het opsporingsteam besloot na eerdere meldingen over een aantal jonge pedojagers snel een lokagent in te zetten.
Die deed zich voor als Ron, een man die een seksafspraak wilde. Een aantal jongeren uit de groep hapte toe. Zij maakten een afspraak met Ron, die dus zeker geen pedo was en ook helemaal geen seks wilde.
Op 6 oktober vorig jaar liet een aantal verdachten hem naar een afgelegen plek komen. Een van hen sprak Ron aan. Vijf medeverdachten lagen klaar in de bosjes. Nog voor zij het doelwit konden belagen, kwamen de collega’s van de lokagent in actie. De jongeren werden overmeesterd. Niet lang daarna werden nog zeven jonge verdachten aangehouden.
Of hun andere drie slachtoffers ook daadwerkelijk dachten dat ze een date hadden met een jongen van onder de 16, is nog niet duidelijk geworden.
Elf jongens en twee meisjes
De verdachten komen uit Emmen, Klazienaveen, Erica en Klijndijk. Het zijn elf jongens tussen de 16 en 19 jaar en twee meiden van 14 en 16 jaar. Dinsdag, woensdag en donderdag moeten de meeste verdachten voor de rechtbank komen. Een aantal zou het voortouw hebben genomen terwijl anderen juist een kleiner aandeel hadden, bijvoorbeeld geen geweld hebben gebruikt of er niet bij waren toen dat gebeurde.
Een 19-jarige man uit Klazienaveen heeft geruime tijd in voorarrest gezeten. Hij kwam afgelopen januari vrij in afwachting van de inhoudelijke behandeling van de strafzaak. Een 19-jarige Emmenaar zit als enige nog steeds vast. Hij zou bij alle pedojaag-acties betrokken zijn. Bovendien zou de man uit Emmen eind 2020 met een medeverdachte een bestelbus van een cafetaria in de Emmer wijk Bargeres hebben beschoten met een semi-automatisch wapen.
Achter gesloten deuren
De meeste strafzittingen tegen de groep jongeren worden achter gesloten deuren behandeld, omdat de verdachten minderjarig zijn. Ook volgende week staan nog twee minderjarige verdachten voor de rechter. De zaak tegen de 19-jarige man uit Emmen wordt 24 maart behandeld. Zijn zitting, en die van de andere twee meerderjarige verdachten op woensdag, is wel openbaar.
Jeugdstrafrecht: hersenen zijn nog niet uitontwikkeld
Jongeren vanaf 12 jaar kunnen in Nederland strafrechtelijk worden vervolgd. Maar tot zij 18 jaar zijn, worden ze via het jeugdstrafrecht berecht. Advocaat Judith Kwakman doet regelmatig jeugdstrafzaken. Zij legt uit waarom jongeren anders worden behandeld dan volwassenen in het strafrecht. „Het uitgangspunt is dat de hersenen van jongeren nog niet uitontwikkeld zijn, dat gaat eigenlijk door tot het 23ste jaar. Het onder controle houden van impulsiviteit en ergens de gevolgen van kunnen overzien, dat zit in delen van de hersenen die nog niet uitontwikkeld zijn.”
Volgens Kwakman kunnen jongeren daardoor minder verantwoordelijk worden gehouden voor hun daden dan iemand met ‘volgroeide’ hersenen „Ze zijn nog volop in ontwikkeling en doorgaans vatbaarder voor groepsdruk. Er wordt vaak gesproken over als kattenkwaad of jeugdzondes, omdat kinderen van 12 of 13 jaar dingen uitspoken die ze drie of vier jaar later nooit meer zouden doen.”
Rechtszaken tegen minderjarige verdachten zijn achter gesloten deuren. Kwakman: „Vanwege hun kwetsbaarheid geldt de privacy van minderjarigen zwaarder dan bij volwassenen. Het moet tegengaan dat jongeren meteen een stempel krijgen opgedrukt. Bij jeugdstrafrecht is vergelding geen hoofddoel. Het is vooral gericht op hoe in de toekomst kan worden voorkomen dat een minderjarige opnieuw in de fout gaat. Er is ook altijd een medewerker van kinderbescherming bij de zitting. Die adviseert bijvoorbeeld of hulpverlening of een leerstraf nodig is om de jongere op een positieve manier te beïnvloeden.”